Placeholder

Zangeres Elske DeWall: ‘Ik kan niet leven met de rem erop’

Zangeres Elske DeWall (33) gaat als een trein, zowel als soloartiest als met de band The BlueBirds. En ook privé is er goed nieuws: na haar scheiding heeft ze een nieuwe liefde gevonden. “Met Appie ga ik er weer net zo hard voor.”

Zangeres Elske DeWall (33) gaat als een trein, zowel als soloartiest als met de band The BlueBirds. En ook privé is er goed nieuws: na haar scheiding heeft ze een nieuwe liefde gevonden. “Met Appie ga ik er weer net zo hard voor.”

Elske DeWall heeft ze al ontdekt: de voordelen van het zingen in een trio. De Friese zangeres is bezig aan een grote theatertour van 42 concerten met haar band The BlueBirds, waarin ze samen zingt met Krystl en Rachèl Louise. “Vocaal is het makkelijker,” legt Elske uit. “Als je een keer een slechte avond hebt, sta je tenminste niet in je eentje vooraan! We trekken de kar echt met z’n drieën. Ook leuk is dat we onze kleding aan elkaar uitlenen. Als een van ons twijfelt over de outfit die we mee hebben, gaan alle koffers open en helpen we elkaar.”

Hoe is jullie band eigenlijk ontstaan?
“Het begon met Krystl en mij. Ik had met haar al eens liedjes geschreven en we vonden elkaar in onze liefde voor countrymuziek. Ik hou daar mijn hele leven al van en het was altijd een droom om eens met twee andere vrouwen te zingen; dan krijg je die mooie driestemmigheid. Ons voorbeeld was Trio, een album dat Dolly Parton, Linda Ronstadt en Emmylou Harris ooit uitbrachten. Zij hadden elk hun eigen carrière en besloten samen een plaat te maken. Krystl en ik hadden allebei het idee om eens iets met countrymuziek te doen en zij kende Rachèl al, zo kwam die erbij. Dat ging zó goed, dat we na een eerste single meer liedjes gingen maken. Uiteindelijk zelfs een heel album, Sisters, dat onlangs uitkwam. Binnen een jaar hebben we een clubtour gedaan, op festivals gespeeld, het album opgenomen en nu doen we dus de theatertour. Best veel, maar we hebben er zo’n lol in!”

Sisters is een echte ‘break-upplaat’, staat in jullie biografie. Hoe komt dat?
“We hebben wat dat betreft alle drie het nodige meegemaakt de afgelopen jaren. Rachèl en ik zijn gescheiden en Krystl heeft ook een relatiebreuk achter de rug (met radio-dj Paul Rabbering, red.). Als we bij elkaar waren, ging het daar natuurlijk vaak over, dus het was logisch dat het een thema was toen we liedjes gingen schrijven. Het was leuk om alle ellende uit te vergroten en met een knipoog in teksten te verwerken. Dat doen we sowieso veel: als er iets gebeurt, maken we er al snel grapjes over. Erin blijven hangen, schiet ook niet op.”

Hoelang was jij getrouwd?
“Mijn ex en ik waren elf jaar samen. We trouwden vrij vroeg; toen ik nog maar twintig was. Hij was mijn eerste liefde en zeventien jaar ouder, misschien ging het daarom zo snel. Al vond ik mezelf toen ook héél volwassen, haha! Pas na zo’n negen jaar kregen we samen een zoon, Herre, hij is nu vier. Maar bijna twee jaar geleden liep ons huwelijk niet meer. Ik denk dat we elkaar uit het oog zijn verloren. Gek genoeg begon dat, achteraf gezien, al snel na de geboorte van Herre. Dat verandert natuurlijk veel. Sowieso gebeurt er tussen je twintigste en dertigste veel; in die tijd heb ik een flinke ontwikkeling doorgemaakt. In mijn carrière, maar ook als vrouw. We waren samen sinds mijn negentiende, de verhoudingen veranderden en dat paste niet meer.”

Hoe moeilijk is dat, als je een jong kind hebt?
“Héél moeilijk. Gevoelsmatig wil je een gezin natuurlijk niet opbreken. Aan de andere kant wil ik mijn kind ook meegeven dat je altijd moet gaan voor geluk, al bereik je dat soms via een pijnlijke route. Ik vond het geen gezonde omgeving meer voor mezelf, dus ook niet voor mijn kind. Het was beter om de stekker eruit te trekken. Daar heb ik me heel schuldig over gevoeld, ook naar Herre toe, maar ik denk dat het uiteindelijk goed is geweest. Nu hebben we co-ouderschap: de ene week is Herre bij mij, de andere week bij zijn vader. Dat is soms best een gepuzzel, want mijn ex is ook muzikant en dus veel weg. Alles valt of staat met een goede oppas; ik krijg daarbij gelukkig veel hulp van mijn moeder.”

Dit interview komt uit Vriendin 48.