vrouw

Susanne: ‘Voor mij gaf hij alles op en nu wil ik hem niet meer’

Susanne (41) dacht dat haar droom uitkwam toen de Griekse Kostas voor haar naar Nederland verhuisde. Maar een huwelijk en een baby verder, wil ze niet met hem door. “Hij klaagt tegen iedereen dat ik hem heb laten stikken.”

Susanne: “Hij stond achter de bar toen ik hem voor het eerst zag – hoe cliché wil je het hebben? Maar anders dan je bij zo’n cliché zou verwachten vond ik Kostas niet meteen leuk. Hij kon wel heel lekkere cocktails maken en mijn zus en ik namen het er ruim van. Ik dacht dat hij de barman was, maar toen we later die avond aan de praat raakten, bleek hij de eigenaar te zijn van het kleinschalige huisjespark waar mijn zus en ik een weekje verbleven. Hij was ongeveer mijn leeftijd – begin dertig toen – en ik vond het knap wat hij op die leeftijd al had opgebouwd. Daar viel ik denk ik het meest op: zijn ambitie, zijn drive. Die avond bleven we lang kletsen, mijn zus was al naar bed gegaan. Hij bleek ontzettend geestig, stelde allemaal vragen en we bleken over veel dingen hetzelfde te denken, van onze favoriete pizza’s tot de wereldpolitiek. Ik kon bijna niet slapen toen ik uiteindelijk naar bed ging, ik was zo van slag door deze man. In Nederland zocht ik me suf naar een vent met hersenen, ambities en humor, maar ik trof vooral fouteriken. En hier diende zich zomaar iemand aan. De dag erna kwam ik hem weer tegen en pakten we de draad van ons gesprek gewoon weer op. Toen zag ik eigenlijk pas hoe knap hij was met zijn donkere ogen, dikke zwarte haar en blik die het ene moment guitig en jongensachtig was en het volgende moment brandde met iets waar ik toen nog niet aan durfde te denken, maar wat verliefdheid bleek te zijn.
Op de laatste dag gaf Kostas me zijn nummer en ’s avonds trok ik de stoute schoenen aan. Ik appte hem en hij nodigde me bij hem uit. Er was geen redden meer aan, we vreeën de sterren van de hemel. Vanaf dat moment draaide alles om hem. Terug in Nederland wilde ik bijna meteen weer in het vliegtuig stappen. Vriendinnen dachten dat het wel over zou gaan nu we elkaar niet zagen, maar mijn verliefdheid en verlangen werden alleen maar groter. Toen ik hem zes weken later weer zag, wist ik zeker dat ik de liefde van mijn leven had gevonden.”

Geen FaceTime-gedoe

“Het klinkt allemaal erg romantisch, maar op dat moment begonnen er natuurlijk ook praktische kwesties te ontstaan. Kostas had zijn bedrijf in Griekenland, ik het mijne in Nederland – ik had me ingekocht in een advocatenpraktijk. We bleven een tijdje latten, maar daar werden we allebei niet gelukkig van. Ik overwoog serieus om me weer te laten uitkopen, maar in Griekenland zou ik moeilijk aan werk komen. Kostas daarentegen had het idee dat hij het park vanuit Nederland ook zou kunnen leiden, als hij een week per maand in Griekenland was. Prima, leek me, en we zetten het in werking. Kostas zou bij mij komen wonen, want we wilden elke minuut van de dag samenzijn. Ik twijfelde er niet aan dat dat goed zou gaan, ook al waren we niet gewend om zo veel bij elkaar te zijn. Ik geloofde gewoon in ons.
In het begin was het heerlijk. Geen FaceTime-gedoe meer maar gewoon elke avond tegen elkaar aan kruipen. Ik verlangde ernaar om naar huis te gaan aan het einde van de dag, terwijl ik me eerder dan vaak eenzaam voelde. Kostas paste naadloos in mijn vriendengroep en vond makkelijk zijn draai hier. Geen moment hadden we spijt. We trouwden en al snel kregen we het over een gezin, een wens van ons allebei. Ik stopte met anticonceptie en we dachten dat het wel even kon duren, maar drie maanden later was ik zwanger. We konden ons geluk niet op. Ja, het was wat snel allemaal, maar waarom wachten? Toen onze dochter Sophia werd geboren voelde dat als de kroon op ons geluk. Maar helaas begonnen niet lang daarna de problemen.”

