
Esther: ‘Na de dood van mijn moeder viel ons gezin uit elkaar’
21 juli 2025
Ze hadden nooit een heel warme band, maar dat Esther (44) haar broer en zus na de dood van haar moeder zó weinig zou zien, had ze ook weer niet verwacht. “Op de kop koffie die we na het uitstrooien van de as zouden drinken, wacht ik al bijna een jaar.”
Esther (44): “Jarenlang verzamelden mijn broer Marco en zus Sandra zich met hun aanhang op alle hoogtij- en feestdagen bij mijn moeder. Uiteraard kwam ik daar ook heen met mijn echtgenote en zoon. Daardoor zagen we elkaar toch nog elk kwartaal wel een keer: met kerst, Pasen, op Moederdag en eind augustus als mijn moeder jarig was.
Mijn moeder was na de dood van onze vader de spil van het gezin, degene die er ons aan herinnerde dat er iemand jarig was. Vaak belde ze ons of ze mee mocht rijden naar de verjaardag van mijn broer of een van mijn neefjes en stuurde ze appjes in de familiegroep om te regelen dat we allemaal op dezelfde dag bij haar op bezoek kamen. Iets wat we braaf deden.
Precies een jaar geleden overleed mijn moeder, amper 76 jaar, onverwacht aan een longontsteking. In dat jaar heb ik mijn broer en zus alleen nog gezien op momenten die nog te maken hadden met haar: bij de voorbereidingen voor de uitvaart, de plechtigheid zelf, het gesprek bij de notaris en het uitstrooien van haar as bij zee. Op alle andere dagen waarop we elkaar normaal zagen stuurden we elkaar nu enkel een kaartje of slechts een felicitatie per app.”
Grote verschillen
“Mijn jeugd kan ik niet anders omschrijven als simpel. Gezellig maar oppervlakkig. Mijn ouders werkten hard, ze hadden samen een eigen kleine supermarkt, er was weinig tijd voor ons als kinderen. We waren al vroeg zelfstandig, moesten ons eigen brood smeren, schooltassen inpakken en naar school- en sportclubjes fietsen. En ook onszelf vermaken.
Wij kinderen verschilden enorm van elkaar. Mijn broer Marco is de oudste, acht jaar leeftijdsverschil tussen ons zorgde ervoor dat we in onze jeugd niet echt een band hadden. Hij is een echte nerd. Dol op wiskundige puzzels, kranten en boeken lezen. Hij doet in zijn werk iets met schei- of natuurkunde. Geen idee eigenlijk.
Mijn zus Sandra, met wie ik vier jaar scheel, is het andere uiterste. Oneerbiedig gezegd: ze is een nogal zweverig type. Ze is yogadocent en omarmt de spirituele levensstijl. Ze leeft met tientallen Boeddha’s om zich heen en gaat op stilteretraites of zichzelf terugvinden in Thailand of op Bali. Als jong meisje was ze heel gevoelig, dromerig en gek op dieren en de natuur. Zelf was ik juist een stoere waterrat. Mijn leven speelde zich af in het lokale zwembad. Ik zat op zwemmen, wedstrijdzwemmen en waterpolo. Ik ging naar school omdat het moest, en verder besteedde ik elke minuut aan mijn sport. Nu sta ik op de markt met groenten en fruit. Ik heb als enige uit ons gezin dus nog iets overgenomen van de handelsgeest van onze ouders.
Als ik terugkijk op de band met mijn broer en zus vroeger, dan zie ik wel avonden voor me waar we met frisgewassen haartjes voor de tv zaten met een bakje chips en glas cola en met elkaar naar spelshows keken. Of tijdens kampeervakanties en op straat met elkaar buiten speelden. Maar het zijn eerder flarden van momenten, dan echte diepe herinneringen. We deelden speelgoed en dezelfde genen, maar daar hield het verder wel op.”
Geen klik
“Dat bleef zo. Marco ging als eerste het huis uit. Hij ging op kamers, studeren. Kreeg vaste verkering en trouwde. Niet per se met een vrouw met wie ik een goede klik mee heb. Zijn echtgenote Anne-Marie is net zo intelligent als hij, ze werkt op een laboratorium. Veel heb ik niet met haar gesproken de afgelopen jaren, ik zou ook niet weten waarover wij het samen moeten hebben. Andersom komt zij nooit op een markt.
Mijn broer en schoonzus hebben toevallig drie jongens gekregen, dus dat hebben we gemeen, maar hun zoons verschillen enorm van de mijne. Mijn neven doen of deden allemaal vwo en blinken uit met hun cijfers. Op een verjaardag spelen ze een potje schaak, lezen een boek of lossen bewonderenswaardig stil en gemanierd een Rubix-puzzel op. Mijn Sam is liever buiten aan het ravotten of binnen aan het stoeien, dan dat hij keurig op een stoel zit. Of je moet hem zijn telefoon in de hand geven, zodat hij TikTokfilmpjes kan kijken. Sam laat luid en duidelijk zijn aanwezigheid blijken als hij op een feestje is. Na het handjes schudden, valt hij aan op de borreltafel of hij gaat gezellig mee kletsen met de volwassenen. School interesseert hem geen klap, maar dat hoeft ook niet, zegt hij zelf, want hij wordt de nieuwe Rico Verhoeven. Hij zit op kickboksen en wil later de vechtsport in.
