
Peggy: ‘Na vijf jaar kregen we eindelijk een kind – en toen verliet hij me’
15 augustus 2023
Ben je na jaren gedoe eindelijk moeder, gaat je man ervandoor. Het overkwam Peggy (39), toen haar dochtertje Evi net twee maanden was. “Ik viel snoeihard van mijn roze wolk af.”
Peggy: “Ik ontmoette Roland toen ik 25 was. We waren allebei vooral druk bezig met onze carrières. Over kinderen hadden we het voorlopig niet. We verdienden goed en maakten samen de mooiste reizen. Na een paar jaar begonnen vrienden gezinnen te krijgen, maar na kraamvisites zeiden we steevast tegen elkaar dat het onze tijd nog niet was.
Dat veranderde toen ik dertig werd. Dat getal deed iets met me. En niet alleen met mij, ook mensen in mijn omgeving vonden het nodig me te wijzen op de houdbaarheid van mijn eicellen. ‘Rammelen je eierstokken nog niet?’ vroegen ze regelmatig. Ik merkte dat ik me steeds meer begon te interesseren voor pasgeboren baby’s in kinderwagens. En als ik een baby van een vriendin vasthield, deed dat wat met me. Ik wilde ook een baby. Ik was 32, hij 35, toen ik het hardop tegen Roland uitsprak: ‘Ik wil een kind. En ik vind dat we daar niet nog heel veel langer mee moeten wachten.’”
Flink proberen
“Roland schrok een beetje van mijn stelligheid. Bij hem rammelde er blijkbaar nog niets. Hij had nog wat reisbestemmingen op zijn verlanglijstje staan, zei hij. Die reizen zouden we met een kind nooit meer maken. We hebben er veel en lang over gesproken en na een tijdje was hij ook overtuigd: het leven stopt niet als je een kind hebt. Ik had hem enthousiast weten te maken. Mijn wens werd onze wens.
Ik stopte op mijn 33ste met de pil en verwachtte in de eerste maand eigenlijk al een positieve test. Laat ik het zo zeggen: we hadden flink ons best gedaan. Ik vond de seks ineens heel bijzonder worden. We deden het niet langer alleen uit lust en liefde, maar met een doel. Maar die eerste maand werd ik gewoon ongesteld. En de tweede, derde, vierde en vijfde maand ook. Na een half jaar ‘proberen’ werd ik onzeker. Dat op internet stond dat het zomaar een jaar of anderhalf jaar kan duren, stelde me niet gerust. Misschien had ik toen al wel een voorgevoel. Ik wilde naar de huisarts, maar Roland hield me tegen. We moesten niet ongeduldig worden, vond hij. Hij vond dat ik er ietwat obsessief mee bezig was. Om de aandacht te verleggen, boekten we een rondreis door Amerika van zes weken. Misschien zou het in een wat meer ontspannen sfeer wel lukken. Ik genoot van onze trip, maar er hing toch een donkere wolk boven. Ik wilde niet meer reizen, ik wilde moederen.”
Met een beetje hulp
“Na anderhalf jaar klopte ik toch aan bij de huisarts. Zowel Roland als ik werd onderzocht en daar kwam niets afwijkends uit. We konden gaan voor het medische traject, maar we konden het ook nog even proberen, kregen we te horen. Roland was ervan overtuigd dat het ging lukken nu we allebei wisten dat we écht vruchtbaar waren. Ik zag er ook niets in ziekenhuis in, ziekenhuis uit te lopen. Dus bestelde ik een voorraad ovulatiesticks en gingen we er weer voor.
Na twee jaar gooide ik de handdoek in de ring: ik wilde hulp. Er moest iets gebeuren. Ik zag overal zwangere vrouwen en baby’s, iedere menstruatie was ik in tranen en kraamvisites waren de hel voor me geworden. Roland zag ook wel in dat het zo niet verder kon.
Wij bleken zo’n stel te zijn dat zonder aantoonbare oorzaak maar niet zwanger kon raken. Het enige
wat mijn gynaecoloog kon noemen, was mijn leeftijd.
Ik was inmiddels bijna 35. Dat is niet superoud, maar
je meeste vruchtbare jaren liggen dan al wel achter je. Met een beetje hulp van het ziekenhuis (IUI, daarbij wordt het zaad hoog in de baarmoeder ingebracht) raakte ik zwanger.
