patricia-schulden

Patricia: ‘Ik houd mijn schulden verborgen voor mijn vriend’

Patricia (34) woont al twee jaar samen met Sander (29). Maar hij weet niet dat zij jarenlang te veel heeft uitgegeven en daardoor nu dagelijks met schuldeisers wordt geconfronteerd. “Soms lig ik een half uur achter de bank, bang voor de deurwaarders.”

Patricia: “Hoe vaak ik al niet op het punt heb gestaan mijn vriend Sander het grote geheim over mijn schuld op te biechten… Liegen en bedriegen gaat me steeds moeilijker af, net als het verstoppen van de post en bankafschriften. Elke keer als de deurbel gaat, schrik ik. Is het visite, de postbode, of een deurwaarder? Maar ik weet dat als ik eenmaal de waarheid vertel, ik helemaal met de billen bloot moet. En dan stel ik Sander enorm teleur. Hij hoort dan dat ik al drie jaar lang tegen hem lieg en ik ben bang dat hij zo boos wordt, dat hij bij me weggaat. Ik zoek dus liever naar andere oplossingen om van mijn schuldeisers af te komen in de hoop dat Sander er nooit achter hoeft te komen welke fouten ik in mijn verleden heb gemaakt.”

Genieten van het leven

“Zo’n acht jaar geleden werkte ik fulltime als kapster. Ik had een prima inkomen, woonde nog bij mijn moeder thuis, was vrijgezel en ik genoot van het leven. Na aftrek van mijn kostgeld en de vaste lasten van mijn autootje, hield ik duizend euro over om leuke dingen van te doen. Nou, ik nam het er goed van. In het weekend stappen, op mijn vrije dag uitgebreid winkelen en regelmatig met een vriendin weekendjes weg naar Antwerpen en Maastricht. ’s Zomers zat ik twee weken aan de Spaanse kust en joeg ik er zo duizend euro per week doorheen. Voor mijn reizen gebruikte ik een creditcard. Drie salarisstroken en het positieve saldo op mijn spaarrekening waren blijkbaar genoeg voor de bank om me een creditcard te geven. Lang was er ook geen vuiltje aan de lucht. Wat ik uitgaf met mijn creditcard, vulde ik keurig aan met mijn salaris of spaargeld. Maar eind 2019 kreeg ik steeds meer last van mijn rug. Het vele staan in de kapsalon begon me op te breken. Rust zou me goed doen, dus in overleg met mijn baas besloot ik een dag minder te werken. Drie dagen vrij, vier dagen op, dat leek me de juiste balans. Eventueel zou ik het tekort aan inkomsten compenseren met wat thuisklantjes.

Maar dat kwam er niet van. Op mijn extra vrije dag lag ik op de bank bij te komen en was ik blij even niet te hoeven knippen. Wel bleef ik hetzelfde uitgavenpatroon houden: shoppen, stappen – alles kon. Wat ik tekortkwam, vulde ik nog wel aan met spaargeld, maar meestal stond ik rood en wachtte ik gewoon tot de volgende maand. In het voorjaar van 2020 kreeg ik een eigen huurwoning. Het werd ook wel tijd om het huis uit te gaan, ik was inmiddels al 28 en ik had veel ruzie met mijn moeder. Mijn huisje richtte ik in met tweedehandsspullen van Marktplaats en vriendinnen, maar mijn wasmachine, droger, koelkast en combi-oven wilde ik per se nieuw hebben. Om die te kunnen bekostigen, sloot ik een persoonlijke lening af van vijfduizend euro. Weer protesteerde er niemand bij de bank. Mijn salaris was voldoende. De bedoeling was dat ik elke maand tweehonderd euro zou aflossen en eens per jaar mijn vakantiegeld zou storten. Dan kon ik in twee jaar van de lening af zijn. Maar het was eigenlijk een doorlopend krediet dat zo was ingesteld, dat ik alles wat ik afloste ook weer kon opnemen. Zolang ik maar elke maand iets afloste en niet boven die vijfduizend euro uitkwam, kon ik geld blijven opnemen. En dat bleek toch wel erg handig. Vooral toen ik door mijn bank zakte en ineens een nieuwe moest kopen.”

