Op de goede manier op de weegschaal
22 september 2014
Op de weegschaal gaan staan is nog niet zo simpel als het lijkt. Er zijn veel dingen die je fout kunt doen, waardoor je schommelingen krijgt in de cijfertjes van de weegschaal.
Op de weegschaal gaan staan is nog niet zo simpel als het lijkt. Er zijn veel dingen die je fout kunt doen, waardoor je schommelingen krijgt in de cijfertjes van de weegschaal.
Er zijn verschillende dingen die je fout kunt doen wanneer je op de weegschaal stapt. Vriendin geeft je tips om de weegschaal een zo duidelijk mogelijk beeld te laten geven van jouw gewicht.
- Zet je weegschaal op een harde, egale grond. Op tapijt of rauw natuursteen werkt het niet goed. Kies eerder voor een tegelvloer of parket.
- Gebruik altijd dezelfde weegschaal. Een andere weegschaal kan een heel ander gewicht aangeven.
- Weeg jezelf op een vast moment, bijvoorbeeld altijd vrijdagochtend. Het beste is om direct na het opstaan, nadat je naar de wc bent geweest, jezelf te wegen. Doe dit het liefst (zoveel mogelijk) naakt.
- Stap rustig op de weegschaal en blijf zo stil mogelijk staan. Zorg dat je voeten volledig plat en symmetrisch staan. Buig je knieën niet, maar doe alleen je hoofd naar beneden om je gewicht af te lezen.
Daarnaast is het belangrijk om te weten dat je gewicht altijd een beetje schommelt. Voor de menstruatie kunnen vrouwen 1 tot 2 kilo zwaarder zijn omdat ze extra vocht vasthouden. Ook op warme dagen houd je extra vocht vast. Dan is het belangrijk om veel te drinken zodat er ook genoeg vocht wordt uitgescheiden.
Staat het gewicht dat de weegschaal aangeeft je niet aan? Bedenk dat je gewicht lang niet alles zegt. Iemand met veel spieren en geen vet kan soms zwaarder wegen dan iemand met vetmassa.
