Canva1 12

Feikje beviel in de auto: ‘Twee keer persen en ze was er’

Baby Melissa Mae was er sneller dat verwacht. Haar moeder Feikje (40) beviel namelijk in de auto, onderweg naar het ziekenhuis. “Ik hield haar onder mijn trui, zodat ze warm zou blijven.”

Feikje: “Onze andere kinderen, Mellanie van twaalf en Mitchell van acht, zijn supertrots op hun kleine zusje. Voor Mellanie is het net alsof ze een levende babypop heeft; ze vindt het leuk om mee te helpen. En Mitchell wilde in eerste instantie liever een broertje, maar is nu ook helemaal gek op haar. Tijdens de zwangerschap gaf hij steeds kusjes op mijn buik. Melissa is echt een nakomertje, maar wel bewust gepland. Omdat kinderen krijgen bij ons niet vanzelf ging, zijn de eerste twee zwangerschappen via ICSI tot stand gekomen. We hadden nog een paar embryo’s in de vriezer liggen en dus al langer het idee om het nog één keer te proberen.
Omdat ik bij beide kinderen zwangerschapsvergiftiging had, raadden de artsen aan om eerst gewicht te verliezen. Dat zou het risico verkleinen. In 2019 heb ik een gastric bypass gehad en sindsdien ben ik vijftig kilo afgevallen. Voor het eerst kon ik slank mijn zwangerschap ingaan! Of dat zou lukken, was echter nog maar de vraag. De eerste anderhalf jaar na de operatie mocht ik niet zwanger worden en ik werd ondertussen steeds ouder. Zou het nog lukken voor mijn veertigste? Het voelde als nu of nooit. De eerste terugplaatsing liep tot ons grote verdriet uit op een miskraam, maar gelukkig raakte ik vrijwel meteen daarna opnieuw zwanger. Wat waren we blij! De uitgerekende datum was 27 februari, ruim een maand voor mijn veertigste verjaardag.
De laatste weken van de zwangerschap waren zwaar, ik had veel last van harde buiken en pijn. Omdat de artsen bang waren dat ik opnieuw zwangerschapsvergiftiging zou ontwikkelen, zou de bevalling op 22 februari worden ingeleid. Ook Mellanie en Mitchell waren destijds met 39 weken geboren. Beide keren zou de bevalling worden ingeleid, maar kwamen de weeën in het ziekenhuis alsnog spontaan op gang. Ik hoopte stiekem dat dat nu weer zou gebeuren: dat we de 21ste ’s avonds rustig naar het ziekenhuis zouden gaan en ik de volgende ochtend op de natuurlijke manier een gezonde dochter ter wereld zou brengen. Op 22-02-2022: een bijzondere datum. Het liep alleen anders…”

Gebroken vliezen

Op 19 februari, in de nacht van vrijdag op zaterdag, werd ik om kwart voor twee wakker van het breken van mijn vliezen. Mijn man Ramon zat in de woonkamer op de bank. We zaten middenin een verbouwing en hij werkte al wekenlang tot in de late uurtjes door om alles op tijd af te krijgen voordat de baby kwam. Toen ik zei dat mijn vliezen waren gebroken, was zijn eerste reactie: ‘Heb je niet gewoon in je broek geplast?’ Toen ik zei dat ik het écht zeker wist, vroeg hij: ‘En nu?’ Ik legde uit dat je 24 uur met gebroken vliezen mag rondlopen, dat het dus nog wel even kon gaan duren. Daar was hij blij om, want hij had echt nog wat slaap nodig. Terwijl Ramon naar bed ging, ben ik gaan douchen en heb ik mijn vluchttas klaargezet.
Om drie uur belde ik het ziekenhuis. Ze zeiden dat het niet nodig was om te komen zolang ik nog geen weeën had. Ik heb toen wel gemeld dat mijn vorige bevallingen allebei heel vlot gingen: Mellanie was er binnen vieren half uur en Mitchell zelfs binnen anderhalf uur. ‘Houd het in de gaten’, zeiden ze. Als het onverwachts toch snel zou gaan, moest ik gewoon opnieuw bellen. Maar ik voelde nog niets; er was geen enkele aanwijzing dat de baby snel zou komen.
Ik ben op de bank in slaap gevallen en werd om zeven uur wakker. Op dat moment had ik wel weeën. Opnieuw belde ik het ziekenhuis; ik mocht komen. Ik maakte Ramon wakker en belde mijn moeder, zodat zij kon komen oppassen. Om half acht stapten we in de auto. De weeën kwamen op dat moment nog steeds om de drie tot vijf minuten: normaal gesproken een prima gemiddelde om rustig richting ziekenhuis te gaan.”

