Placeholder

Geniet je slank – deel 4

Omdat diëten passé zijn. Omdat wortels nu eenmaal niet zo smaken als een pizza. En omdat eten niet in de hoek van schuldgevoel en schaamte hoort: zes weken lekker eten, niet aankomen en zelfs een beetje afvallen.

Omdat diëten passé zijn. Omdat wortels nu eenmaal niet zo smaken als een pizza. En omdat eten niet in de hoek van schuldgevoel en schaamte hoort: zes weken lekker eten, niet aankomen en zelfs een beetje afvallen.

Te leuk om lichaamsbeweging te heten

Naast gezond eten is bewegen belangrijk om af te vallen en op gewicht te blijven. Maar hoe leuk is bewegen? Heel leuk! Probeer dit eens:
• Een supersoakergevecht met kinderen.
• Je eigen triatlon: skaten naar het meer of het zwembad, lekker zwemmen, daarna een dutje in de schaduw.
• De nieuwe tuinset (met Taiwanese gebruiksaanwijzing!) in elkaar zetten en daarna met je lief onder de tuinsproeier gaan staan.
• Uurtje wandelen, spelen en zwemmen met de hond.
• Een spontane badmintoncompetitie: alles is geoorloofd!
• De enige echte manier verzinnen om elegant in een hangmat te gaan liggen (en er weer uit te komen).

Extraatjes

Neem je één tussendoortje, dan zul je met het Geniet-je-slankplan in zes weken zo’n vier tot vijf kilo afvallen, neem je er dagelijks twee, dan zal de wijzer van je weegschaal bij twee tot drie kilo minder blijven staan. Je kunt ook putten uit de voorbeelden uit de eerdere afleveringen, voor meer afwisseling.

• 1 kopje smaakjeskoffie uit een zakje.
• 1 glas (35 ml) koffielikeur.
• 2 sneetjes knäckebröd met filet americain.
• 1 wijnglas (100 ml) rode wijn.
• 1 fruitsmoothie van frambozen, sinaasappelsap en ijs.
• 2 plakjes rosbief met een likje mierikswortel.
• 1 kleine banaan.
• 4 toastjes met tonijnpaté.
• 1 flesje bier.
• 2 chocoladebiscuitjes.
• 1 beschuit met boter en kaas.
• 1 portie (150 g) magere vanillevla.
• 2 kleine slagroomsoesjes.
• 1 kop heldere groentensoep.
• 2 stukken sushi met wasabi, gember en sojasaus.
• 1 kleine gepofte aardappel met salsa.
• 3 ministroopwafels.
• 1 sneetje rozijnenbrood met boter.

MENU

MAANDAG
Ontbijt:
1 portie (250 ml) drinkontbijt, 1 knäckebröd met kaas, koffie of thee.
Lunch: 1 boterham met boter, gerookte zalm en wat plakjes komkommer, 1 boterham met boter en jam, 1 beker karnemelk, 1 kiwi, 1 sinaasappel, koffie of thee.
Diner: spinazielasagne. Maak per persoon 1 flinke portie verse spinazie schoon en hak de blaadjes grof. Uitje snipperen, fruiten in 1 el olijfolie, spinazie erin laten slinken. Voeg citroenrasp, mosterd en peper toe. Doe in een ovenschaal laagjes spinazie, lasagnebladen en Ardenner ham. Eindig met spinazie met daaroverheen gebrokkeld 1 roomkaasje met kruiden en knoflook. Halfuurtje in de oven op 180°C, erbij een frisse tomaten­salade met wat balsamico.

DINSDAG
Ontbijt:
1 zakje Brinta Wake-up met 150 ml (soja)melk, 1 knäckebröd met boter en jam, 1 sinaasappel, koffie of thee.
Lunch: sandwich van 2 boterhammen met boter, 2 plakjes kipfilet en mosterd of mierikswortel, 1 zakje snoeptomaatjes, 1 kiwi, 1 appel, 1 beker drinkbouillon, koffie of thee.
Diner: per persoon 2 plakjes gerookte zalm, 3 el aardappelsalade en 150 g gekookte sperziebonen met 3 el pittige salsa.