Ik was door het dolle heen, ik kan me niet herinneren dat ik ooit gelukkiger was dan het moment waarop ik eindelijk die twee streepjes op de test zag verschijnen. Ik had zo veel tests met één streepje weggegooid in de voorgaande jaren, nu was het gelukt! Ook Roland
was zielsgelukkig.
We stortten ons vol in het aanstaand ouderschap. We hielden er geen rekening mee dat het ook weleens fout zou kunnen gaan. Nog voor de drie maanden hadden we onze zwangerschap al op Facebook gezet. Ik had de eerste té schattige babypakjes al in huis gehaald. Toen de verloskundige ons met elf weken voorzichtig meedeelde dat ze geen hartje meer zag kloppen, voelde dat alsof mijn hart uit mijn lijf werd gerukt. Ik was zo verdrietig en boos. Echt compleet verslagen.
De miskraam werd opgewekt met pillen. Bij een controle-echo bleek niet al het weefsel weg te zijn. Ik kon een curettage ondergaan, maar ik kon ook nog een cyclus afwachten – dat laatste zou veiliger zijn, gezien mijn kinderwens. Het proces nam meer tijd in beslag dan ik had gehoopt, zowel geestelijk als lichamelijk. Pas na zeven maanden was mijn cyclus weer normaal. Ik kon geen ziekenhuis meer zien.”
De wanhoop nabij
Roland had ook verdriet van de miskraam, maar voor hem was het toch anders. Ik stond ermee op en ging ermee naar bed, het gemis deed zo veel pijn. Roland kon het naast zich neerleggen. Mijn obsessie om zwanger te worden werd groter en groter. Ik las alles over vruchtbaarheidsproblemen, ging supergezond leven en sloeg elk wijntje af. Er telde nog maar één ding. Ik ben in die periode echt niet de leukste vrouw geweest, maar ik had een doel voor ogen.
Toen ik na een tijdje weer met een positieve test in mijn handen stond, was ik vooral heel bang. Ik wilde het niemand vertellen en ik verheugde me nergens op. Het zou vast weer misgaan. En dat gebeurde ook,
met zeven weken al. Weer een miskraam. Na deze tweede miskraam volgde een derde. Ik was
de wanhoop inmiddels nabij.
Ik zou nooit moeder worden.”
Oervertrouwen
“Bij mijn vierde zwangerschap voelde alles anders. Ik was nog wel bang, maar ook rustig. Alsof ik een soort oervertrouwen in mijn lijf kreeg. Ik durfde niet hardop uit te spreken wat ik dacht, maar langzaam durfde ik te gaan dromen over die baby.
Alle echo’s waren goed. En nadat we bij de twintigwekenecho ook goed bericht kregen, wist ik het zeker: deze keer zou het goed gaan. Na vijf jaar ellende scheen de zon weer in mijn leven. Roland was ook blij. Ik was er wel veel meer mee bezig dan hij, maar dat kwam natuurlijk door zijn man-zijn. Ik kon uren in het babykamertje aanrommelen: kleertjes opvouwen, ontvouwen en weer opvouwen. Het bedje opmaken. Knuffels rangschikken. Soms ging ik er gewoon even zitten. Het bleef onwerkelijk dat mijn grote wens na al die jaren echt in vervulling ging.
Drie jaar geleden werd Evi geboren. Ze was zo mooi en zo lief. Alles aan haar klopte. Ik zat op de meest roze wolk denkbaar en de wereld om me heen kon me gestolen worden. Ik had alleen nog maar oog voor mijn dochter. Dat Roland wel heel veel aan het werk was, viel me wel op, maar ik zocht er niets achter. Hij was gek op Evi en knuffelde haar als hij thuiskwam vol overgave. Ja, tussen ons stond alles even op een laag pitje, maar dat leek me logisch. Ik moest wennen aan mijn nieuwe rol als moeder en daar ging veel tijd en energie in zitten. Evi’s bevalling was ook niet makkelijk geweest. Ik moest weken herstellen, seks zou later wel weer komen. Ook die lekkende borsten maakten nou niet dat ik me heel aantrekkelijk voelde. Roland stond dus even op de tweede plaats.”
