Martines zoontje (4) verdronk: ‘Ik kon hem niet loslaten’

Martine (45) verloor negen jaar geleden haar zoontje Olivier (4) door verdrinking. “Het gebeurt in een split-second, ik was altijd zó alert. Mensen schreven dat het onze schuld was. Maar welke ouder weet nou iedere seconde van de dag waar zijn of haar kind is?”

Martine (45) verloor negen jaar geleden haar zoontje Olivier (4) door verdrinking. “Het gebeurt in een split-second, ik was altijd zó alert. Mensen schreven dat het onze schuld was. Maar welke ouder weet nou iedere seconde van de dag waar zijn of haar kind is?”

Weekend weg

“Olivier was een heel zachtaardig mannetje, met een grote liefde voor dieren. Hij had veel humor en was erg creatief. Ik beviel destijds van hem zonder verloskundige erbij. Binnen veertig minuten was hij er. En zo snel als hij in ons leven kwam, zo snel verliet hij ons ook weer.”

Martine is in 2010 met haar man Rudi (nu 52) en drie zonen Matthijs (nu 19), Tim (nu 16) en kleuter Olivier een weekend weg met vrienden. Dat deden ze ieder jaar. Het jaar ervoor ging de trip naar Friesland, deze keer naar Zeeland, aan het Veerse meer. “We hadden een huisje aan een haventje geboekt. Natuurlijk ben je dan alert, zeker met een kleuter zonder zwemdiploma. Toen we erachter kwamen dat onze kamer niet op slot kon, heb ik een andere kamer in het huis geëist. Ik was bang dat de kinderen in een onbewaakt ogenblik naar buiten zouden glippen, naar het water. Die angst hebben veel ouders natuurlijk, maar bij mij was het opvallend sterk aanwezig, alsof ik wist wat er zou gebeuren.”

Wereld verging

Terwijl de volwassenen buiten met elkaar staan te kletsen, spelen de kinderen wat aan het strandje met hengeltjes en emmers. Plotseling beseft Martine dat ze Olivier niet meer ziet. “Ik dacht dat hij naar Rudi was gelopen en Rudi dacht dat Olivier bij mij was. Er ontstond niet direct paniek. We checkten uiteraard het water, maar ook het huis. Onze kamer had een stapelbed, dat Olivier geweldig vond. Misschien was hij daar wel naartoe gelopen.”

De vrienden splitsen zich op en iedereen zoekt mee. Als Olivier niet meteen gevonden wordt, raakt Martine in paniek. Ze loopt langs het meer en keert weer terug naar het huisje. Als ze bij de steiger aankomt en Rudi vanuit zijn tenen hoort vloeken, weet ze het al. “Ik wist meteen dat mijn kind dood was. Olivier lag op de steiger en werd gereanimeerd door een vriend. Hij was in het water gevallen. Ik heb gegild en werd stevig vastgehouden. Dat was het allerergste moment uit mijn leven, mijn wereld verging.”

‘Ik voelde aan alles dat het slecht zou aflopen, maar je houdt dat sprankje hoop’

Traumateam

De hulpdiensten arriveren snel en nemen de reanimatie over. Vrienden van Rudi en Martine ontfermen zich over de kinderen. Olivier wordt in de ambulance gelegd en  Martine en Rudi gaan in een tweede ambulance zitten en met loeiende sirenes vertrekken ze naar het ziekenhuis in Antwerpen. “Halverwege stopten we op een parkeerplaats, waar een traumateam uit Rotterdam bij Olivier instapt. Ik voelde aan alles dat het slecht zou aflopen, maar je houdt dat sprankje hoop.”

In het ziekenhuis wordt Olivier door een enorm team aan artsen en verpleegkundigen behandeld. Maar wat ze ook proberen, het mag niet baten. “De arts zei ons dat het niet eerlijk zou zijn nog langer door te gaan. Als we Olivier al terug zouden krijgen, zou hij een kasplantje zijn. Hij werd losgekoppeld en bij mij op schoot gelegd. In mijn armen overleed hij.” Martine blijft zeker een half uur zo zitten, intens verdrietig en wanhopig. “Ik heb mijn armen kapotgeslagen op de stoelleuningen, ik wist niet wat ik met mijn gevoel aan moest. Dit wil je echt nooit in je leven meemaken. Een kind verliezen is de overtreffende trap van afschuwelijk.”

Gillend van verdriet

Martine houdt zich staande met kalmerende middelen die ze van de huisarts krijgt. Toch wordt ze elke dag gillend van verdriet wakker. “Het besef dat Olivier er niet meer was, was ondraaglijk. Maar ik moest wel door, ik had Matthijs en Tim ook nog. De kinderen hadden ook verdriet. Ik hoor Tim nog zeggen dat hij altijd zo leuk speelde met Olivier. Mijn hart brak.”

