
7x ‘Déze opmerking veranderde álles’
14 oktober 2025
Soms is een rake opmerking van een vriendin, familielid en collega alles wat je nodig hebt om je ogen te openen. Ook al doet die in het begin misschien pijn. “Ik begreep echt niet waarom ze zo bot reageerde.”
‘Ik verwachtte dat ze haar excuus zou aanbieden’
Elianne (49): “Woedend was ik, toen mijn vriendin Cynthia – die altijd eerlijk is – anderhalf jaar geleden doodleuk zei: ‘Ik hoor je altijd klagen over wat je allemaal niet mooi vindt aan jezelf, maar ik heb je nog nooit horen vertellen wat je eraan gaat doen.’
Die opmerking raakte me echt heel hard. Ik was op dat moment zeker twintig kilo te zwaar en zorgde slecht voor mezelf. Ik klaagde over mijn gewicht en werd ondertussen steeds dikker. Dat maakt de neerwaartse spiraal waarin ik mentaal zat erger: ik voelde me slecht over mezelf, ging eten, voelde me nog slechter en mislukt, ging nog meer eten…
Achteraf gezien was die opmerking echt een eyeopener, maar op dat moment was ik naast boos ook erg verdrietig. Cynthia wíst toch hoeveel moeite ik had met mijn overgewicht?
Een paar weken lang ging ik contact uit de weg, tot ik haar weer sprak en haar voor de voeten wierp wat haar opmerking met me had gedaan. Ik verwachtte half een excuus, maar in plaats daarvan zei Cynthia: ‘Ik sta achter mijn woorden en wel om de simpele reden dat ik om je geef.’ Langzaam begon ik in te zien dat ze eigenlijk gewoon gelijk had. Klagen zou het niet beter maken, actie ondernemen wel. En dus sleepte ik mezelf toch naar de sportschool, vol schaamte over mijn lijf. Daar trof ik de beste personal trainer ooit en langzaam maar zeker ging ik het sporten zelfs leuk vinden. Ik zorgde beter voor mezelf, ging op mijn voeding letten en ben op dit moment vijftien kilo lichter dan anderhalf jaar geleden. Voor het eerst sinds lange tijd heb ik weer energie én voel ik me trots op mezelf. De eyeopener die Cynthia me gaf deed me echt pijn, maar is uiteindelijk het beste wat iemand ooit had kunnen zeggen.”
‘Uit haar mond klonk het bizar en grappig tegelijk’
Sanne (28): “Tegen mijn manager Eveline keek ik enorm op: een powervrouw die met haar kennis, kunde en overtuigingskracht zalen vol directeuren voor zich wist te winnen. Als beginnend bedrijfskundige was ik al bloednerveus bij een presentatie voor tien man. Toen ik vorig jaar voor het eerst honderd mensen moest toespreken, stond ik kokhalzend van de zenuwen te wachten. Toen kwam Eveline naar me toe en vroeg of het wel ging. ‘Ja hoor’, loog ik, maar ze zag natuurlijk dat ik bloednerveus was. ‘Ik ben ook vaak nerveus’, zei ze toen. ‘En dan denk ik aan wat mijn moeder altijd zei: doe het bang.’ Dat was voor mij zo’n krachtige boodschap. Ik wilde van mijn angst afkomen, ik stond er echt fysiek tegen te strijden. Maar in plaats daarvan kon ik die beter toelaten, mócht ik die toelaten. En daarna zei Eveline: ‘Als ik echt heel nerveus word van al die starende blikken, stel ik me voor dat al die mensen naakt zijn. Geloof me, dat relativeert enorm.’ Ik wist niet eens wat ik moest zeggen, uit haar mond klonk het bizar en grappig tegelijk. Vijf minuten later stapte ik doodsbang maar helemaal opgeladen het podium op en het ging geweldig. Inmiddels ben ik nog steeds nerveus voor elke presentatie, maar dan kijk ik in de spiegel en zeg: ‘Doe het bang, je kunt het.’”
