Placeholder

Linda kreeg vier miskramen

Linda (41) heeft één zoon (7), maar was vijf keer zwanger. Ze merkt dat mensen het moeilijk vinden over haar miskramen te praten. “Ze proberen je op te beuren: ‘Het komt wel goed, je bent nog zo jong.’ Net alsof je niet verdrietig mag zijn.” Linda: “Als je prille zwangerschap misloopt, hebben mensen geen idee wat…

Linda (41) heeft één zoon (7), maar was vijf keer zwanger. Ze merkt dat mensen het moeilijk vinden over haar miskramen te praten. “Ze proberen je op te beuren: ‘Het komt wel goed, je bent nog zo jong.’ Net alsof je niet verdrietig mag zijn.”

Linda: “Als je prille zwangerschap misloopt, hebben mensen geen idee wat ze moeten zeggen. Sowieso vinden veel mensen het verdriet van anderen eng. Ze weten niet goed wat er van ze verwacht wordt en proberen je daarom gerust te stellen en op te beuren door dingen te zeggen als: ‘Ah joh, maar gelukkig ben je nog heel jong. Nog kansen genoeg’, of: ‘Gelukkig was je nog niet zo ver, toch?’ Lief bedoeld natuurlijk, maar eigenlijk zeg je tegen iemand: je moet dóór en positief denken, niet denken aan je verdriet. En dat doet pijn. Want ook al loopt je zwangerschap ‘al’ na een week of zeven mis, de liefde en het verlangen naar die baby waren er al en daar moet je afscheid van nemen.”

Eindelijk ouders
“Ik stopte na mijn dertigste verjaardag met de pil. Een mooie leeftijd om kinderen te krijgen, vonden Martijn en ik. En ik dacht: mocht het even duren voordat ik zwanger ben, dan heb ik die tijd tenminste. Toen ik na een jaar nog niet zwanger was, bleven Martijn en ik relaxed, na twee jaar werden we ongeduldiger en na tweeënhalf jaar vroegen we ons af: is er niet meer aan de hand? We lieten vruchtbaarheidsonderzoek doen in het ziekenhuis, maar daar kwam niets uit. Er was dus geen medische reden waarom zwanger worden niet lukte. De gynaecoloog gaf ons de keuze: óf ivf óf het nog even aankijken. We kozen voor het laatste, omdat schijnbaar niets een natuurlijke zwangerschap in de weg stond.

En een paar maanden later was het opeens zover: ik was zwanger! We waren zó blij en opgelucht. En ik bleef negen maanden blij, ik heb me de hele zwangerschap goed gevoeld. We wisten niet of we een jongen of meisje zouden krijgen, maar bij de twintigwekenecho hadden we allebei het gevoel dat het een jongetje was. En toen Moos werd geboren, dacht ik: daar ben je, een jongen. Ergens wist ik dat al. We waren zo trots. Eindelijk, na drieënhalf jaar, waren we ouders van een prachtige zoon.”

Ooievaar op bezoek
“Moos was volgens mij net een half jaar toen Martijn en ik ’s avonds in de tuin zaten en ik zei: ‘Zullen we voor een tweede gaan?’ Ik wilde dolgraag een tweede kind en omdat Moos zo lang op zich liet wachten, leek het me slim het gewoon te proberen. Juist op dat moment landde er een ooievaar op de schoorsteenkap van onze woonboerderij, die aan de schoorsteen begon te pikken. We zaten allebei verbaasd te kijken, haha! En jawel, een paar maanden later had ik een positieve zwangerschapstest in mijn handen. Ik dacht: zie je wel, dit is meant to be. Omdat Moos zo lang op zich liet wachten, komt deze baby er meteen achteraan. Dit moet zo zijn.

Twee weken later gingen we blij naar de verloskundige voor de eerste echo. Maar die werd al snel een beetje stil en zei toen: ‘Ik kan geen hartslag vinden. We moeten het nog een week aankijken, maar houd er rekening mee dat deze zwangerschap weleens mis kan gaan.’ Bam. Dat sloeg in. Zulk nieuws had ik niet verwacht. Sterker nog: ik had er niet eens rekening mee gehouden dat we ook weleens zulk nieuws konden krijgen. Ik was zo gefocust geweest op het zwanger worden an sich, dat de mogelijkheid van een miskraam niet eens in me was opgekomen. Maar ja, het kan natuurlijk ook nog daarna misgaan. Een week later bleek het inderdaad niet goed te zijn en op Moos’ eerste verjaardag werd ik gecuretteerd, want de artsen dachten dat het misschien een Mola-zwangerschap was en die moet worden behandeld. Ik lag op dezelfde afdeling als waar ik een jaar daarvoor beviel.”

Lees het hele verhaal van Linda in Vriendin 15.