Jolanda van den Berg: ‘Mijn ziekte gaf me meer verdieping’

Jolanda van den Berg: ‘Mijn ziekte gaf me meer verdieping’

Tien jaar geleden zag het leven van actrice Jolanda van den Berg (38) er heel anders uit dan nu. Ze stond aan het begin van haar carrière toen de ziekte van Hodgkin alles stopzette.

Tien jaar geleden zag het leven van actrice Jolanda van den Berg (38) er heel anders uit dan nu. Ze stond aan het begin van haar carrière toen de ziekte van Hodgkin alles stopzette: “Pas toen ik zag hoe mijn omgeving reageerde, realiseerde ik me hoe erg het was…”

Het duurde even voordat de afspraak met actrice Jolanda van den Berg eindelijk stond. Behalve vakanties over en weer was er nóg een uitstelfactor: ze kreeg ‘even’ haar tweede kind! Zoon Baruch werd geboren in april en is dus inmiddels alweer een half jaar oud. “Hij doet het supergoed en is een blij mannetje”, zegt zijn trotse moeder. “Ik merk alleen wel dat ik de overgang van één naar twee kinderen intenser vind dan van geen naar één…”

Eén plus één is drie, zeggen ze toch?

“Ik weet niet wíé dat heeft gezegd, maar: hulde! Zo ervaar ik het precies. Met één kind ben je nog een soort mini-gezin waarmee je overal naartoe kunt. Nu hebben we een vijfjarige, onze dochter Ama, en een baby. Een leuke combinatie, maar wel meer werk. Tegelijk was het begin juist makkelijker, want je hebt het al een keer meegemaakt. Twee weken na Baruchs geboorte was er een voorstelling waaraan ik achter de schermen hard had meegewerkt. Hoewel ik net was bevallen, dacht ik: het gaat me niet gebeuren dat ik daar niet bij ben! Met twee weken oud ging Baruch al mee naar Carré. Ik weet niet of ik dat bij de eerste had aangedurfd…”

Is Ama nu een trotse grote zus?

“Ja, al moest ze de eerste drie maanden wel even wennen. ‘Superleuk, maar mama, kun je nu even naar me luisteren?’ Dat werk. Ze wilde niets liever dan een broertje of zusje, dat gaf ze vanaf het moment dat ze kon praten zeker een paar keer per week aan. Toen we haar vertelden dat het zou gebeuren, zaten we klaar met een taartje en een camera om haar reactie vast te leggen. Die was vooral héél anders dan verwacht: ‘O. Mag ik nu het stukje taart opeten?’ Bij het nieuws dat het een broertje werd, was ze zwaar teleurgesteld, ze had toch liever een zusje. Maar toen hij eenmaal was geboren, was ze dolgelukkig. Aan iedereen op straat vertelde ze: ‘Ik heb een broertje! En hij heet… Hoe heet hij ook alweer, mama?’ Nu wil ze samen met hem in bed slapen. Ze is dol op Baruch, prachtig om te zien.”

Lees ook: Anna Woltz: ‘Ik schrijf veel liever voor kinderen dan voor volwassenen’

Had jij altijd al een kinderwens?

“Nee, totaal niet, haha. Ik zei toen ik heel jong was al tegen mijn moeder dat ik later een kindje zou adopteren, want ‘er waren er al zo veel op aarde’. Toen ik op de leeftijd kwam dat kinderen serieus aan de orde komen, zo midden twintig, werd ik ziek. Ik heb de ziekte van Hodgkin gehad, lymfeklierkanker dus, en kreeg van mijn oncoloog te horen dat de kans dat ik nog
kinderen zou kunnen krijgen na de behandelingen heel klein was, om niet te zeggen nihil. We hebben nog gekeken of het mogelijk was om vóór de behandelingen iets te preserveren, maar overal was tijd voor nodig. Die was er niet, de tumor groeide te snel. Ik had destijds geen partner, waardoor ik me er snel bij kon neerleggen. Mijn zus wist altijd al dat ze kinderen wilde, ik niet. Dus kon ik nuchter bedenken: laat mij dan ziek zijn met dit gevolg, want als het haar zou overkomen, zou dat pas erg zijn.”

Wanneer veranderde die wens?

“Enkele jaren na mijn ziekte ontmoette ik Bo. Die zag ik niet meteen als relatiemateriaal. Op de avond dat ik naar hem toeging om het uit te maken, zei hij na mijn monoloog over waarom we niet bij elkaar pasten heel simpel: ‘Maar als je dat echt had gewild, was je hier niet naartoe gekomen.’ Dat was zo’n eyeopener! Hij liet zich niet zomaar wegsturen. Ik ben die nacht, nu zeven jaar geleden, blijven slapen en sindsdien zijn we samen. Daarna voelde ik al snel: ik wil een kind van jou. Bizar, want dat wilde ik nooit én er was me verteld dat het waarschijnlijk niet kon. Maar toen we nog midden in het gesprek zaten of wij dit wel met elkaar wilden aangaan, bleek ik al zwanger. Toen ik dat tijdens een controle aan mijn arts vertelde, zei die: ‘Dit is het grootste bewijs dat je lichaam weer gezond is’.”

Hoe merkte jij dat je ziek was?

“Ik had ontzettende jeuk aan mijn onderarmen en -benen, zo erg dat ik nachtenlang mijn voeten in ijsbaden moest doen en me gek krabde. Ik zou aan de televisieserie Voetbalvrouwen beginnen waarin best wat naakt­scènes zaten en dacht: dat kan niet, met die krabplekken. Dus ging ik naar de dokter. Ik was binnen een jaar al zeker vier keer naar mijn huisarts geweest met vage klachten: jeuk, afvallen terwijl ik veel at, een enorme behoefte aan suiker, me steeds gejaagd voelen. Hij gaf me steeds een andere diagnose en dacht aan een allergie of ontsteking. Maar ik had het gevoel dat mijn hele systeem in de war was. Uiteindelijk heb ik me laten doorverwijzen naar het ziekenhuis, waar ik binnen anderhalve week de diagnose kreeg.”

Lees het volledige interview met Jolanda in Vriendin 42 2019.

Lees meer: Monic Hendrickx: ‘Leuk om een bad girl te spelen’

Tekst: Tanja Spaander. Foto’s: Bart Honingh. Visagie: Linda Huiberts. Met dank aan H. Burger, Amsterdam.