Stefanie (1)

Stefanie: ‘Met één van mijn adoptiekinderen heb ik geen vertrouwensband’

Na het avondeten sta ik met een cadeautje bij de buren voor de deur. Mijn buurvrouw neemt het spelletje van Woezel en Pip in ontvangst, omdat haar zoontje al slaapt. ´Wat lief! Dankjewel!’ zegt ze blij.

Vertrouwensband

‘Het was eigenlijk voor een ander kindje, maar dat is verhuisd. Het pakketje kwam retour en ik weet het nieuwe adres niet’, verklaar ik eerlijk. Mijn buurvrouw vraagt er niet op door. ‘Ik ga het morgen met hem spelen,’ zegt ze. Ik twijfel niet aan haar woorden. Het vertrouwen in haar is vanzelfsprekend. Met één van mijn volwassen adoptiekinderen heb ik geen vertrouwensband. Het kindje voor wie het cadeau was bedoeld, is mijn kleinkind. Het is met zijn ouders verhuisd. Een telefoonnummer heb ik wel, maar mijn vraag naar het nieuwe adres leverde een in beleefde, afstandelijke woorden verpakt ‘nee’ op.

Behoorlijke rugzak

Hoe kon ik vroeger zo naïef zijn te denken dat ik met alle vier mijn adoptiekinderen levenslang een warme band zou houden? Ze kwamen met een behoorlijke rugzak bij ons. Hoewel de werkelijkheid al lang is doorgedrongen, komt de weigering aan als een definitieve mokerslag. Het voelt oneerlijk, maar er is geen beschuldigende vinger en ik wil mij niet gekwetst gedragen, dus herstel ik mezelf snel. Als het maar goed gaat met mijn kind en kleinkind en dat gaat het volgens mij wel. Na de afwijzing, stuur ik mijn adoptiekind een berichtje terug, zeg dat ik het jammer vind, maar het respecteer. Ik wens hen alle goeds toe.

‘Het is wat het is’

Met een ander adoptiekind is het contact ook broos geweest. Zijn pasgeboren kindje mag ik wel zien; nog een nieuw leven, een wonder.
Er is zoveel moois. Ik heb een warme band met mijn andere kinderen. Die mag ik niet laten overschaduwen door ingewikkelde of onmogelijke banden. Het is wat het is. Woede heb ik niet, verdriet went en geluk heeft zich uit een wurggreep van faalangst en zorgen bevrijd.

Dezelfde sterrenhemel

‘Wil je erin komen?’ vraagt mijn buurvrouw.
‘Nee hoor, ik ga weer.’ ik stap over het struikje dat onze voortuintjes van elkaar scheidt.
Waarom zou ik mijn guitige buurjongetje met zijn schattige vlechtjes niet blij maken? Hij is ook een wondertje. Zo simpel wil ik het maken. Ook al is de afwijzing van mijn adoptiekind niet te bevatten. De sterren die deze donkere avond aan de hemel staan zijn dat ook niet. Ik weet niet waar mijn kleinkind woont, maar hij bevindt zich zeker onder dezelfde sterrenhemel als mijn buurjongetje en alle andere kinderen op de wereld.

Lees ook: Stefanie: ‘Er waren problemen met sommige van onze adoptiekinderen’

Over Stefanie

Stefanie (48) adopteerde de kinderen van haar vriend. Tien jaar geleden kregen zij en haar partner samen nog een dochter. De adoptiekinderen zijn intussen uitgevlogen. Er is zowel intens als afstandelijk contact met de kinderen die het ouderlijk huis hebben verlaten, maar de verbinding met hen blijft hoe dan ook bestaan. Thuis zorgt de jongste telg voor gelukkige en knusse momenten. Na jaren worstelen gaat Stefanie steeds beter om met de balans tussen geluk en verdriet. Lees alle blogs van Stefanie op Vriendin.nl/stefanie.