Placeholder

Carolien: “M’n moeder kwam me achterna en zei dat het niets voorstelde”

Wanneer Carolien ziet dat haar moeder vreemdgaat met de man die haar ‘computerles’ geeft, dwingt haar moeder haar niks door te vertellen.

Wanneer Carolien ziet dat haar moeder vreemdgaat met de man die haar ‘computerles’ geeft, dwingt haar moeder haar niks door te vertellen.

“Mensen vragen zich vaak af waarom ik sinds de scheiding van mijn ouders bij mijn vader woon. Hij werkt namelijk fulltime en is ook geregeld  ’s avonds weg. Mijn moeder daarentegen is meestal thuis, heeft vroeger ook altijd voor mij en mijn broertjes gezorgd. Er wordt vaak gedacht dat ik bij mijn vader ben ingetrokken voor de vrijheid. Dat is niet zo: ik mis juist de gezelligheid van een gezin. En ik mis mijn broertjes, die nog wel bij mijn moeder wonen. Maar kan haar gewoon niet meer om me heen hebben. Niet na wat ze heeft gedaan.

Wat niemand weet, behalve ik, is dat mijn moeder mijn vader minstens twee jaar heeft bedrogen. Wanneer mijn vader weg was ’s avonds, kwam er regelmatig een vreemde man op bezoek. Zogenaamd om mijn moeder computerles te geven. Maar er gebeurden heel andere dingen als zij met z’n tweeën in de woonkamer waren. Dat weet ik omdat ik ze een paar keer betrapt heb. Mijn broertjes, een tweeling die nog op de basisschool zit, lag op dat tijdstip al in bed, maar ik niet. Een keer trof ik ze zoenend aan. Geschrokken ben ik naar mijn kamer gerend. Mijn moeder kwam me achterna. Ze zei dat dit niets voorstelde, gewoon wat spielerei was. Die keer liet ik mij overtuigen, ik wilde graag geloven dat er niets aan de hand was. Ik had mijn ouders altijd als een gelukkig stel gezien.

Maar ik heb ze nóg een keer gesnapt. Toen waren ze bijna naakt, walgelijk! Ik wil helemaal niet weten dat mijn moeder aan seks doet, en al helemáál niet met iemand anders dan mijn vader. Die keer heeft mijn moeder me eerlijk verteld dat ze een relatie met die vent had. Ze vroeg me of ik alsjeblieft mijn mond wilde houden. Wat schoot mijn vader ermee op als hij het wist? Dan zou hij misschien wel willen scheiden en dan zou het míjn schuld zijn. Ik liet me ompraten, al voelde ik wel dat het helemaal niet klopte. Hoezo mijn schuld; zij deed toch iets dat niet door de beugel kon?

Zo heb ik heel lang in het complot gezeten. Afgrijselijk vond ik het. Ik zag dat mijn moeder zich steeds koeler tegenover mijn vader opstelde, en dat hij dat niet begreep. En ik durfde maar niks te zeggen! En mijn zwijgen bleek allemaal zinloos: op een dag kondigde mijn moeder aan dat ze wilde scheiden. Heel plotseling; omdat ‘ze niet meer gelukkig was.’ Mijn vader en broertjes waren heel verdrietig, ik was vooral laaiend. Hoe kon ze! Ik vond dat ze niet alleen mijn vader maar ook mij had bedrogen. Daarom ben ik met mijn vader meegegaan, al woont hij in een rothuis en hebben we nog weinig spullen. Mijn moeder zie ik amper. Ze belt vaak, maar ik ben gewoon zó boos.

Of ik mijn vader alsnog over het bedrog van mijn moeder verteld heb? Nee. Het zal hem alleen maar pijn doen en hij zal ook mij niet meer vertrouwen. Ik hoop maar dat hij nooit de waarheid ontdekt.’

Tekst: Lydia van der Weide