Op de achterbank

“Het was een kleine twintig minuten rijden, maar we waren pas net onderweg toen ik al persdrang voelde. Mijn eerste reflex was om het tegen te houden, maar meteen daarna realiseerde ik me dat dat helemaal niet kon. We zouden het nooit redden tot het ziekenhuis. ‘Wat nu?’ riep Ramon vanachter het stuur. ‘Bel 112 maar’, zei ik, terwijl ik mijn schoenen en broek uittrok. De vrouw van de alarmcentrale stelde allemaal vragen, zoals waar we precies reden en hoe oud ik was. Ik vond dat op dat moment zulke stomme vragen dat ik vanaf de achtergrond schreeuwde: ‘Er komt gewoon een kind aan!’ Daarop vroeg ze ons de auto aan de kant te zetten, maar er was op die plek geen mogelijkheid om te stoppen. Het stormde buiten, dus ik vond het belangrijk dat we veilig stonden.
Gelukkig waren we vlakbij station Heemstede. Vlakbij de Chinees waar we regelmatig eten afhaalden, parkeerde Ramon de auto. Er waren al twee politiewagens. Ik klom over de stoelen heen en ging op de achterbank liggen. Gelukkig hebben we een grote auto, maar onhandig was het wel. Ondertussen had Ramon nog steeds de vrouw van de alarmcentrale aan de lijn. Ze vroeg of het hoofdje al te zien was en dat was inderdaad het geval. Het ging allemaal heel snel, maar toch raakte ik niet in paniek. Ik was juist vrij helder: wist dat ik de persweeën moest wegzuchten, om de kans op uitscheuren te verkleinen. Toen de agenten om handdoeken vroegen en mijn man de mooie, dure wikkeldoek wilde pakken die bedoeld was om de baby in mee naar huis te nemen, riep ik bijvoorbeeld fel: ‘Nee, dat gebeurt niet!’ Ik wees Ramon op een hydrofiele doek die in de tas zat. Die legde ik snel onder me. Niet dat dat genoeg was om de auto schoon te houden, maar ach, wat maakte dat nog uit?
De ambulancebroeders, die inmiddels gearriveerd waren, waren allebei zelf nog geen vader en hadden ook tijdens hun dienst nog nooit een bevalling meegemaakt. Voor mij was het al de derde. Ik had dus het idee dat ik relaxter was dan zij. Een van de twee mannen was bij mij in de auto komen zitten en ondersteunde, op aanwijzingen van de vrouw van de alarmcentrale, het hoofdje van de baby. Twee keer persen en ze was er. Gelukkig huilde ze meteen en had ze ook een gezonde kleur. Dat was een opluchting. Mitchell had bij de geboorte namelijk de navelstreng om zijn nekje. Toen gingen alle alarmbellen af en moest ik extra zuurstof krijgen omdat hij in ademnood was. Stel je voor dat dat nu gebeurd was.”

