Schermafbeelding 2025 05 07 Om 12.25.20

Psychiater Remke kreeg zelf mentale problemen

Als Remke (58) in 2021 zoals elke ochtend de gordijnen opendoet, voelt ze ineens paniek opkomen. Hoewel ze zelf psychiater is, herkent ze niet meteen de symptomen van de mentale crisis die erop volgt. “Ik wilde alleen nog maar in bed liggen, met de dekens over mijn hoofd.”

Remke: “Het was de eerste week van februari 2021. Ik stond op mijn gebruikelijk tijd op, kwart voor zes. Ik werd zoals gewoonlijk wakker vlak voordat de wekker ging. Ik heb zo mijn vaste gewoontes – ik sta op en trek de gordijnen open – en dat deed ik toen ook. Maar ik stond daar toen maar voor het raam. Roerloos, en ook besluiteloos. Er was iets anders dan anders, al had ik daar geen woorden voor. Ik wist alleen dat ik me onrustig voelde. Dat er iets verschrikkelijks op het punt stond te gebeuren, al kon ik niet bedenken wat dan. Hoe kon dit? Hoe kwam ik ineens zo angstig? Het paste zo niet bij wie ik was.”
Op die dag kreeg Remke, zelf psychiater, een mentale crisis. Al wist ze dat toen nog niet. Ze herkende haar eigen symptomen niet. “Ik wist wel dat het druk op mijn werk was. Het was volop coronacrisis, er waren veel mensen ziek bij ons in het team. Ik had veel te doen op mijn werk – ik werk als buurt-psychiater. Zoals bij iedereen in de coronacrisis zaten mijn man en kinderen thuis, die hadden daar weer spanning van. Mijn ene zoon zat vlak voor zijn eindexamen en de ander was net begonnen met studeren. Het was een drukke tijd. Bij mezelf had ik de signalen genegeerd dat ik te veel hooi op mijn vork had genomen.” Naast alles wat Remke stress gaf, had ze ook lichamelijke klachten. “Ik had sinds een aantal weken hartklachten, een paar maanden misschien wel. Hartkloppingen, pijn op de borst bij inspanning. Dat gaf me ook stress. Als dokter weet ik dat pijn op de borst bij inspanning een veeg teken is, dan moet je oppassen. Tegelijk had ik het ook een beetje genegeerd: ik leefde gezond en ik sportte, dus het zou toch wel vanzelf overgaan? Maar al die druppels in mijn emmer maakten dat die op een gegeven moment overliep.”

Angstig

Dat gebeurde op het moment dat Remke die ochtend in februari 2021 voor het raam stond. “Zelf had ik dat niet in de gaten. Ik had helemaal geen gedachten. Ik voelde alleen dat er iets verschrikkelijks ging gebeuren en dat maakte me angstig. Je zou denken: je bent psychiater, dan herken je dat toch? Maar als je er zelf in zit, heb je geen woorden voor hoe je je voelt.” Remke meldde zich ziek. Wat er aan de hand was? Dat wist ze niet goed te vertellen. Ze gooide het erop dat ze hartklachten had – wat ook zo was. Ze besloot even rustig aan te doen: morgen zien we wel verder, dacht ze. “Ik ben een optimistisch mens, haha. Maar de volgende ochtend stond ik op, deed ik de gordijnen open en had het gesneeuwd. Ik had veel angstige gedachten. Catastrofale gedachten, noemen we dat in de psychiatrie. Ik dacht: straks gaat mijn zoon weg en glijdt hij uit op de fiets, dan komt er vast een vrachtwagen langs. Ik kan er nu om lachen, maar toen was het vreselijk. Ik was zo bang. Op dat moment, toen ik voelde dat het niet beter met mij ging maar juist slechter, besefte ik dat er weleens meer aan de hand kon zijn, en dat het wat langer kon duren.”
Hoe het voelde toen ze besefte dat ze als psychiater nu zelf een mentale crisis had? “Het was het meest bizarre wat ik ooit heb meegemaakt. Ik ben op mijn negentiende een periode depressief geweest, maar zó angstig was ik nog nooit eerder geweest. Ik ging me maar in bed verschansen, want ik was overal bang voor. Ik trok de dekens over mijn hoofd heen, terwijl zich daarin van alles afspeelde: in mijn hoofd was er een gesprek gaande tussen de psychiater en de patiënt die ik nu allebei was. De psychiater vond het allemaal reuze interessant wat er gebeurde, en de patiënt in mij was compleet wanhopig. Het was niet te doen.”