Olivier wordt begraven in Zeeland, waar Martine en Rudi ook een huis hebben – Martines familie woont daar. Anderhalve week na zijn overlijden gaan ze terug naar Amstelveen. “Die rit naar huis was afschuwelijk. Heen zaten er drie kinderen op de achterbank, nu nog maar twee. Ik kon het niet bevatten.” In de week van Oliviers overlijden wordt Martines oudste zoon elf. Een feest dat, ondanks al het verdriet toch gevierd wordt. “Weer in Amstelveen moest hij natuurlijk ook gewoon uitdelen op school. Ik kon het niet opbrengen daarvoor uit mijn bed te komen. Rudi nam die taak op zich.

‘s Ochtends vroeg stond hij in de keuken de traktaties klaar te maken. Anderhalve week later herhaalde dit ritueel zich, toen was Tim jarig. Het was allemaal zo surrealistisch.” In de dagen na het fatale ongeluk, verschijnen er berichten over Oliviers overlijden in de media. “Die las ik, ook de reacties eronder. Mensen die ons niet kenden, gaven ons de schuld. Zoiets is keihard en kwetsend. Na een tijdje ben ik gestopt het te lezen.”

Vol woede

Het gezin probeert het leven weer op te pakken en gaat die zomer naar de Efteling. “Ik had een grote zonnebril op, om mijn tranen te verbergen. In de rij, tijdens ’t wachten, kwam het verdriet in alle hevigheid naar boven. Ik zag een gezin bij de plattegrond van het park staan en hun ogenschijnlijke geluk maakte me zo boos. Totdat ik zag dat ze zich omdraaiden en naar hun zoon in een rolstoel liepen. Toen heb ik mezelf even streng toegesproken. Ik was niet de enige met verdriet.”

Martine en Rudi beleven hun verdriet allebei op een totaal andere manier en hun relatie krijgt het daardoor zwaar te verduren. “Ik zat vol woede en schreeuwde het uit. Ik wilde alleen maar over Olivier praten, klampte nog net geen wildvreemden op straat aan. Ik ging van koffieafspraak naar koffieafspraak en liet mijn tranen de vrije loop. Ik wilde niet dat Olivier verzwegen werd en zorgde daar ook voor. Rudi zei weinig, hij is geen prater. Hij stortte zich op het opknappen van ons huis. Dat verschil in verwerken botste. Het is echt even de vraag geweest of we het wel zouden redden samen. Pas toen we elkaars manier van rouwen accepteerden, ging het beter.”

Lees ook: Maartje (38) verloor haar zoontje na twee maanden: ‘Iedere seconde samen was mooi en bijzonder’

Spiritualiteit

Martine is haar hele leven al geïnteresseerd geweest in spiritualiteit. Ze heeft sterk het gevoel dat niets voor niets is en dat de dood vaststaat. “Die gedachte biedt mij troost. Hoe verschrikkelijk ook: het was Oliviers tijd. Verdrinkingsdood schijnt een zachte dood te zijn en ik was, hoe gek dat misschien ook klinkt, dankbaar dat hij op deze manier uit het leven was geplukt. Hij had ook langdurig ziek kunnen zijn of een ernstig auto-ongeluk kunnen krijgen. Toch kon ik absoluut niet accepteren dat Olivier er niet meer was. Hij moest terugkomen. Ik weet
nog goed wat ik fluisterde toen zijn kist werd gesloten: ‘Je komt bij me terug.’”

In haar zoektocht naar Olivier komt Martine een man tegen die zich bezighoudt met het hiernamaals. Via EVP, Electronic Voice Phenomenon kan hij signalen van overleden personen omzetten in herkenbare klanken. Ik wilde met hem de mogelijkheden onderzoeken of Oliviers ziel terug kon komen. Tijdens de eerste sessie hoorden we allebei heel duidelijk: ‘Ik wil mijn oude Jeisie.’ Ik wist meteen dat dit Olivier was. Hij noemde zijn knuffels ‘Jeisie’ en er was een oude en een nieuwe Jeisie. Voor mij was dit het ultieme bewijs dat mijn kind niet verdwenen was.”

Geen herkenning

Een half jaar na het overlijden van Olivier, raakt Martine zwanger van haar vierde kind. Ze is ervan overtuigd dat Olivier in dit kind zal reïncarneren. “Die gedachte stuitte sommige mensen tegen de borst, dat snapte ik ook wel. Maar ik was zo verdrietig en zo verloren, dat ik maar één ding wilde en dat was Olivier terugkrijgen. Toen Brent werd geboren, herkende ik niets van Olivier in hem. Mensen vroegen mij of Brent ook gewoon Brent mocht zijn. Natuurlijk mocht dat. Dit was een ander kind, ik had niet verwacht dat ik Olivier écht terug zou krijgen. Maar ik had wel herkenning verwacht.”

