Petra

Petra’s broer werd haar zus: ‘Het is geweldig om haar te zien opbloeien’

Een tijdje terug stond er een oproepje in Vriendin: zussen gezocht die elkaar pas kort kennen. Petra (53) reageerde. Zij was opgegroeid met haar zus Ella (49), maar kende haar pas écht sinds een jaar. Daarvoor was Ella haar broer.

Geen hechte band

Petra: “Als kinderen hadden we geen hechte band. Ik was drieënhalf jaar ouder dan mijn toen nog broertje en we leefden allebei ons eigen leven. We kwamen wel voor elkaar op als dat nodig was, maar daar hield de broer-zusband ook wel bij op. Ella was erg in zichzelf gekeerd. We hadden niet vaak ruzie, maar echt contact was er niet. Toen ik wat ouder werd, ging ik veel op stap. Ella was vooral thuis. Een kluizenaar, zou je kunnen zeggen.”

Ella: “Ik had, toen ik pas een jaar of zes, zeven was, al door dat er iets niet klopte aan mij. Ik was een jongen, maar voelde me een meisje. Ik sprak er met niemand over. Ik was al behoorlijk introvert, maar kon me op het gebied van mijn gevoelens helemaal niet ­uiten. Ik was heel ongelukkig. Eenzaam ook. Er was in ons gezin geen ruimte om mijn verhaal te doen. Er was überhaupt voor ­weinig onderwerpen ruimte. Het klinkt nu of ik een slechte jeugd heb gehad, maar dat is niet zo. Er werd alleen niet gepraat.”

Heel verdrietig

Petra: “Ik ging vroeg het huis uit en werd jong moeder, op mijn 21ste al. Kort daarna kwam Ella een tijdje bij mij en mijn man ­Martin wonen. Het ging echt niet goed met haar en ze had een plek nodig. Maar het ­werkte niet. Ella leefde zo haar eigen leven en hield zo haar eigen ritme aan, dat het niet te combineren viel met een jong gezin. Na een jaar vertrok ze weer.”

Ella: “Ik kan me daar niet zo veel meer van herinneren. Ik weet wel dat ik toen behoorlijk met mijn gevoel worstelde en er nog steeds met niemand over sprak. Petra probeerde weleens een gesprek met me te beginnen, maar dat kapte ik dan af.”

Petra: “En als het onderwerp te gevoelig lag, werd ze boos. Ik liet het dan maar weer gaan. Het was heel verdrietig. We merkten aan alles dat er iets was, maar we hadden er geen weet van wat er werkelijk speelde. We konden er niets mee. Jarenlang leefden we langs elkaar heen. Ik zag Ella hooguit op verjaardagen.”

Ella: “Door de jaren heen heb ik wel vrienden gehad. Het waren er niet veel, maar er zaten zeker hechte vriendschappen bij. Maar in mijn depressieve periodes had ik steeds de drang bruggen achter me te verbranden. Van alle vriendschappen is er maar één over. Deze vriend steunt mij al achttien jaar door dik en dun, een betere vriend kan ik me niet wensen. Maar ook hij wist niet wat er met mij aan de hand was. Ik was voor veel mensen niet te doorgronden. Voor mezelf ook niet. Ik voelde me vrouw in een mannenlichaam, maar hoe vertel je zoiets?”

Petra: “Ik heb lang gedacht dat Ella gay was. Dat heb ik nooit ­gevraagd, zo zijn we niet opgevoed. Ik wilde haar ook niet kwetsen of kwaad maken, want wat als ik het fout had? Ik heb ooit een leerling ­gehad die als jongen geboren was en als meisje door het leven ging. Dat deed geen belletje rinkelen. Als kind verkleedde Ella zich graag als meisje, maar dat doen meer jongens. Dat je weleens een jurk uit de verkleedkist pakt, maakt je niet meteen transgender.”

Opgelucht

Petra: “Uiteindelijk was het Martin die voor het eerst opmerkte dat Ella veranderde, vrouwelijker werd. Hij refereerde voorzichtig aan een transgender in onze omgeving. Ik veegde het van tafel. Het kon er bij mij niet in. Maar twee maanden later zag ik op de verjaardag van onze moeder ineens een pleister op Ella’s bovenarm. ‘Wat heb je daar? Je rookt toch niet?’ vroeg ik.”

Ella: “Dat was het moment waarop ik had gehoopt. Het gaf mij de mogelijkheid het gesprek te openen. Ik wilde al in transitie gaan vanaf het moment dat ik wist dat dit mogelijk was, zo ergens in mijn puberteit. Maar ik durfde de eerste stappen daartoe pas in 2016 te zetten. ‘Het zijn hormonen’, zei ik. Petra keek me vragend aan. ‘Ik ben in transitie’, verduidelijkte ik. Pas toen viel het kwartje.”

Petra: “Ik schrok niet echt. Ik was vooral ­opgelucht. Dus dit was het: ik moest het van Ella zelf horen. Hier worstelde ze dus al die jaren mee. We hebben daarna voor het eerst in ons leven echt gepraat. Het deed me pijn dat ze zich al die jaren zo eenzaam heeft gevoeld. Dat vind ik nu nog verdrietig. Tijdens dat gesprek waren we ­allebei heel rustig, er is niet gehuild.”

Ella: “De tranen kwamen thuis pas. Het was zo overweldigend, die opluchting. Petra had zo goed gereageerd. Ik kon me niet meer voorstellen dat ik het voor mezelf heb willen houden. Ik dacht er al die jaren veel te moeilijk over. Ik ging ervan uit dat de ­wereld zou instorten als ik uit de kast zou ­komen. Dat is dus niet gebeurd. Ik heb veel spijt dat ik niet eerder met mijn zus heb ­gepraat. Mijn angst was volledig onterecht.”

