Presentatrice Anita Witzier begint aan een nieuwe fase: ‘Een huis zonder kinderen voelt anders. Spannender’

Presentatrice Anita Witzier (57) maakt het ene na het andere succesvolle programma, maar juist privé doet ze het een stuk rustiger aan na de overgang. “Ik hoef niet meer zo nodig honderd ballen omhoog te houden en mezelf voorbij te draven.”

Presentatrice Anita Witzier (57) maakt het ene na het andere succesvolle programma, maar juist privé doet ze het een stuk rustiger aan na de overgang. “Ik hoef niet meer zo nodig honderd ballen omhoog te houden en mezelf voorbij te draven.”

Zijn jouw kinderen al uit huis en heb je handige tips voor moeders die hetzelfde doormaken als Anita? Praat onder dit artikel mee

Presentatrice Anita Witzier nestelt zich – na een winterse fotosessie in het bos – achter een kop dampende gemberthee. Plotseling staat ze op en zegt: “Sorry hoor, maar dit moet even.” Vervolgens doet ze haar broek naar beneden. “Schrik niet. Er zit nog een dikke maillot onder die broek. Ik wist dat we buiten foto’s gingen maken, dus ik dacht: ik kleed me warm aan. Maar nu ik hier zo binnen zit, krijg ik het ineens bloedheet. Het lijkt serieus wel een opvlieger. Ik ben een tijdje terug gestopt met hormoontherapie tegen overgangsklachten. Eigenlijk heb ik nergens last meer van, alleen dus af en toe een opvlieger.”

De overgang was heftig bij jou, toch?

“Nou en of. Ik herinner me nog precies wanneer het begon. Ik was 48 en met mijn lief Michel een weekendje in Den Haag. In een winkel hadden we een leuk gesprek met twee jonge ondernemers en ineens kreeg ik het bloedheet. Dus ik naar buiten, muts af, jas en handschoenen uit… Geen idee wat me overkwam. Een maand later gebeurde het weer en nog eens. Pas toen viel het kwartje: ik ben in de overgang. Ik kreeg ook allerlei andere klachten zoals vergeetachtigheid, slecht slapen en verdrietig zijn om niks. Doodongelukkig werd ik ervan. Ik herkende mezelf niet. Ik voelde me zo rot, dat ik het liefst de hele dag in bed wilde liggen met een deken over mijn hoofd. Zo down was ik.”

Heb je meteen hulp gezocht?

“Nee, dat heeft wel even geduurd. Zeker een jaar. In eerste instantie dacht ik: ik negeer het. Die hele overgang bestaat niet. Als ik vroeger weleens vrouwen rood zag aanlopen, dacht ik altijd: stel je toch niet aan, zo erg kan het niet zijn. Wel dus. Ik heb het echt onderschat. Na ongeveer
een jaar kreeg ik de tip eens naar de overgangskliniek in het OLVG in Amsterdam te gaan. Daar ben ik van boven tot onder onderzocht en ze adviseerden hormoontherapie. Een week later voelde ik me al een ander mens. Overigens schreef de huisarts die therapie niet zomaar voor: in het verleden geloofden artsen dat zo’n hormoonkuur een grotere kans op kanker gaf, maar die extra kans is tegenwoordig te verwaarlozen. Er is de afgelopen jaren veel onderzoek naar gedaan. ‘Tja’, zei ik tegen mijn huisarts, ‘als ik morgen tegen een boom rijd, ben ik er ook niet meer.’ Zo erg was ik er dus aan toe.”

Q&A met Anita

Op Facebook vroegen we jullie om vragen in te sturen. Anita beantwoordt ze in onderstaande video!

Jammer dat er weinig wordt gepraat over die kant van de overgang.

“Gelukkig hoor je er steeds meer over. Maar ik ben het met je eens: als het je zo belemmert in je functioneren en in wie je bent, moet er eigenlijk meer aandacht voor zijn. Wie hiervoor verantwoordelijk is? Ik weet het niet. Wij, vrouwen, maar de medische wereld gaat ook niet vrijuit. Als het een mannenprobleem was geweest, was desnoods de lancering van de raket naar Mars uitgesteld om eerst dit te tackelen, dat weet ik zeker.”