Lees ook: Maaike: ‘Een krediet afsluiten was makkelijk, nu heb ik tienduizend euro schuld’

Hernia na hernia

“Nog steeds had ik geen financiële problemen. Ik kon het ene potje met het andere vullen. Dat veranderde toen ik in de ziektewet terechtkwam met een hernia en niet meer kon werken. Ik kreeg de ene hernia na de andere. Van acht weken rust tot een operatie met weer een wekenlange revalidatie, tot wéér een nieuwe hernia, met als uiteindelijke diagnose: chronische rugklachten. In overleg met mijn arbo-arts werd ik na twee jaar bijna volledig afgekeurd. Sowieso voor het werk als kapster, maar ik mocht ook geen staand of zittend beroep meer uitoefenen. In eerste instantie verdiende ik nog zeventig procent van mijn laatste salaris, maar uiteindelijk kwam ik in de WIA terecht. Nu krijg ik een zogenaamde IVA-uitkering, een uitkering die je krijgt als je helemaal niet meer kunt werken. En aangevuld met een toeslag zit ik op bijstandsniveau. In de jaren dat ik thuis kwam te zitten, gaf ik al mijn spaargeld uit en maakte ik mijn hele krediet op. Bovendien kocht ik spullen op afbetaling en rommelde ik met mijn vaste lasten. De ene maand maakte ik de huur over, de andere maand de energierekening. Met als gevolg dat ik ruim achtduizend euro aan schuld opbouwde. Iets wat ik, heel struisvogelachtig natuurlijk, wegstopte. Rekeningen die binnenkwamen, verscheurde ik of verdwenen ongeopend in een la. Tegelijkertijd bleef ik uitgaan en dingen kopen.”

Beschamend zooitje

“In die tijd ontmoette ik Sander. We werden smoorverliefd en het laatste waar ik zin in had, waren gesprekken over mijn belabberde boekhouding. Ik schaamde me dood voor mijn schulden en vond het al vreselijk genoeg dat hij erachter moest komen dat ik geen hippe, jonge meid was, maar een uitgebluste vrouw die haar dagen sleet op de bank of in bed. Achteraf stom, want Sander ging helemaal voor me. Hij vond het afschuwelijk voor me dat ik zo veel pijn had, maar ik was er in zijn ogen niet minder leuk of lief om. Ik weet zeker dat als ik hem toen eerlijk had verteld dat ik een zooitje had gemaakt van mijn administratie, hij me met alle liefde had geholpen. Maar dat deed ik dus niet. Ik repte met geen woord over de stapels achterstallige rekeningen, en ook niet over mijn geblokkeerde creditcard en de boze brieven van de bank die ik steeds vaker kreeg. Uiteraard wist Sander wel dat het bij mij geen vetpot was, maar hij dacht dat ik mijn financiën onder controle had.

Hij trakteerde altijd als we uit eten of naar de bioscoop gingen en hij was ook degene die al snel opperde om samen te gaan wonen, zodat ik geen hoge woonlasten meer zou hebben en ook eens ‘een leuk lingeriesetje voor mezelf kon kopen’. Hij moest eens weten dat ik me eigenlijk niet eens een Zeeman-slip van drie euro kon veroorloven. Samenwonen gaf een flinke injectie aan mijn financiële situatie. Met de borg van vijfhonderd euro die ik terugkreeg toen ik de huur opzegde, kon ik een deel van mijn huurachterstand inlossen. Het andere deel betaalde ik van de verkoop van mijn meubels en wasmachine op Marktplaats. Ik begon wat mijn huur betreft dus met een schone lei. Maar wat overbleef, waren de leningen bij de ING, ABN Amro, de achterstand bij Nuon en een lening bij Wehkamp. Toch nog goed voor 6500 euro restschuld. Het duurde even voordat de schuldeisers mijn nieuwe adres wisten te achterhalen, maar na verloop van tijd vielen er steeds meer brieven op de mat van Sanders huis. Gelukkig kwam de postbode altijd als Sander aan het werk was en kon ik die brieven stiekem opvangen.”