WOENSDAG
Ontbijt:
1 geroosterde boterham met boter en jam, 1 knäckebröd met ham, 1 kommetje rode en blauwe bessen met 2 el kwark en 1 tl suiker, koffie of thee.
Lunch: sandwich van 2 boterhammen met boter, 1 plakje rauwe ham en 1 gekookt ei, 1 kommetje schoongemaakte radijsjes, 1 sinaasappel, 1 blikje prik (light of zero).
Diner: per persoon ½ avocado, 100 g Hollandse garnalen en een sausje van 1 el mayonaise, 1 el yoghurt, peper, zout en citroensap. Erbij een grote groene salade van bladsla, augurk, zilveruitjes, kerstomaatjes en dressing van het sap van 1 sinaasappel met peper en zout.

DONDERDAG
Ontbijt:
fruitsalade van 1 kiwi, 1 appel, handje rode en blauwe bessen, sap van 1 sinaasappel en 2 el cruesli, knäckebröd met kaas, koffie of thee.
Lunch: 1 tosti, 1 zakje snoeptomaatjes, 2 stelen bleekselderij, 1 groot glas tomatensap, koffie of thee.
Diner: Indiase curry. Bak per persoon 1 moot stevige witvis (tilapia) gaar in wat olie, voeg 1 gesnipperde ui, plakjes wortel en 100 g champignons toe. Even roerbakken, dan naar smaak rode currypasta erbij (mild = 1 afgestreken el, pittig = 1 volle el) plus wat water, tot een dikke saus ontstaat. Strooi er wat vers korianderblad over. Erbij een komkommer­salade met dressing van yoghurt, citroen­sap en wat geraspte verse gember. Lekker met basmatirijst.

VRIJDAG
Ontbijt:
1 geroosterde boterham met boter en kaas, 1 knäckebröd met boter en jam, 1 sinaasappel, 1 kommetje kersen, 1 beker karnemelk.
Lunch: sandwich van twee boterhammen met boter en filet americain, ¼ komkommer, sandwich van 2 plakken ontbijtkoek met boter, 1 appel, koffie of thee.
Diner: per persoon 1 kleine biefstuk, mootje tonijn of rundertartaartje, gebakken in 1 el vloeibare boter. Erbij pastasalade van bleekselderij, rode ui, augurk, rode paprika, wortel en bloemkoolroosjes, allemaal fijn gesneden. Meng 75 g gare pasta en 2 el slasaus door de groente. Op smaak maken met peper, zout, citroensap en wat tabasco.

ZATERDAG
Ontbijt:
1 Luikse wafel (even opwarmen in de magnetron) met lekker veel verse aardbeien, koffie of thee
Lunch: 1 kop groentesoep, ¼ stokbrood met boter en ham, 1 beker karnemelk, 1 sinaasappel, koffie of thee.
Diner: salade. Per persoon 1 kolfje schoongemaakte en fijngesneden witlof en 1 gesnipperde groene appel, met als dressing het sap van 1 sinaasappel, op smaak gemaakt met peper en zout. Erbij een grote gepofte aardappel (magnetron). Aardappel opensnijden en vullen met een mengsel van 2 plakjes fijngesneden ham (zonder vet­rand), ½ el yoghurt, ½ el mayonaise en 1 tl mosterd.

ZONDAG
Ontbijt:
1 boterham met boter en filet americain, 1 knäckebröd met boter en jam, 1 kommetje aardbeien, 1 kiwi, koffie of thee.
Lunch: 2 bruine boterhammen met makreel en (krul)sla met peper, 1 glas lassi (Indiase drank van 1 deel yoghurt, 1 deel melk en 1 deel mango), frambozen- of 1 el rozensiroop, met een paar ijsblokjes fijn­gemaakt in de blender.
Diner: koude borsjt. Meng in de blender per persoon 1½ biet (kant-en-klaar gekookt), 1 el citroensap, ½ zoete ui in stukjes, 1 kop koude bouillon (blokje) 1 el zure room en wat ijsblokjes. Serveer met 1 el zure room erop. Erbij ¼ stokbrood met boter en 1 hard­gekookt ei en 2 augurken.