Bij jou is het einde van de overgang bijna in zicht, opgelucht?

“Ja, best wel. Ik sluit nu de ene fase af en begin aan een nieuwe. Zo gaat dat. Vorig jaar is mijn jongste kind, Julia, het huis uitgegaan. Het was nog niet de bedoeling, maar ze kon een kamer krijgen in Amsterdam. Tja… wat zeg je dan als moeder? Gaan! Kinderen moeten zich losmaken van hun ouders, van hun roots. Alleen dan kunnen ze uitvogelen wie ze zijn en wat ze willen in het leven. Ik gun mijn kinderen dat heel erg. Neemt niet weg dat ik Julia in het begin nog elke avond belde. ‘Ben je veilig thuis? Lig je al in bed?’ Na vier weken ben ik daar maar mee opgehouden. Dat was voor niemand goed. Maar ze weet nu in elk geval wel dat ik aan haar denk en dat ze altijd mag bellen.”

Hoe is dat, een huis zonder kinderen?

“Wennen. Stiller. We hebben zelfs nog even overwogen ook naar Amsterdam te verhuizen, omdat al onze kinderen daar wonen. Maar vanwege de hond hebben we dat maar niet gedaan. Dat wilden we ons beestje niet aandoen. Ook zouden we het dorpse gevoel van Blaricum, waar we nu wonen, te veel missen. Inmiddels vind ik het leuk hoor, met z’n tweeën. Je hebt andere gesprekken aan tafel en doet meer spontane dingen, zoals even buiten de deur eten, koffiedrinken of een borreltje. Het voelt anders. Intiemer. Spannender. Overigens hebben we vorig jaar aan mijn schoonmoeder gevraagd of ze dichter bij ons wilde komen wonen. Daar is ze op ingegaan. Mijn schoonmoeder is 83, ze is heel ondernemend en gezond. Ze eet vaak met ons mee, en we kunnen zomaar even langs, heel gezellig. Ik vind het fijn om te zorgen. Ik ben erg van het voederen. En koken is mijn ding.”

Waarom draag je duimbraces?

“Omdat ik artrose heb in mijn duim-gewrichten. Dat is bijvoorbeeld lastig met koken. En soms heel pijnlijk. Als ik iets moet snijden, moet ik goed opletten. Bovendien loop ik vaak te sodemieteren met ritsen, veters en knoopjes. Die braces helpen goed tegen de pijn. Een handstand doen lukt niet meer, maar dat is geen eerste levensbehoefte. Verder moet ik mezelf een beetje in acht nemen. Niet door mul zand lopen,  hardlopen of touwtjespringen. Ik sport wel, maar op een zachtere manier dan voorheen. Sinds een week of vier slik ik ook weer medicijnen tegen reuma. Daar heb ik vroeger veel last van gehad. De reuma is een tijd weggeweest, maar nu dus weer opgevlamd. Als de medicijnen aanslaan, kan ik daar prima mee leven, verwacht ik.”

Hoe kijk je aan tegen ouder worden?

“Ik ben 57, ga hard richting de zestig. Maar dat maakt me niet uit. Ik ben ook niet bang om ouder te worden. 57 is maar een loos getal. Ik voel me vaak tien jaar jonger, 47. Toegegeven, er zijn ook dagen dat ik me 67 voel, maar die zijn dik in de minderheid. Sinds de dood van mijn vader, nu vijf jaar geleden, ben ik me wel meer bewust van de vergankelijkheid van het leven. Ik heb geen broers of zussen en ben dus first in line, zal ik maar zeggen. Het houdt een keer op. Maar hallo, het is gelukkig niet alleen maar kommer en kwel. We willen wel
wisselgeld. Het mooie van ouder worden is dat je wijzer, zelfstandiger, zekerder en geruster wordt.”

Dit interview komt uit Vriendin 3.

Zijn jouw kinderen al uit huis en heb je handige tips voor moeders die hetzelfde doormaken als Anita? Praat hieronder mee