Sandra heeft geen kinderen. Ze heeft lang gereisd en woont nu samen met haar man Wout in een omgebouwd Volkswagenbusje. Haar man is een digital nomade: hij werkt online, iets met websites en apps bouwen. Sandra geeft dus yogalessen, ze werkt als ze daar zin in heeft of het geld op is. Ze rijden van campingplaats naar kampeerboerderij. Daardoor hebben ze een relaxed bestaan.
Ik bewonder de vrije levensstijl van mijn zus, maar het matcht totaal niet met die van mij. Mijn leven speelt zich op de markt af, mijn vrouw Denise helpt me in mijn werk. Dat betekent op werkdagen om vijf uur opstaan, om dan om zeven uur voor onze vroege vogel klanten open te kunnen. Het is hard werken, in weer en wind, maar ik zou het niet willen missen. Ik hou van mijn vak en ik krijg vaak veel dankbaarheid van mijn klanten terug.
Ondanks alle grote verschillen, was het wel prima als ik mijn broer en zus en hun aanhang zag. Ik weet niet of het een toneelspel was, maar we deden allemaal ons best aardig en geïnteresseerd naar elkaar te zijn. We tolereerden elkaar allemaal. Ook omdat onze moeder daar zichtbaar van genoot. Na de dood van onze vader ging ze meer aan ons ‘hangen’. Mijn vader overleed net nadat ik het huis uit was gegaan. Ze werd toen echt eenzaam: geen van de drie kinderen meer thuiswonend en dan ook nog zonder haar man. Ze verkocht de zaak, maar bleef er nog wel werken. Dat gaf haar iets om handen, naast het oppassen op de kleinzoons. Wij kinderen probeerden regelmatig langs te gaan bij haar. Maar ze was het gelukkigst als we echt allemaal bij elkaar waren. Ze zei ook altijd: ‘Nu heb ik al mijn kuikens weer onder mijn vleugels’.”
Vluchtig uitstrooien
“Soms vraag ik me af of het feit dat ik met een vrouw samenleef een betere band met mijn broer en zus in de weg staat. Ik ben pas op latere leeftijd ‘uit de kast’ gekomen. Ik was eerst samen met een man. Sam is de zoon die ik kreeg uit mijn vorige relatie. Mijn ex verliet me toen Sam twee maanden oud was. Hij verdween letterlijk en figuurlijk uit ons leven. Ik vond veel steun bij mijn buurvrouw. Dat was Denise. We zijn uiteindelijk smoorverliefd op elkaar geworden. Ik typeer mezelf niet honderd procent als lesbisch, ik hou gewoon van Denise. Dat was voor de buitenwereld natuurlijk wel wennen. Vooral voor mijn familie. Dat snap ik.
Mijn vader was toen al gestorven, ik weet zeker dat hij het lastig had gevonden. Mijn moeder reageerde eerst verbaasd, maar daarna voor een vrouw van haar leeftijd erg begripvol. Ze heeft Denise ook meteen geaccepteerd. Bij mijn broer en zus heb ik altijd iets van een ongemak gevoeld. Ze doen vriendelijk tegen Denise, maar ik denk niet dat ze haar volledig hebben geaccepteerd als mijn levenspartner. Net alsof ze denken dat het een fase bij mij is, terwijl we inmiddels al tien jaar samen zijn.
Denise komt uit een leuk en warm gezin met twee broers en lieve ouders. Ik voel me bij hen gezien en thuis, meer dan bij mijn broer en zus. Er gaat geen week voorbij dat er niet iemand een barbecue of borrel organiseert, waarbij iedereen die wil komen spontaan aanschuift. Het is nooit moeten of gedwongen, altijd gezellig.
Ook Sam heeft veel meer met deze kant, ook al is het officieel geen echte familie. Met die neefjes en nichtjes kan hij lekker dollen. Denises broers en schoonzussen noemt hij zíjn ooms en tantes. Mijn broer en zus noemt hij gewoon bij hun voornamen.
Toch had ik nooit kunnen denken dat mijn broer, zus en ik elkaar amper meer zouden zien. De laatste keer dat ik mijn broer en zus zag, was vorig jaar augustus, toen we de as van mijn moeder gingen uitstrooien op het strand. Het was haar verjaardag, dus de datum was in principe niet moeilijk te kiezen. Die stond al snel vast. Het tijdstip afspreken was des te moeilijker. Het lukte ons amper om een moment te vinden om gezamenlijk even een uurtje op het strand stil te staan bij mama. Erg verdrietig.
Het uitstrooien verliep uiteindelijk ook heel vluchtig. Het voelde als afraffelen. Mijn broer ging die dag nog op vakantie. In mijn ogen een idiote datum, dat had hij nooit zo mogen het plannen. Het moest dus tussen het koffers inpakken en de taxi naar Schiphol regelen door. Hij had zelfs geen tijd voor een kop koffie erna. Dat zouden we dan maar op een later moment doen. Nou we zijn bijna een jaar later en het moet nóg gebeuren.
Marco, Sandra en ik zien en spreken elkaar amper nog. Ook al lagen en liggen onze werelden zover uit elkaar, ik vind dat gek. Je blijft toch familie. We hebben geen ruzie, maar niemand doet echt moeite om de boel bij elkaar te houden of zoekt contact. Zelf ben ik daar net zo schuldig aan natuurlijk. Blijkbaar vind ik het wel jammer, maar niet erg genoeg om er zelf iets aan te doen.”
Om privacyredenen zijn alle namen veranderd, De echte namen zijn bekend bij de redactie.
Foto: Getty Images
Meer Vriendin? Volg ons op Facebook en Instagram. Je kunt je ook aanmelden voor onze wekelijkse Vriendin nieuwsbrief.
Uit andere media