Martine is zielsgelukkig met Brent, maar voelt ook een vreemde teleurstelling omdat ze de herkenning waar ze zo op hoopte niet vindt. Brent is zowel in uiterlijk als karakter zó anders
dan Olivier, dat ze het idee van reïncarnatie los moet laten. Drie jaar geleden werd ze opnieuw zwanger. “Dat kwam als een verrassing. Rudi opperde nog dat Olivier nu misschien wél terug zou
komen. Dat geloofde ik niet meer. Hoewel we veel medeleven kregen, heb ik me heel eenzaam gevoeld in die tijd. Ik kon mijn gevoel met weinig mensen delen.”

‘Dan ben ik die baby!’

Dochter Noortje wordt geboren en Martine is heel blij met haar meisje. “Na vier jongens, was dat fantastisch. Toen Noortje een jaar oud was, kwam ik haar kamertje binnenlopen en ineens rook ik het: Olivier. Ik rook mijn zoontje! Pas toen viel het kwartje, ineens zag ik hoeveel Noortje op Olivier leek. Ze hadden dezelfde haren en hetzelfde gebit. En inmiddels weet ik ook dat ze hetzelfde karakter hebben.” Toen Olivier nog leefde, wilde Martine al een vierde kind. Voor Rudi was het wel klaar zo. “Ik vroeg de jongens weleens: ‘Willen jullie nog een broertje of zusje?’ Olivier gaf dan een opmerkelijk antwoord: ‘Ja, een zusje en dan ben ik die baby!’ Ik schoof dat af op zijn fantasie en kon er wel om lachen. Met de kennis van nu, begrijp ik zijn woorden van toen. Olivier wist dat hij als meisje terug zou komen. De man die mij heeft geholpen met contact zoeken met Olivier heeft mij op het hart gedrukt Noortje nooit vragen over Olivier te stellen. ‘Laat haar zichzelf worden. Als ze ergens mee komt, merk je dat vanzelf.’ Ik sta daar helemaal achter. Dit is Noortje.”

Elke dag ’n kus

“Er gaat geen dag voorbij dat ik niet aan Olivier denk. Ik heb zijn foto, die we zowel in ons huis in Amstelveen als in ons huis in Zeeland op een prominente plek in de woonkamer hebben staan, heel lang elke dag een kus gegeven. Rudi bezocht Oliviers graf in Zeeland regelmatig. Als we er zijn, gaat hij altijd. Voor mij hoeft dat niet zo. Ik vind Olivier niet op de begraafplaats.”

Martine omschrijft haar verdriet nu als ‘stabiel’. “Het wordt niet erger en niet minder, het is er altijd. Die ergste pijn van in het begin is weg, maar die pijn is ook niet vol te houden,
die pijn is onmenselijk. Er is een gat in mijn hart geslagen en dat zal er altijd zitten. We hebben jaren last gehad van schuldgevoel. Wanneer een paragnost mij zei dat Oliviers tijd gekomen was, ebde mijn schuld weer even weg. Maar het kwam altijd terug. Had ik maar…, dacht ik steeds. Ik heb een jaar niet gelachen. En toen ik dat weer kon, voelde ik me daar schuldig over. Je lacht toch niet als je je kind verloren hebt? Rudi heeft dat met dansen op een feestje. Dat doet hij sinds het overlijden van Olivier niet meer. We hebben een lotgenotenbijeenkomst van ouders van een overleden kind bezocht. Ik hoorde een man heel emotioneel vertellen over zijn kind dat zestien jaar daarvoor was overleden. De sfeer in de zaal was zo zwaar, zo verdrietig. Ik wilde
daar niet bij horen. Halverwege de bijeenkomst zijn we weggegaan.”

Weer gelukkig

Zonder het spirituele pad dat Martine heeft bewandeld, was ze nooit gekomen waar ze nu is, stelt ze. “Ik weet dat niet iedereen dat begrijpt. Sommige mensen geven hun mening. Ze bedoelen het niet slecht, maar ze veroordelen me wel om mijn spiritualiteit. Ik vind dat moeilijk. Waar haalt een ander het recht vandaan mij dit geloof te ontnemen? Doordat ik Olivier in Noortje terugzie, is er een last van mijn schouders gevallen. We vieren nu het leven met Noortje en onze andere kinderen. Ik ben absoluut weer gelukkig. Het verdriet dat we hebben, hoort bij ons. Ik zou het niet eens willen missen. Zonder het verdriet om Olivier zou ik me heel schuldig voelen, denk ik. Noortjes naam is overigens door Olivier ‘bedacht’. Matthijs, Tim en Olivier hadden Anne geheten, als ze een meisje waren geweest. Rudi en ik hadden het nooit over een andere naam; Anne moest het worden. Maar toen ik zwanger was van Brent, kwam de naam Noortje ineens, uit het niets, in mij op. Ik had daar een heel sterk gevoel bij. Blijkbaar vond Olivier dat een mooie naam. Van dat soort dingen maakt mijn hart nou een sprongetje.”

Lees ook: Merel verloor haar zoon na een zwangerschap van 26 weken