Placeholder

Lydia en haar man hebben tien kinderen: ‘Een elfde is net zo welkom’

Lydia (42) is getrouwd met Martien (45) en moeder van Lineke (19), Pieter (17), Laura (16), Ellis (13), Daan (11), Erik (10), Bram (8), Ruth (6), Johannes (4) en Susan (1,5). ‘Voor mijn gevoel ga ik tegen de natuur in als ik de pil zou nemen.’

Lydia (42) is getrouwd met Martien (45) en moeder van Lineke (19), Pieter (17), Laura (16), Ellis (13), Daan (11), Erik (10), Bram (8), Ruth (6), Johannes (4) en Susan (1,5). ‘Voor mijn gevoel ga ik tegen de natuur in als ik de pil zou nemen.’

Lydia: “Als we met ons hele gezin een dagje gaan fietsen, trekken we aardig wat bekijks. ‘Zijn die kinderen allemaal van jullie?’, vragen mensen vaak. Als mijn man Martien en ik dan vertellen dat we inderdaad één gezin zijn, zijn ze verrast. Tegenwoordig gaat het in zo’n geval immers vaak om een samengesteld gezin. Martien en ik hebben van tevoren nooit bedacht hoeveel kinderen we wilden. We zijn allebei hervormd opgevoed en nemen het leven zoals het komt.

Ik ontmoette Martien op mijn negentiende in een discotheek. Hij was drieëntwintig en verhuurde als beginnende ondernemer graafmachines. Ik vond hem een knappe, stoere jongen – het was liefde op het eerste gezicht, ook van zijn kant. Na twee jaar trouwden we en gingen we samenwonen. Vlak daarna werd ik zwanger. De negen maanden verliepen voorspoedig. Na een pittige bevalling, een week na mijn uitgerekende datum, werd ons eerste kind geboren: Lineke.”

Moedergevoel

“Ik was jong, eenentwintig, en moest er aan wennen dat ik niet meer zomaar de deur uit kon. Bij alles moest ik rekening houden met Lineke, maar ik vond het prachtig om moeder te zijn. Ik voelde zelfs zo veel liefde voor onze dochter, dat ik me afvroeg of ik van een tweede wel net zo veel zou kunnen houden. Op dat moment waren we echter nog niet bezig met gezinsuitbreiding. Toch duurde het niet lang voor ik weer zwanger werd: ruim een half jaar later. Ook die zwangerschap verliep volgens het boekje. Toen Pieter op mijn borst werd gelegd, werd ik opnieuw overspoeld door dat intense moedergevoel. Anderhalf jaar later beviel ik van Laura. Ik vond het geweldig, weer zo’n lieve, kleine baby erbij, en ik genoot intens van onze drie kinderen.”

Blijven werken

“Wel was het druk: terwijl ik de één een fruithapje gaf, vroeg de ander om aandacht en moest de derde al weer bijna naar bed. Bovendien groeide het bedrijf van Martien en werd ik mede-eigenaar. Martien werkte fulltime,  ik deed drie dagen in de week de administratie. Op die dagen hadden we een oppas die voor de kinderen en het huishouden zorgde. Als ik ’s ochtends de deur uit ging om te werken en de kinderen moesten huilen, voelde ik me best schuldig. Toch wilde ik graag blijven werken. Ons bedrijf is een hele verantwoordelijkheid – we hebben inmiddels meer dan honderdvijftig werknemers – en ik wil mezelf blijven ontwikkelen. Ik hield de combinatie van werk en gezin  vol omdat ik een paar keer per dag even naar huis kon, omdat we naast het bedrijf wonen.”

Lees ook: Moeder van grootste gezin Engeland zwanger van 22ste kind

Geen kwaaltjes

“Toen Laura anderhalf was, raakte ik zwanger van Ellis. Daarna volgden Daan en vrij snel na hem Erik. In negen jaar tijd was ik moeder van zes kinderen geworden. Ik weet nog dat ik een keer borstvoeding gaf, terwijl de andere vijf kleintjes rondliepen en -kropen, en dacht: pff, ik moet nu niet meteen wéér zwanger worden – dan kom ik handen tekort! Anticonceptie hebben we echter nooit overwogen. Ons geloof laat ons daar vrij in, maar voor mijn gevoel ga ik tegen de natuur in als ik de anticonceptiepil zou nemen. Martien en ik voelen ons heel gezegend dat we zo vruchtbaar zijn en verwelkomen elk kind met open armen.

Na Erik hebben we nog vier kinderen gekregen: Bram, Ruth, Johannes en Susan. Ook die zwangerschappen verliepen zonder problemen. Ik had nooit last van kwaaltjes. Ik besef dat ik daar veel geluk mee heb gehad, want het kan natuurlijk ook anders lopen. Bij elke zwangerschap wreef ik regelmatig over mijn buik en genoot ik van de schopjes van de baby. Ik werd daar zo blij van. Het was leuk dat mijn kind contact maakte en het stelde me ook gerust: er is een teken van leven, het gaat goed met de baby.”