Vol ongeloof
“Toen Evi twee maanden oud was en ik bijna weer aan het werk zou gaan, vroeg Roland of we even konden praten. Ik dacht dat hij het over onze hypotheek wilde hebben. ‘Ik wil scheiden’, zei hij plompverloren, net nadat ik Evi op bed had gelegd. Ik werd binnen één seconde kotsmisselijk en moest me aan de tafel vastgrijpen om niet tegen de vlakte te gaan. Ik huilde niet. Ik keek hem alleen maar vol ongeloof aan. Zijn gezicht sprak boekdelen: dit was geen grap.
Hij was verliefd geworden op een ander. De afgelopen jaren waarin we vooral bezig waren geweest met onze kinderwens, hadden zijn tol geëist. Van ons leuke, ongedwongen leven was in zijn ogen niets meer over. We reisden niet meer, het ging alleen maar over zwanger worden of baby’s. Daar hadden we inderdaad weleens pittige discussies over gehad, maar ik ging ervan uit dat dat, nu we Evi hadden, tot het verleden zou behoren. Voor Roland was er blijkbaar iets onherstelbaar beschadigd. Ik was niet meer de vrouw op wie hij ooit verliefd was geworden. De deur naar zijn hart had opengestaan voor een nieuwe liefde. Hij had haar ontmoet op zijn werk.”
Afschuwelijk
“Roland vertrok nog diezelfde week naar een appartementje van een vriend. Ik bleef compleet ontredderd achter. Ik heb hem gesmeekt te blijven, maar hij was onvermurwbaar. Hij had er ook verdriet van, dat zag ik wel. Hij vond het ook afschuwelijk dat hij dit mij en Evi aandeed, maar uit medelijden of schuldgevoel bij mij blijven, vond hij niet eerlijk.”
We zijn nu drie jaar verder en de gemoederen beginnen iets te bedaren. Ik ben heel lang heel boos geweest. Ik snapte het niet: waarom had hij dit niet eerder duidelijker gemeld? Inmiddels zie ik in dat hij dat wel heeft gedaan, maar dat het niet landde bij me. Ik had maar één doel in mijn leven: moeder worden. Voor Roland was het leven ook prima geweest als er nooit een kind was gekomen. We hebben te weinig naar elkaar geluisterd.”
Heftigste jaren
“Sinds kort ben ik weer aan het daten. Ik heb een leuke man ontmoet, met wie ik een fijne klik heb. Weer iemand naast me hebben, haalt veel van de pijn weg. Roland is nog steeds bij de vrouw voor wie hij me verlaten heeft. Hij ziet Evi elke woensdag en eens in de twee weken een heel weekend. Het doet pijn dat niet alleen hij, maar ook zij dan voor mijn kind zorgt. Ze is lief voor Evi en Evi mag haar graag. Zelf heeft ze geen kinderen, ze is ook een stuk jonger dan ik. Ik ben benieuwd of Roland daar met haar aan zal beginnen.
Ik heb de heftigste jaren uit mijn leven achter de rug. Evi heeft me erdoorheen gesleept. Voor haar stond ik op en kleedde ik me aan, want het liefst was ik die eerste maanden huilend onder mijn dekbed blijven liggen. Ik vind het jammer dat ik door al het verdriet niet optimaal van haar heb kunnen genieten, maar dat ga ik de komende jaren dubbel en dwars inhalen. We hebben onze hele toekomst nog voor ons.”
Vriendin’s favoriet
Ervaar je onrust in je relatie? Kies je de verkeerde partners? Durf jij je niet te binden of durft jouw partner dat niet? Heb je langdurig grote pijn als de relatie uitgaat, ook al neem je zelf het initiatief? Ben je bang alleen te blijven? Vermoed je dat je relatieverslaafd bent? Stop liefdesverdriet gaat over liefde en liefdesverdriet: waarom het in de liefde niet altijd lukt, wat je eigen aandeel daarin is en wat je er zelf aan kunt doen. Voor meer informatie klik op onderstaande button.
Stop liefdesverdriet
Lees ook: Barbara: ‘Ik heb gestolen van mijn eigen kinderen’
Meer persoonlijke verhalen lezen? Neem nu een digitaal abonnement op Vriendin.
Uit andere media