Meer klachten, minder omzet

“De drive en de ambitie waar ik eerder op was gevallen, begonnen Kostas parten te spelen. Dat was eerder al zo, maar we waren zo druk met andere dingen dat het telkens naar de achtergrond verdween. Maar met alles op de rit, wilde Kostas dat het vakantiepark maximaal draaide. Hij was altijd kritisch geweest op het reilen en zeilen en als gast merkte je dat: alles was er goed geregeld, de details klopten. Maar meer en meer moesten we ons realiseren dat een vakantiepark continue aanwezigheid vereist en zonder Kostas namen de klachten toe en de omzet af. Service was altijd zijn speerpunt geweest en juist dat lekte nu weg. Kostas raakte gefrustreerd als hij in Griekenland was en ook als hij er niet was en Sophia en ik moesten de tol betalen omdat hij zo slechtgehumeurd was. Ik begreep het echt, maar dat maakte het niet makkelijk. Het kostte heel wat ruzies en lange gesprekken voor hij de knoop doorhakte: het park moest in de verkoop. Dat was ongelooflijk moeilijk, want hij had het met bloed, zweet en tranen opgebouwd tot wat het nu was. Maar het kon niet anders – het park zou z’n waarde verliezen als de service afnam en dan hield Kostas uiteindelijk niets over. Ik heb zelfs nog gezegd dat als hij in Griekenland wilde gaan wonen, ik dat begreep. Dan zou ik met Sophia zo vaak mogelijk naar hem toe vliegen. Maar dat was eigenlijk geen optie, daarvoor waren we als gezin te veel aan elkaar gehecht. Dus zocht en vond Kostas een koper. Voor de overdracht gingen we samen naar Griekenland, dat was heel emotioneel. Het park had ons samengebracht en daardoor werd het nu geofferd, zo voelde het. Maar het was, zo vertelden we elkaar wel honderd keer, echt de beste keuze.
Eenmaal terug in Nederland vond Kostas al snel werk in een hotel. Leuk werk, maar als je je eigen vakantiepark hebt gerund, is voor een baas werken daarna lastig. Althans, voor hem. Hij deed zijn best, maar gleed steeds verder weg tot hij uiteindelijk in een depressie terechtkwam. Ik deed mijn best er voor hem te zijn, maar wist niet goed hoe. Kostas leek afgesloten voor de buitenwereld en vooral van mij wilde hij amper iets weten. Misschien omdat hij het me onbewust kwalijk nam, dat weet ik niet.”

Hij was zichzelf niet

“En toen was er ineens dat berichtje van een voor mij onbekend nummer, dat onder een onzinnaam in zijn telefoon stond. Een vrouw – ik weet nog steeds niet wie – stuurde dat ze het gisteravond betoverend had gevonden en wanneer ze hem weer kon zien. Kostas biechtte op dat hij was vreemdgegaan en het zou nooit meer gebeuren. Hij was zichzelf niet, dat moest ik begrijpen. Ik vergaf hem en daarna gebeurde het opnieuw, waarna ik hem weer vergaf. Het overspel vond ik nog niet eens het ergste. Zijn gedrag was dat wel. Hij was vrijwel altijd geïrriteerd of ronduit boos, reageerde zich af op mij en wees me de ene keer af om me daarna juist in een soort wurggreep te claimen. Hij zocht psychische hulp, maar na twee keer verklaarde hij dat het niet aan hem lag, aldus de psycholoog. Lijkt me vreemd, maar goed, ik was niet in de spreekkamer. Nadat hij was weggegaan bij het hotel begon hij aan tig andere banen, maar nergens bleef hij langer dan een paar weken of maanden. En als hij weer ontslag nam, had ík het uiteraard allemaal verkeerd gedaan.
Na de zoveelste ruzie was er bij mij opeens een moment dat er een lamp aan leek te gaan. Dit maakte niet alleen ons gezin maar ook mijzelf kapot. Ik was altijd nerveus, liep op mijn tenen om hem maar niet te triggeren, nam de schuld op me van alles wat er maar misging. Op mijn werk functioneerde ik niet goed en het ergste was dat ik niet de moeder was die ik wilde zijn, vrijwel al mijn energie ging naar de situatie met Kostas. Maar ik kón niet weggaan, die gedachte zat heel diep in mij verankerd. Hij had alles voor mij opgegeven, en nu wilde ik hem niet meer, dan moest ik wel een heks zijn als ik niet begreep dat de situatie voor hem veel erger was dan voor mij. Dat verweet hij mij ook: dat ik geen begrip had. Terwijl ik juist overliep daarvan, ik begreep me de hele dag suf.
Het duurde best een tijd voor ik aan mezelf durfde toe te geven dat ik niet verder wilde en daarna nog langer voor ik die knoop doorhakte. Een paar keer deed ik dat voor mezelf al, maar pakte ik niet door. Halfslachtig vertelde ik weleens wat aan vriendinnen, maar niemand wist hoe erg de situatie was. Het voelde als falen toen ik uiteindelijk echt open was en vertelde dat het niet langer ging. Kostas was, uiteraard, boos en verweet me dat dit altijd mijn plan was geweest: een kind krijgen en hem dan afdanken. Ik zei dat als ik dat had gewild, ik net zo goed zwanger had kunnen worden van een onenightstand. Mijn vriendinnen en familie waren geschokt en kozen zijn kant. Ik wilde toch zo graag met hem in Nederland wonen? En ook dat begreep ik wel weer, maar ik besloot nu toch echt voor mezelf kiezen.
De scheiding is nu bijna een jaar geleden en Kostas woont in een huurappartement op tien minuten van Sophia en mij. Ik heb hem aangeboden dat hij ons huis mocht, maar dat wilde hij niet, hoewel hij nu tegen iedereen klaagt dat ik hem heb laten stikken. Hij plaatst foto’s van zijn vakantiepark op social media met daarbij teksten over hoe mooi het was. Dat voelt als een steek naar mij en zo is het denk ik ook bedoeld. Die steek heb ik niet nodig om me schuldig te voelen, hij hééft ook veel opgegeven. Maar, zo denk ik er dan nu achteraan, hij heeft net zo goed zelf gekozen om naar Nederland te komen, hij was er ook bij. Dat het niet heeft gewerkt tussen ons is heel verdrietig, maar niet alleen maar mijn schuld. Het lukt me pas sinds kort om ook in mijn eigen gedachten te geloven.”

Tekst: Mariëtte Middelbeek. Om privacyredenen zijn alle namen veranderd, De echte namen zijn bekend bij de redactie.​​​​​​
Foto: Getty Images

Meer Vriendin? Volg ons op Facebook en Instagram. Je kunt je ook aanmelden voor onze wekelijkse Vriendin nieuwsbrief.

Uit andere media