Aandacht voor iedereen

“Met tien kinderen is er altijd reuring in huis. Dat maakt een groot gezin zo leuk. Iedereen vertelt bij het avondeten wat hij of zij op school heeft meegemaakt. Ik doe mijn best om aandachtig te luisteren en iedereen evenveel aandacht te geven, maar met zo veel kinderen is dat niet altijd makkelijk. Ellis zit nu bijvoorbeeld in de eerste klas van het voortgezet onderwijs. Dat is een pittige fase, en ze vraagt weleens of ik haar ’s avonds wil overhoren. Dat doe ik graag, maar als ik na een drukke werkdag thuiskom, eten moet maken en daarna de kleintjes naar bed moet brengen, heb ik daar soms geen tijd voor. Dat is lastig. Wel zorg ik dat ik altijd één op één met iemand ga zitten als ik merk dat hij of  zij niet lekker in z’n vel zit. Dan hebben ze een dikke knuffel en wat extra aandacht nodig.”

Veel hulp

“Martien werkt zes dagen in de week en gaat ’s ochtends om vijf uur de deur uit. Daarom komt het grootste deel van de zorg voor de kinderen op mij neer. Dat vind ik niet erg, want ons bedrijf is heel belangrijk en hij zet zich daar met hart en ziel voor in. Bovendien komt hij ’s ochtends om tien uur thuis koffiedrinken en ’s avonds brengen we de jongste kinderen altijd samen naar bed. Hij poetst hun tanden, ik help ze in hun pyjama’s. Daar zijn we zeker een uur mee bezig, en het is fijn om dat samen te kunnen doen. Gek genoeg was het voor mijn gevoel veel drukker toen we pas zes kinderen hadden. Zij waren nog klein en hadden ons overal bij nodig. Nu zijn de oudsten tieners en helpen ze mee. Zo maakt de één na het gezamenlijke ontbijt de tafel schoon, ruimt de ander de vaatwasser in en weer een ander houdt een oogje in het zeil bij de kleintjes. Dat scheelt echt enorm. Ook hebben we nog steeds een oppas, want ik werk nu twee dagen in de week.”

Weinig me-time

“Tijd voor mezelf heb ik weinig. Ergens vind ik dat wel jammer, maar aan de andere kant: ik ben een bezige bij. Al heb ik een uurtje me-time, dan ga ik alsnog in huis rommelen. Ik draai elke dag een was, strijk tientallen T-shirts en doe één keer in de week boodschappen. De kar zit dan helemaal vol met tien broden, negen liter melk, een paar potten pindakaas en nog veel meer. De meeste mensen in ons dorp kennen ons, maar van onbekenden krijg ik nog weleens een opmerking: ‘Waar laat je het allemaal, past het wel in je auto?’ Vroeger vond ik dat vervelend en had ik het gevoel dat ik moest uitleggen waarom ik zo veel kocht. Nu maak ik me daar niet meer druk om en denk ik: waarom zou ik verantwoording moeten afleggen? Het is ons leven.”

Lees ook: Schippersvrouw Jantina heeft zeven kinderen

Verantwoordelijkheid nemen

“Onze kinderen kunnen allemaal goed met elkaar overweg. Soms is er ruzie, maar de vlam slaat nooit in de pan. Als er wat wordt geklierd of getreiterd, moet ik of Martien de boel sussen. We laten dat niet over aan onze oudsten, want wíj zijn de ouders. Wel proberen we de kinderen te leren verantwoordelijkheid te nemen. Als ze bijvoorbeeld buiten spelen en Susan, onze jongste van anderhalf, huppelt daar ook rond, vraag ik ze een oogje in het zeil te houden. Ze brengen Susan ook naar binnen als ze geen zin meer hebben om te spelen. Sommige kinderen lijken qua karakter erg op elkaar. Zo zijn Ellis en Ruth allebei heel geordend. Dat hebben ze van mij. Ik hoef maar te roepen dat we moeten opruimen omdat er visite komt, en zij hebben het speelgoed al in de juiste bakken gedaan. Bij Pieter en Erik herken ik juist het ondernemende karakter van hun vader.”

Nummer elf?

“Of we nog een elfde kind zullen verwelkomen? Met Susan was het eerste jaar best pittig. Ze sliep slecht, en toen merkte ik dat ik geen twintig meer ben. Ook is ze een heel aanwezig meisje, dus dat vergt veel energie. Daarom proberen we nu met de juiste timing te voorkomen dat ik zwanger word. Maar je weet niet hoe het loopt. Stiekem zou ik het heel leuk vinden nog een zwangerschap mee te maken. Ook de kinderen zouden een nieuw broertje of zusje leuk vinden. Ze trekken dan altijd nog meer naar elkaar toe en delen automatisch hun liefde, tijd en speelgoed met elkaar zonder te mopperen. Prachtig om te zien. De risico’s op bijvoorbeeld een miskraam of een gehandicapt kindje worden wel groter, want ik ben laatst 42 geworden. Maar ik vertrouw op ons geloof en op een goede afloop. In ons grote huis én in ons hart is nog genoeg ruimte voor een elfde kind.”