Schuldig

“Inmiddels wonen we twee jaar samen en wordt het steeds lastiger om mijn geheim verborgen te houden. Ik probeer zo veel mogelijk urgente rekeningen te betalen, maar het is dweilen met de kraan open. De aanmaningen zijn veranderd in gerechtelijke brieven van deurwaarders. Elke keer als de deurbel gaat, schiet ik in de stress. Ik durf niet zomaar open te doen en vlucht de keuken in, waar ik vanachter de lamellen stiekem de straat in kan kijken. Als ik geen bekend gezicht zie, doe ik niet open. Soms lig ik letterlijk een half uur achter de bank. Doodsbang dat de deurwaarders de wacht houden. De laatste tijd breekt het liegen me steeds meer op. Ik vind het vreselijk dat ik degene van wie ik het meest hou dagelijks voorlieg en dat door mijn schuld ons leven op pauze staat. Sander zou bijvoorbeeld dolgraag kinderen willen, maar ik zie niet hoe ik in deze ellende ook nog een kind kan grootbrengen. Natuurlijk merkt Sander dat er iets met me aan de hand is.

Ik ben stilletjes en het lukt steeds minder goed spontaan en vrolijk te zijn. ’s Nachts lig ik wakker over hoe ik ooit uit deze hel kan komen. Tegen Sander zeg ik dat ik pijn heb als hij me stil en verdrietig vindt en dat mijn chronische hernia een zwangerschap tegenhoudt. Iets wat maar deels waar is, want ik heb zelf ook een grote kinderwens en zou de pijn er graag voor over hebben. Sanders bezorgdheid is aandoenlijk en dat maakt dat ik me nog schuldiger voel. Maar als ik hem nu het hele verhaal vertel, weet ik zeker dat hij vreselijk teleurgesteld zal zijn. Ik kan het er niet bij hebben dat hij boos op me wordt of nog erger: mij het huis uitzet. Vandaar dat ik vorige maand professionele hulp heb gezocht. Ik ben naar Bureau Schuldhulpverlening gestapt en heb daar alles verteld. Het vergde veel moed om die drempel over te gaan, maar ik ben zo blij dat ik het gedaan heb. De vrouw die me te woord stond, was heel aardig. Volgens haar was het nog niet te laat en kon ze me helpen. In ieder geval gaat zij nu regelen dat alle losse schuldeisers worden gebundeld, en gaat ze kijken waar ze iets kan laten kwijtschelden of waar er misschien rentepercentages verminderd kunnen worden.”

Enorme stap

“Ook raadde ze me aan iemand in vertrouwen te nemen en hem of haar te vragen mij te helpen. De band met mijn moeder is te slecht, we spreken elkaar nog amper sinds ik uit huis ben. Dus ik heb mijn vader gebeld. Dat viel niet mee, want ook met hem heb ik alleen oppervlakkig contact. Maar alles beter dan Sander inlichten. Mijn vader was er niet blij mee, maar heeft me toegezegd dat ik tweeduizend euro van hem kan krijgen, als voorschot op de erfenis later. Daarmee kan ik in ieder geval een groot deel aflossen. Volgens de vrouw van de schuldhulpverlening heb ik hiermee een enorme stap voorwaarts gezet. Ik weet nog niet precies waar we op uit gaan komen, maar ze had het erover dat ik straks nog maar drie jaar lang een bedrag van honderd euro per maand moet gaan afbetalen en dat ik dan schuldenvrij ben. Ik kan het nog niet geloven. Het klinkt te mooi om waar te zijn. Wel heb ik moeten beloven mijn creditcard door te knippen en geen nieuwe schulden meer te maken. En ik moet er alles aan doen om mijn inkomen te verhogen. Dat is lastig in deze crisistijd en dat begreep ze ook wel, want de banen voor iemand met een chronisch rugprobleem liggen niet voor het oprapen. In ieder geval ben ik dolgelukkig dat ik Sander niet hoef in te lichten. Met een beetje geluk komt hij er nooit achter, kan ik zonder zorgen mijn pil weggooien en is dit straks een grote boze droom die weer voorbij is.”

Lees ook: Suus: ‘Ik was verblind door de liefde. Nu ben ik alles kwijt’

Meer persoonlijke verhalen lezen? Neem nu een digitaal abonnement op Vriendin.