Vrouw (22)

Simone: ‘Hij denkt alleen dat ik vreemdga, omdat ik stewardess ben’

Simone (34) is stewardess en is sinds vier jaar dolgelukkig met Jan (38). Eén dingetje: hij ziet groen van jaloezie als ze moet vliegen.

Simone: “Net als ik een glas prosecco inschenk, krijg ik een berichtje van mijn vriend Jan op mijn telefoon: ‘Ben je op je hotelkamer?’ Ietwat geïrriteerd app ik hem terug: ‘Ja hoor’. Het is niet waar, want ik drink een paar deuren verder samen met vier crewleden een borrel op de kamer van onze piloot, die jarig is. Het is niet aardig dat ik lieg, maar ik heb geen zin in gezeur. Als mijn vriend weet dat ik bij een piloot op de kamer zit, ook al zijn er allemaal collega’s bij, is het hek van de dam. Maar op dit moment zit Jan op zijn werk, dus ik verwacht geen problemen. Dat heb ik verkeerd gedacht. Amper vijf minuten later krijg ik weer een appje. ‘WAAR ZIT JE? Ik heb zojuist het hotel gebeld en je neemt niet op. Je liegt tegen me!’ Geschrokken zet ik de wijn neer en mompel een smoes tegen mijn collega’s. Ik ren snel naar mijn kamer, maar het is te laat. Jan neemt niet meer op en reageert niet als ik app. De volgende dag vlieg ik met stress in mijn lijf naar huis. Het kost me twee dagen om Jan weer zover te krijgen dat hij tegen me praat. Maar hij blijft boos. Voor hem is het reden om nóg meer argwaan tegenover me te krijgen. Hoe ik ook huil en smeek, hij blijft zeggen dat hij mij niet kan vertrouwen.”

Lief en geïnteresseerd

“Vier jaar geleden leerde ik Jan kennen tijdens de vlucht van Amsterdam naar Singapore. Jan ging op zakenreis, ik werkte op de vlucht als stewardess en bediende hem. Hij flirtte met me en was vriendelijk, en ik bracht hem graag een extra drankje. Heel toevallig logeerden we in hetzelfde hotel en we raakten de volgende avond aan de praat. Jan werkte in de ICT en werd regelmatig door zijn baas naar het buitenland uitgezonden. We hadden niet alleen een klik op reisgebied, maar ook op andere vlakken. We komen allebei uit een klein dorp, hebben onze moeder jong verloren en zijn gek op paarden. Die avond hebben we samen gegeten en kletsten we veel. Ik voelde me erg op mijn gemak bij hem. Jan was lief en geïnteresseerd. Naarmate de avond vorderde en de drank vloeide, werd hij steeds nieuwsgieriger naar mijn baan. En vooral naar de ‘stoere’ verhalen. Verhalen over wilde nachten en feestjes in exotische oorden. In de luchtvaart wordt nogal wat gefeest. En ook ik heb daar flink aan meegedaan. Sinds mijn 22ste werk ik als stewardess en ik heb wel een paar scharrels gehad met piloten en collega-stewards. Jan bleef me maar uithoren en door de wijntjes werd ik loslippiger. Iets waar ik nu enorm veel spijt van heb. Want vier jaar na die bewuste avond word ik nog steeds geconfronteerd met de uitspraken die ik toen heb gedaan.”