‘Die zin kwam rechtstreeks uit het boek’
Hanneke (35): “Ik wist wel dat mijn relatie met Jannick gebreken vertoonde, maar we waren al vier jaar samen en ik wilde zó graag een gezin. Verblind door liefde en een soort ‘redderssyndroom’ wilde ik hem helpen met zijn lage zelfbeeld en de gevolgen van zijn jeugdtrauma’s. Dat hij helemaal geen hulp wilde en dat hij me kapotmaakte, dat zag ik niet. Alles bedekte ik met de mantel der liefde, tot verbaal en fysiek geweld aan toe. Een vriendin zag dat het steeds slechter ging, maar naar haar advies om weg te gaan luisterde ik niet. Ze gaf me een boek over slechte relaties dat ik na de zoveelste ruzie met Jannick toch maar eens ging lezen. Eén hoofdstuk ging over gaslighting en daarin herkende ik bijna alles wat Jannick deed en zei: ík maakte hem altijd boos, ík maakte dat hij agressief deed, als ík maar niet dit of dat deed, hoefde híj niet zo te reageren… Dezelfde avond hadden we ruzie en kneep Jannick hard in mijn arm. Woedend gooide hij me een zin voor mijn voeten die rechtstreeks uit het boek kwam: ‘Jij maakt mij zo!’ Die zin opende mijn ogen: deze man zou me kapotmaken als ik bij hem bleef. Hij zou nooit veranderen. Ondanks mijn gierende kinderwens verbrak ik de relatie en na een nare periode waarin hij me stalkte, heb ik inmiddels mijn leven op orde. Binnenkort start ik met een traject om alleen moeder te worden. Superspannend, maar ik weet: ik ben sterk genoeg.”
‘Niemand mag dat tegen mij zeggen’
Tineke (53): “In het grote gezin waar ik opgroeide was de harde hand van mijn vader bepalend. Wat ik wilde of wie ik was, deed er niet toe. Als volwassene had ik dat lang met me meegedragen en daardoor koos ik nooit voor mezelf. Ik wilde kunstenares worden, maar bleef in de zaak van mijn ouders werken. Ik trouwde een man die net zo hard voor me was als mijn vader, omdat dat het enige was wat ik kende. Ik leefde het leven dat van me werd verwacht, maar was niet gelukkig. Toen mijn man van me scheidde en mijn ouders overleden en de zaak failliet ging, stond ik ineens met lege handen. Mijn droom durfde ik niet waar te maken, dus ging ik voor zekerheid en werd zij-instromer in het onderwijs. Daar trof ik, alsof ik het aantrek, een nare en autoritaire directrice van mij vanaf dag één niet moest. Door personeelsgebrek draaide ik soms de klas alleen, waarvoor ik niet gekwalificeerd was. Eén jongetje maakte het veel te bont en onervaren als ik was, kon ik hem niet aan. Op een vrijdag stond ik weer alleen voor de groep en liep het helemaal uit de hand. Het jongetje sloeg drie kinderen, schopte mij en rende de deur uit. In paniek ging ik naar de directrice voor hulp. Zij vloog zo’n beetje achter haar bureau vandaan, rende langs me en snauwde: ‘Kan je dan helemaal niets?’ Pas een uur later, toen de rust wedergekeerd was, besefte ik wat ze had gezegd. En ineens werd ik zó boos. Niemand mocht dit ooit nog tegen mij zeggen.
De maandag daarop heb ik ontslag genomen. Toen besloot ik: nu ga ik mijn droom volgen. Inmiddels moet ik rondkomen van heel weinig, maar ik heb ook heel weinig nodig. Het allerbelangrijkste is dat ik elke dag schilder en dat maakt me gelukkig. Ik kan helemaal niet niets, ik kan juist heel veel en dat ga ik laten zien.”
‘Er sprak zoveel liefde uit, maar ook zoveel pijn’
Emmelie (42): “Jarenlang was ik heel gelukkig met mijn man, tot hij ineens begon te veranderen. Achteraf denk ik dat hij depressief was, alleen uitte zich dat in drank- en drugsgebruik, boosheid en soms zelfs agressie. Langzaamaan cijferde ik mezelf steeds meer weg om hem maar niet te triggeren. Achteraf denk ik: waarom heb ik geen grens getrokken? Maar je hebt geen idee hoe het is om in zo’n situatie te zitten. Ik wilde redden wat er te redden viel en dacht echt dat ik invloed had.
Een vriendin zag dat het niet goed ging en praatte vaak op me in. ‘Je mag een grens trekken’, zei ze dan. Of: ‘Hij maakt je kapot.’ Ik hoorde het wel, maar luisterde niet. Tot het echt heel slecht ging en zij met tranen in haar ogen zei: ‘Ik hoop echt dat je op een dag net zoveel van jezelf zal houden als ik van je houd.’ Die opmerking raakte me recht in mijn hart. Er sprak zoveel liefde uit, maar ook zoveel pijn. Van mezelf hield ik al heel lang niet meer, áls ik dat ooit al had gedaan. Toen besloot ik: van mezelf houden wordt mijn doel. Ik stapte ik naar een psycholoog en na een intensief traject, zei ik zes maanden later tegen mijn man: ik hou nu te veel van mezelf om jou nog toe te staan mij zo te behandelen. Dezelfde dag pakte ik mijn koffers en die van de kinderen. En waar ik dacht dat mijn man nooit zou veranderen, ging hij tot mijn verbazing in therapie. Hij werkt nu hard aan zichzelf en ik kijk toe. Of we weer bij elkaar komen weet ik niet, maar ook als dat wel zo is, zal er iets veranderd zijn. Vanaf nu doe ik er ook toe, en dat is echt een verademing.”