Lees ook: Siepies man werd een vrouw: ‘Ik heb nooit gedacht aan weggaan’

Om het te vieren

Petra: “Thuis heb ik het meteen aan ­Martin verteld. Niet aan de kinderen, dat vond ik Ella’s taak, als zij eraan toe was.”

Ella: “Ook Petra’s kinderen reageerden heel relaxed op mijn transitie. Petra is daarna een keer met me mee gegaan naar de psycholoog. Die support is fijn. Op mijn werk heb ik mijn coming out nog een tijdje voor me gehouden. Pas nadat ik op het ­gemeentehuis officieel mijn naam en ­geslacht heb laten veranderen, moest ik wel. Petra ging mee naar de gemeente en daarna zijn we met z’n allen uit eten gegaan om het te vieren. Door de hormonen heb ik weleens last van opvliegers, maar eigenlijk gaat het best goed. Ik zie er nu uit zoals ik me voel en al die tijd gevoeld heb.”

Petra: “Heel soms vergis ik me en noem ik Ella bij haar oude naam. Dat is niet zo gek als je iemand 48 jaar lang zo genoemd hebt, natuurlijk. Ze verbetert me dan altijd snel. Boos wordt ze niet, maar ik zie wel dat ze het niet leuk vindt.”

Ella: “Ik wil mijn oude naam liever niet meer horen, daar hangt zo veel verdriet aan. Ik noem hem ook niet meer, ik wil alleen nog maar vooruit, naar de toekomst kijken. Ik heb veel te veel tijd verloren laten gaan. Op je 48ste uit de kast komen is ontzettend laat. Mijn leven had er zo anders uit kunnen zien als ik als kind meer ruimte had gekregen of beter was ­begeleid en gezien. Ik heb de stap uiteindelijk gezet omdat het niet meer ging. Ik was zo depressief en zelfs suïcidaal. Het was óf uit de kast komen óf eraan onderdoor gaan. Ik koos voor het leven.”

Samen genieten

Petra: “Ik zie een totaal ander iemand nu. Voor het eerst is Ella ­gelukkig. We komen er nu ook pas achter dat we heel erg op ­elkaar lijken. We dachten altijd dat we totaal verschillende karakters hadden en daardoor niet met elkaar konden communiceren, maar we denken over veel dingen hetzelfde. Ik ben het laatste jaar meer over Ella te weten gekomen dan in de 48 jaar daarvoor. Zo weet ik sinds kort dat ze meer schoenen heeft dan ik…”

Ella: “Ik vind het heerlijk om met mijn zus te winkelen. Ik had nog niet zo veel vrouwelijke kleding en Petra is een goed adviseur. Ik heb nog geen jurken of rokken gekocht, ik ben meer van de wat stoerdere vrouwelijke kleding. Maar ik denk dat ik mijn garderobe daar binnenkort ook wel mee ga uitbreiden.”

Petra: “Waar we ook ontzettend van genieten samen, is interieurshoppen. En we gaan samen naar de nagelstyliste. We zien elkaar wekelijks en appen dagelijks meerdere keren. Ella belt graag. Het is zo fijn om met haar te praten. Ik moet er nog steeds een beetje aan wennen dat we nu zo’n prettig contact met elkaar hebben. Wat hebben we veel gemist…”

Alles op z’n plek

Ella: “Eigenlijk heeft iedereen oké op mijn transitie gereageerd. Mijn beste vriend was verrast, maar gaf mij alle steun. Hij had nooit iets doorgehad, zei hij. Onze vader leeft niet meer en onze moeder is dementerend. Zij snapt het niet. Als ze mij ziet, zegt ze dat ik haar zoon ben, maar ze kan me dan ook weer complimenteren met mijn vrouwelijke bloesje. Ik krijg heel vaak te horen dat ik op haar lijk. Ik ben altijd bang geweest voor de reactie van mijn ouders. Ik was bang hen pijn te doen. Toch waren zij niet de enige reden dat ik zo lang heb gewacht. Uiteindelijk heb ik de eerste stappen van mijn transitie gezet toen mijn vader nog leefde, alleen wist hij er niets van. Ik heb spijt dat ik er nooit met ze over gesproken heb, maar daar kan ik nu niets meer aan veranderen.”

Petra: “Alles is op z’n plek gevallen. Als ik op emotioneel vlak iets aankaart bij Ella, krijg ik reactie. Ella praat ook steeds duidelijker. Ze was zo gewend zich niet uit te spreken, dat ze letterlijk moeilijk te verstaan was – helemaal verkrampt. Daar werkt ze nu aan met een logopediste. Het is geweldig haar zo te zien opbloeien. Ik heb eindelijk de zus waar ik zo naar verlangde.”

Ella: “Ik heb nog wel een weg te gaan in mijn transitie. Ik moet ook nog verwerken wat er allemaal is gebeurd. Maar ik ben positief. Het introverte raak ik meer en meer kwijt en ook mijn depressies ­lijken voorbij. Ik heb behoefte aan contact met mensen en zoek anderen op. Nu ik mezelf kan zijn, gaat dit me veel makkelijker af. Ik heb ook contact met andere transgenders. Petra is een keer meegegaan naar een bijeenkomst. Daar kon ze goed advies ­geven over beha’s en hoe je je benen scheert. Er ging voor ons ­allebei een wereld open! Ik heb het afgelopen jaar niet alleen ­mezelf letterlijk en figuurlijk gevonden, maar ook mijn zus. Daar ben ik zielsgelukkig mee.”

Lees ook: Eveline: ‘Als vrouw kan ik eindelijk mezelf zijn’