Lees ook: ‘Mijn man gaat vreemd, maar ik leg me erbij neer’

Op zoek naar liefde

“Jan blijft me wijzen op mijn jeugd zonden, op mijn seksavontuurtjes met piloten. Bovendien roept hij steeds hoe makkelijk ik in bed te krijgen ben, omdat ook wij die eerste nacht samen hebben doorgebracht. Maar wat Jan vergeet, is dat ik heel ongelukkig was met het leven dat ik toen had. Vrijgezel zijn is niks voor mij. Ik droomde altijd van een gelukkige, warme relatie. Van samen op de bank een fi lm kijken, kaarsjes aan en in de toekomst een eigen gezin stichten. Daarom kwam ik altijd in de armen van een (foute) piloot terecht: ik hoopte dat het ook na die reis iets tussen ons zou worden. Ik was op zoek naar liefde, niet naar lust. Maar die mannen hadden op elke reis een ander schatje en ik hoorde nooit meer iets als we op Schiphol waren geland. Jan hoeft dus helemaal niet bang te zijn dat ik voor de charmes van een collega val. Ik heb geen behoefte aan een ander, ik ben juist happy met onze relatie. Het enige is dat zijn jaloezie mij steeds meer begint op te breken. Zijn constante roep om bevestiging, zijn argwaan en wantrouwen tegenover mij maken me ongelukkig. Als ik een reis krijg aangeboden, dan kijkt hij samen met mij naar de personeelslijst. Als daar een naam op staat van een collega met wie ik in het verleden een onenightstand heb gehad, dwingt hij me om me ziek te melden voor die reis. Maar ook over andere mannen vraagt hij me het hemd van het lijf. Is die man homo, dan is er niks aan de hand. Maar als ik met een hetero-steward in business- of economyclass moet werken, praat hij net zo lang op me in totdat ik beloof om een vrouwelijke collega te regelen. Ook wil hij precies weten in welk hotel ik slaap en moet ik direct mijn kamernummer appen – ook al is het in Nederland drie uur ’s nachts. Het liefst belt hij me dan meteen om te checken of ik wel op mijn eigen kamer ben. En als hij ’s morgens opstaat om naar zijn werk te gaan, belt hij me weer. Dat ik nog slaap, omdat ik dan vaak nog maar een paar uur in bed lig, maakt hem niks uit. Ik móet opnemen. Doe ik dat niet, dan verdenkt hij me meteen van ontrouw.”

Stinkend jaloers

“Bij elke reis werk ik met een andere crew, maar sommige meiden ken ik van andere trips en dat zijn bijna vriendinnen. Het is dan gezellig om met elkaar op stap te gaan. Maar dat kan ik niet meer. Overdag mag ik best wat winkelen of bij het zwembad liggen met collega’s, maar tegen de avond moet ik weer op mijn kamer zijn. Jan wil gewoon niet geloven dat ik echt niks uitspook als ik met collega’s iets ga eten of tot tien uur ga dansen. Het gekke is dat hij me thuis wél vrijlaat. Af en toe ga ik met mijn beste vriendin salsadansen en dat vindt Jan prima. Hij wenst me veel plezier en het blijft de hele avond stil op mijn telefoon. Het is de combinatie vliegen, buitenland en mannelijke collega’s die hem stinkend jaloers maakt. De laatste tijd hebben we veel ruzie. En elke ruzie komt op hetzelfde neer: mijn werk. Hij schreeuwt en beschuldigt mij van oneerlijkheid en vreemdgaan en uit onmacht ga ik huilen. Of Jan praat dagenlang niet meer tegen me, net zolang tot ik zeg dat het me spijt dat ik een appje van hem heb genegeerd.”

