Canva1 2022 09 26t132507.082

Abdelkader Benali gaat de theaters in: ‘Ik zoek de verbinding met mijn moeder’

Dat hij prachtige boeken schrijft, wisten we al. Maar nu gaat Abdelkader Benali (46) ook de theaters in. Om te vertellen over zijn moeder én om te koken. “Als je samen aan tafel zit en er is iets te smikkelen, voelt het altijd weer goed.”

We treffen Abdelkader thuis, terwijl hij net bezig is met de voorbereiding voor zijn voorstelling Moeder en zoon, naar zijn gelijknamige novelle. Die verscheen in maart, met zijn voorstelling staat hij vanaf 1 oktober op de planken. “Ja, ik ben inkopen aan het doen. Gisteren ben ik naar Ikea geweest om een keukenblad te kopen, ik heb net een print besteld van het schilderij van Rembrandt dat een belangrijke rol speelt in het stuk en vandaag wordt de tajine besteld waarmee ik op het toneel ga koken. Ik vind het geweldig dat ik weer wat mag maken nadat er twee jaar lang niets is gebeurd door corona.” Abdelkader werd geboren in Marokko, op zijn vierde kwam hij met zijn ouders naar Nederland. In zijn boek en nu voorstelling neemt hij zijn moeder mee op reis naar het Russische Sint-Petersburg om het schilderij van Rembrandt te zien dat veel voor hem betekent: De verloren zoon.

Waarom neem je in Moeder en zoon je moeder mee op reis?

“Ik dacht: hoe zou het zijn als ik haar mee zou nemen naar mijn wereld, die van de cultuur, de literatuur, de verbeelding? Als ik bij mijn moeder op bezoek ga, zit ik in haar wereld. En als ze bij mijn vrouw Saida en mij komt, is het gewoon gezellig. Ik hou van musea en dacht: wat als ik haar laat kijken naar schilderijen die mij hebben beïnvloed, waar ik ontroerd door raak? Wat ziet zij dan?”

Waarom was je daar benieuwd naar?

“Omdat mijn moeder een bijzondere manier heeft van kijken naar dingen. Ze kijkt met mijn vader veel naar Turkse soapseries, dat is ook onder Marokkanen populair. Daarin gaat het vaak over familieproblemen en die zijn natuurlijk universeel. Als ik bij haar op bezoek ben en ik vraag hoe het met iemand uit zo’n serie is, krijg ik van haar een uitgebreide psychologische analyse. Ik vroeg me af op wat voor manier ze naar schilderijen in een museum zou kijken. Dat was het uitgangspunt voor dit verhaal.
Daar komt bij dat de zoon en de moeder in mijn verhaal op twee momenten samenkomen, namelijk als ze eten en als ze koffiedrinken. Dat koffiedrinken is ook echt een ding voor mijn moeder en mij. Of we nou ruzie hebben of we hebben het gezellig: we drinken altijd koffie samen. Mijn vader en moeder drinken ook graag koffie met elkaar, dat verbindt hen. En zelf drink ik graag koffie met Saida. Dat is een gevoelig, kwetsbaar, mooi moment, waarin je van alles met elkaar kunt delen. Een reis met mijn moeder zou voor mij niets anders zijn dan een excuus om lekker veel samen koffie te drinken. Ik hoop dat die nukkige vader van mij ook zin krijgt om een reis met mij te maken. Ik zoek de verbinding met mijn moeder, maar ook met mijn vader.”

Je novelle Moeder en zoon verscheen in maart. Hoe waren de reacties?

“Ik heb het verhaal een aantal keren voorgelezen tijdens lezingen in een kerk. Het is best persoonlijk, maar tot mijn verbazing reageerden mensen emotioneel. Sommigen moesten huilen, ze kwamen met hun eigen verhaal over hun ouders.”

Waarom raakte jouw verhaal hen zo?

“Ik denk dat de relatie met je vader en moeder, ook als ze er niet meer zijn, dramatisch kan zijn. Mijn eigen ouders staan best dicht op mensen uit tijd van Rembrandt. Ze komen uit een orale cultuur, een plattelandscultuur, met voor ons nu ouderwetse normen en waarden. Zij hebben in Marokko modernisatie en industrialisatie meegemaakt, maar niet die mate van individualisering en consumentengedrag die wij hier in Nederland hebben gehad. De mensen in die kerk waar ik voorlas, waren dik in de zeventig: in hun jeugd praatten ouders niet met hun kinderen. Maar die kinderen leerden wel om te praten. De mensen in die kerk reageerden denk ik op het voelen van die breuk: ze voelen een grote emotionele afstand tot hun ouders. Die afstand is in een mensenleven bijna niet te overbruggen. Theater en literatuur kunnen helpen om dat bespreekbaar te maken. Ik vond het leuk om als 46-jarige die klik te hebben, want ik dacht dat ik de enige was die zo’n emotionele afstand voelde tot zijn ouders. Soms proberen mijn ouders en ik elkaar iets uit te leggen en dat lukt dan niet. Dan denk ik: komt dat nou door de taal of door migratie? Maar dat is het dus niet.”

In het boek neem je je moeder mee naar een museum Sint-Petersburg. Heb je dat ook echt gedaan?

“Nee. Alle gesprekken in het boek heb ik met mijn moeder gehad, en die reis naar Sint-Petersburg heb ik wel gemaakt, maar niet met haar. Ik heb die reis verzonnen om verdieping aan te brengen in het verhaal. Ik heb een tentoonstelling samengesteld voor het Cobra Museum over moderne Marokkaanse kunst. Mijn moeder kwam, samen met mijn zus. Het was zo leuk. Wat in het boek staat over dat museum Sint-Petersburg, gebeurde daar.”