Selfie

“Ik stopte Melissa – zo noemden we haar – onder mijn trui, zodat ze warm zou blijven. Het was een gek moment, zo alleen in de auto met de ambulancebroeder. Ramon stond buiten, er was immers niet genoeg plek voor drie. De broeder vroeg nog of ik zelf de navelstreng wilde doorknippen, maar dat vond ik niet nodig. Het was toch al een gekke situatie. Melissa werd meegenomen voor onderzoek in de ambulance en ik bleef in mijn eentje achter in de auto. Ik keek op mijn telefoon en zag dat er in de familie-app werd gevraagd hoe het ging. Ik appte terug dat ik net was bevallen in de auto. Omdat mijn schoonzus me niet geloofde, heb ik een selfie gestuurd vanaf de achterbank: ik kon er de humor wel van inzien.
Het enige moment waarop ik even bang was, was toen de politie kwam melden dat de traumahelikopter onderweg was. Mijn dochter was gezond de ambulance ingegaan, wat was er in de tussentijd gebeurd? Gelukkig bleek dat gewoon protocol. De helikopter landde op een grasveld verderop en de arts checkte de baby. Toen alles in orde bleek, konden we vertrekken naar het ziekenhuis. Ik ben zelf uit de auto gestapt en naar de brancard gelopen, dat ging prima. De broeders probeerden me nog een beetje te bedekken, ik was tenslotte halfnaakt en voor de ramen van het appartementencomplex boven de Chinees stond het inmiddels vol met mensen. Maar dat kon me op dat moment niets schelen.In het ziekenhuis hebben ze Melissa bij me gelegd – huid op huid, zodat ze goed op temperatuur kon komen. Ze deed het zo goed, dat we om twaalf uur alweer naar huis mochten. Toen we net de auto instapten, werden we gebeld: of we nog heel even wilden wachten, want het ambulancepersoneel had nog vragen. Stonden ze opeens voor onze neus met een knuffelbeertje voor Melissa, zo lief! De mannen zeiden dat het voor hen ook een gebeurtenis was die ze niet zo snel zouden vergeten. Ze waren verbaasd dat ik erbij zat alsof er niets gebeurd was. Maar ik voelde me gewoon goed, na zo’n snelle bevalling. En natuurlijk waren we in de wolken met zo’n mooie, gezonde dochter.”

Heel nuchter

“De eerste dagen waren hectisch. Het nieuws dat iemand in de auto was bevallen, was snel gegaan en we kregen veel aandacht van de media. En toen Ramon ‘even’ boodschappen dacht te gaan doen, bleef hij meteen uren weg. Hij werd constant aangesproken door mensen die het verhaal wilden horen. Gelukkig hebben we vrijwel alleen maar leuke reacties gehad. In een winkel kwam er bijvoorbeeld een mevrouw naar me toe die vertelde dat ze zelf ook in de auto was bevallen. Zij had het alleen wel gered tot voor de deur van het ziekenhuis. Ze heeft zelfs nog een klein cadeautje voor Melissa gekocht.
Nare reacties waren er helaas ook, vooral onder de nieuwsberichten online. Mensen zeiden bijvoorbeeld dat ik nooit in de auto had moeten stappen met persweeën. Dat vond ik heel vervelend, want dat was helemaal niet hoe het was gegaan. Blijkbaar vinden sommige mensen het lastig te geloven dat het écht zo snel kan gaan. De verloskundige heeft achteraf gezegd dat ik vermoedelijk al ruime ontsluiting had op het moment dat mijn vliezen braken. Omdat ik geen weeën had, had ik geen idee dat ik al zo ver was.
Achteraf is me nog gevraagd of ik behoefte had aan een gesprek met een psycholoog om de ‘traumatische ervaring’ te verwerken, maar zo heb ik het niet ervaren. Ramon en ik zijn allebei heel nuchter. Natuurlijk was ik liever in een warm bed bevallen, maar het is allemaal goed gegaan. Melissa zou op een bijzondere datum geboren worden; nu heeft ze een nóg bijzonderder verhaal!”

Tekst: Marion van Es
Foto: Amaury Miller
Visagie: Wilma Scholte

Meer persoonlijke verhalen lezen? Neem nu een digitaal abonnement op Vriendin.