Prachtig leven

“Het liefst zou Jan zien dat ik à la minute mijn baan opzeg. Volgens hem is dan alle stress voorbij. Maar ik wíl helemaal niet stoppen. Ik vlieg maar vijftig procent, heb om de maand een maand vrij en leid een prachtig leven. Ik zie de mooiste landen van de wereld en verdien best aardig. Het lijkt me onverstandig om in deze economisch slechte tijd ontslag te nemen en we kunnen mijn salaris ook niet missen. Ik zou ook niet weten wat ik anders moet doen. Na de havo ben ik meteen gaan vliegen, ik heb verder geen opleiding. Bovendien vond Jan het feit dat ik veel reis ooit zo aantrekkelijk aan mij. Hij zit ook elke twee maanden in een vliegtuig. Daar zeg ik nooit wat van. Of over zijn verleden: hij is 38 en heeft al meerdere relaties gehad. Het pleit niet voor hem dat geen enkele relatie langer duurde dan drie jaar. Behalve nu met mij. Ook is Jan de eerste avond met míj het bed ingedoken, ik zou ook tegen hém kunnen zeggen dat hij makkelijk tot seks over te halen is, zoals hij bij mij doet. Maar dat is onzin. Zo denk ik niet. Ik ben ook niet jaloers ingesteld. Er staan tussen Jans contacten in zijn telefoon verschillende namen van vrouwen die ik niet ken , maar daar maak ik me niet druk om. Het stomme is dat we, buiten zijn ziekelijke jaloezie, zielsgelukkig zijn. Als we samen vrij zijn, gaan we vaak naar de manege en maken we prachtige buitenritten. Of we gaan samen thuis kokkerellen en nodigen vrienden of onze vaders uit om bij ons te komen barbecuen. Een paar maanden geleden ben ik met de pil gestopt, omdat we heel graag een baby willen. We vinden het heerlijk om te fantaseren over een gezin en stiekem al te kijken welke kinderwagen we zullen aanschaffen en welke babykamer. Ik heb eindelijk de relatie waarnaar ik zo intens verlangde. Het is zo jammer dat die jaloeziewolk over ons geluk hangt.”

Lees ook: ‘Online flirten vind ik geen vreemdgaan’

Bang om me te verliezen

“Als ik een maand thuis ben, gaat het goed. Dan is Jan ook best voor rede vatbaar. Hij geeft toe dat hij soms fout zit en stelt zich kwetsbaar op door te zeggen dat hij bang is me kwijt te raken en dat hij alles doet om dat te voorkomen. Hij heeft op dertienjarige leeftijd zijn moeder verloren en sindsdien is hij panisch om weer iemand te verliezen van wie hij houdt. Begrijpelijk en ook zielig, maar op deze manier is hij niet goed bezig. Bij iedere ruzie, met ieder beschuldigend berichtje, brokkelt er iets van mijn liefde voor hem af. Ik kan niet goed meer mezelf bij hem zijn. Op reis leef ik als een kluizenaar. Ik weet dat er achter mijn rug om wordt geroddeld door de crew, want natuurlijk valt het collega’s op dat ik nooit meega en altijd roomservice bestel. Zo ben ik nooit geweest. Ik heb laatst mijn beste vriendin in vertrouwen genomen en zij schrok enorm van Jans gedrag. Volgens haar doe ik er goed aan om met hem in therapie te gaan, omdat ze bang is dat onze relatie anders stukgaat. Of dat ik uiteindelijk steeds meer stiekem gedrag ga vertonen, om preken van Jan te voorkomen. Zeker nu we graag een kindje willen, raadt ze me aan hulp te zoeken. Jan wil daar helaas niets over horen. Hij mailt me af en toe een advertentie door met een vacature voor een baan en hoopt dat ik stop met vliegen.”

Snakken naar rust

“Jan hoopt ook dat ik snel zwanger raak. Zodra ik namelijk in verwachting ben, mag ik niet meer de lucht in. Dan word je op de grond aan het werk gezet. Ideaal, vindt Jan, vooral omdat ik dan inclusief bevallings- en ouderschapsverlof bijna twee jaar uit de roulatie ben. Zelf hoop ik ook snel zwanger te raken, ik hoop dat dit ons rust geeft. Hopelijk krijgt Jan dan ook meer vertrouwen in mij. Als moeder van zijn kind zal ik toch nooit zomaar ons geluk riskeren voor een vluchtige nacht met een collega? Ik snak naar een periode van rust. Want ondanks alles is Jan mijn droomman en wil ik niets liever dan – zonder nare ruzies – met hem oud worden.”

Bron: Getty Images