Wat gebeurde er dan?

“We liepen door die zalen en bij elk schilderij had ze wel een verhaal. Op een nogal surrealistisch schilderij stond bijvoorbeeld een kind dat door de klauwen van een vogel wordt beetgepakt. Toen vertelde ze dat dat vroeger in Marokko vaker gebeurde: dat baby’s werden meegenomen door roofvogels. Mensen vertelden dat vroeger tegen elkaar op het platteland, dat ze op hun kinderen moesten letten. Of het echt is of een mythe, dat doet er niet zo toe. Waar het om gaat, is dat de kunstenaar en mijn moeder blijkbaar hetzelfde verhaal kenden. Mijn moeder hielp mij zo om die kunst te begrijpen. Dat heeft ze ook voor de voorstelling gedaan.”

Want?

“In de voorstelling kijk ik samen met het publiek naar het schilderij De verloren zoon, van Rembrandt. Mijn moeder zei over dat schilderij: ‘Er staat geen vrouw op. De grote fout van die vader is dat hij na de dood van zijn vrouw niet snel is hertrouwd. Dan waren die kinderen niet bij hem weggelopen.’ Dat is haar blik, zo kijkt zij naar de wereld. Dat geeft dat schilderij nog meer verdieping. En omdat zij dat doet, kom ik ook dichter bij Rembrandt. Ik vraag me dan af of hij daar ook mee bezig zou zijn geweest: met de rol van de vrouw, van het gezin. Zo toont het schilderij voor mij nog meer van zijn kwetsbaarheid.”

Wat betekent dat schilderij voor jou?

“Kort gezegd gaat het over twee zonen. De jongste eiste zijn erfdeel op, ging weg en verbraste alles, dat was een losbol. De ander, de oudste, die bleef. Hij voelde zich verantwoordelijk en volgde zijn vader op in het familiebedrijf. Ik heb me afgevraagd waarom dat schilderij me zo raakte. Ik ben altijd bezig met het zoeken naar de liefde van mijn ouders. Die verloren zoon zit in mij, maar die oudste ook – ik ben de oudste van acht kinderen. Maar ik vóél me de verloren zoon. Altijd maar de oudste zijn is vermoeiend. Mijn zussen zeiden altijd tegen me dat ik er nooit was.”

Je was pas achttien toen je het huis uit ging, toch?

“Ja, en ik was niet alleen fysiek weg, maar ook emotioneel. Het raakte me als ze dat zeiden. Mijn zussen waren jong toen ik het huis uit ging, ze hebben herinneringen aan mijn afwezigheid. Familie is een gek samenraapsel van nijd en temperament. Ik had meer voor ze kunnen betekenen, maar ik koos toen voor mezelf. Tot ik kinderen kreeg, was ik vaak op reis. Ik vroeg me wel altijd af hoe het met mijn familie ging, maar ik heb belangst. Daar schaamde ik me voor, maar ik belde dus lange periodes niet. Ik bel nu veel vaker, het was toen een blokkade.
Het is goedgekomen met mijn familie, maar daar heb ik wel mijn best voor gedaan. Mijn kinderen hebben daarbij geholpen, die werken als relatietherapie in een familie. En met elkaar eten, dat heeft zo’n sociale functie. Als je samen aan tafel zit, het zit even niet lekker in je relatie en er is iets te smikkelen, dan voelt het uiteindelijk toch altijd weer goed. Daarom is die tajine in die voorstelling zo belangrijk.”

Wat vond je moeder ervan dat je zo vroeg het huis uitging en dat je zo weinig van je liet horen?

“Dat vond ze niet goed. En dat klopt ook wel. Toen Saida en ik kinderen kregen, kreeg onze relatie een nieuwe vorm en hebben we dingen rechtgezet.”

Uitgepraat?

“Dat is niet het goede woord. Uitgezwegen. Dat je met elkaar gaat zitten, dingen gaat doen en daar voldoening uithaalt. Maar als je samen koffie drinkt, kan dat toch kwetsbaar zijn.”

Want dat is het?

“Ja, natuurlijk. Ik vind het mooi om te horen hoe zij naar het leven kijkt, wat haar dwarszit en wat ze nog wil. Dan kan ik als zoon zeggen dat ze op mij kan rekenen, dat ze zich geen zorgen moet maken. Dat geeft mij ook weer een kans om er voor haar te zijn. En om haar mijn onvoorwaardelijke liefde te tonen.”

Meer Abdelkader

Geboren: op 25 november 1975 in Marokko. Toen hij 4 was, kwam hij naar Nederland.
Relatie: getrouwd met Saida, samen hebben ze twee dochters: Amber (7) en Hannah (3).
Carrière: zijn eerste roman, Bruiloft aan zee, werd meteen genomineerd voor de Libris Literatuurprijs. Die prijs ontving Abdelkader in 2003 voor zijn tweede roman, De langverwachte. Zijn laatste boek Bad boy ging over Badr Hari. Abdelkader schrijft behalve romans ook toneelstukken, artikelen en recensies voor bladen en kranten. Daarnaast presenteert hij tv-programma’s. Vanaf oktober staat hij met zijn voorstelling Moeder en zoon – een verhaal over thuiskomen op de planken, naar zijn eerder verschenen gelijknamige novelle. De première is op 2 november in de Leidse Schouwburg.

tekst: Ella Mae Wester
Foto: Yasmijn Tan
Visagie: Wilma Scholte

Meer Vriendin? Volg ons op Facebook en Instagram. Je kunt je ook aanmelden voor onze wekelijkse Vriendin nieuwsbrief.