‘Natuurlijk zou ik dit nooit tegen mijn kind zeggen’
Jakkelien (35): “Voor de spiegel in het toilet van een restaurant stond ik te bellen met mijn moeder. Mijn broek was iets te strak en toen ik naar mezelf keek, voelde ik me zo slecht over mijn buik en eigenlijk over alles wat ik zeg – ik ben altijd erg kritisch geweest op mijn uiterlijk. Ik deelde mijn zelfkritiek met mijn moeder, maar zij moest vrij abrupt ophangen. Er stond een vrouw naast me haar handen te wassen en toen ik ophing en probeerde mijn buik verder te verdoezelen onder mijn shirt zei ze: ‘Sorry, ik hoorde wat je net zei en ik wil alleen maar even zeggen dat ik je prachtig vind.’ Hoewel dat natuurlijk aardig is, reageerde ik ongemakkelijk: ‘Nou, wacht maar tot je die buik ziet.’ Toen zei ze: ‘Dan zal je mijn buik wel een lelijk maanlandschap vinden. Maar ik ben trots op mijn lichaam dat twee kinderen heeft gedragen.’ Die opmerking raakte me en we bleven nog even praten. Ik weet niet waarom ik dit aan een wildvreemde vertelde, maar ik zei dat ik automatisch altijd superkritisch op mezelf ben. En toen zei ze: ‘Als ik zoiets over mezelf denk, stel ik mezelf daarna de vraag: ‘Zou je dit tegen je kind zeggen?’ Ik kan je zeggen: die kwam binnen. Hoe krom is het dat ik altijd mijn dochter van zeven vertel dat ze mooi is hoe ze is en dat ze van zichzelf moet houden en dat ik tegen mijn eigen spiegelbeeld zeg: weg met die buik, gatver een puistje, wat een lelijke rimpel. Hoe moet zij dan leren dat ze prachtig is met al haar imperfecties? Natuurlijk is mijn kritiek op mezelf niet zomaar over, maar ik denk nog heel vaak aan die ene opmerking en probeer dan niet alleen mijn dochter maar ook mezelf te leren: je bent mooi zoals je bent.”
‘Dankzij haar maakte ik net op tijd de juiste keuze’
Petra (55): “Mijn dochter is pas drieëntwintig, maar zo wijs. Ze had net een boek over filosofie gelezen en zei: ‘Het is raar dat mensen zo op geld gericht zijn. We geven iemand niet zomaar vijftig euro, maar we geven wel een uur of twee uur van ons leven. Terwijl je dat geld kan terugverdienen, maar die tijd ben je voor altijd kwijt.’ Dat zette me al aan het denken, maar ze ging nog wat verder en zei: ‘Waarom stop je je tijd in het verdienen van geld terwijl je daar later nog uitgebreid de gelegenheid voor hebt? De tijd die je nu met oma kan doorbrengen, daar krijg je geen tweede kans voor.’ Ik zeg je: ik heb gehuild om die woorden. Dit was precies de waarheid en ook precies wat me al die tijd al dwarszat, maar waar ik zelf geen woorden aan kon geven. Al bijna een jaar probeerde ik mezelf in tweeën te delen om er én zoveel mogelijk te zijn voor mijn zieke moeder én geen stap terug te doen als freelancer nu het werk ineens voor het oprapen lag. Jarenlang had ik moeten sappelen en nu was er ineens financiële overvloed. Maar ja, mijn moeder zou er ook niet meer zo lang zijn…
Door wat mijn dochter zei realiseerde ik me: voor tijd is geen tweede kans, voor geld zijn massa’s kansen. Ik heb mijn leidinggevende gebeld en zij bleek het prima te vinden als ik in plaats van een dag meer een dag minder zou gaan werken. Alle tijd die ik daardoor overhield, heb ik doorgebracht met mijn moeder. Prachtige maanden waar ik met liefde op terugkijk. Nu ze overleden is mis ik haar natuurlijk enorm, maar het geeft me rust om te weten dat ik geen spijt hoef te hebben van hoe ik het heb gedaan. Dankzij mijn dochter heb ik op tijd de juiste keuze gemaakt en daar ben ik haar dankbaar voor.”
Om privacyredenen zijn de namen in dit artikel gefingeerd.
Foto: Getty Images
Meer Vriendin? Volg ons op Facebook en Instagram. Je kunt je ook aanmelden voor onze wekelijkse Vriendin nieuwsbrief.
Uit andere media