Schaamte

Na een week of twee vroeg Remkes man of het niet beter was als ze naar de huisarts ging. “Hij had natuurlijk gelijk, en dat heb ik ook gedaan, nadat ik mijn schaamte had overwonnen. Dat is eigenlijk raar, dat je je schaamt voor psychische klachten. We noemen dat stigma. Want waarom zou je je voor psychische klachten schamen en voor lichamelijke klachten niet? Maar zelfs ik schaamde me. Ik was ver heen, ik zat daar te bibberen op mijn stoel. Ik dacht: straks vraagt de huisarts: ‘Maar je bent toch zelf psychiater?’ Ik heb een fantastische huisarts, maar dat is wel wat hij vroeg. Hij was verbijsterd. Ik had van tevoren bedacht wat ik daarop zou antwoorden: ‘Ja, maar een oncoloog kan toch ook kanker krijgen?’ Toen zag ik bij hem het kwartje vallen. Hij was direct om.”
Zes weken daarna meldde ze zich weer beter. “Veel te snel, maar het was zo’n spannende tijd. Ik was de enige psychiater in het team en zonder mij was het lastig werken.” In de maanden daarna zocht Remke naar de oorzaken van haar mentale crisis. “Bij zo’n crisis zijn er altijd meerdere oorzaken. Ik sprak een hoogleraar, Christel Middeldorp, die ik ook noem in het boek dat ik heb geschreven naar aanleiding van mijn mentale crisis over herstel en mentale gezondheid. Zij is ook psychiater en heeft in haar spreekkamer een kan staan waar balletjes in zitten. Mentale klachten ontstaan omdat je bijvoorbeeld aanleg hebt voor mentale klachten – en dan komt er een balletje in je kan. Vervolgens kunnen er dingen gebeuren in je leven waardoor er telkens een balletje bij komt: je groeit op in armoede, wordt misbruikt, je ouders gaan scheiden, je krijgt als volwassene een rotbaan of je hebt ruzie met je partner. Soms raakt die kan zo vol – wat mij ook overkwam – dat er maar iets hoeft te gebeuren en de hele boel loopt over.”

Moeilijke jeugd

Maar het goede nieuws is dat het ook weer de andere kant op kan gaan. Remke legt uit hoe: “Je kunt balletje voor balletje uit je kan halen, en je kunt de kan verhogen door aan je mentale gezondheid te werken. Dat is het voornaamste wat ik heb geleerd in dat jaar van herstel. Mensen denken vaak dat je van één ding klachten krijgt, maar dat is meestal niet zo. Sommige mensen maken de meest vreselijke dingen mee, maar storten niet in, terwijl bij anderen maar iets hoeft te gebeuren en ze hebben ernstige klachten. Bij mij was het voornaamste mijn moeilijke jeugd. Ik heb allerlei dingen meegemaakt, vooral verwaarlozing. Mijn ouders waren in een enorme vechtscheiding verwikkeld geraakt en hadden weinig aandacht voor mijn oudere zus en mij. Dat ging best ver. Maar ik heb altijd gedacht dat ik dat wel te boven was gekomen. Er waren mensen die veel ergere dingen hadden meegemaakt, dat van mij was niet zo belangrijk. En toch was dat voor mij een flinke bal in de kan. Daardoor sta ik op een bepaalde manier in het leven, ik heb er nog steeds last van. Ik heb bijvoorbeeld moeite om mensen in een autoriteitsrol – bijvoorbeeld een werkgever – te vertrouwen, omdat de mensen die ik vroeger had moeten vertrouwen, er niet voor mij waren. Je kunt last hebben van vroeger, dat is een soort kwetsbaarheid – een balletje in de kan. Die kun je, zoals ik net al zei, er ook weer uithalen. Je kunt het verwerken, er inzicht in krijgen en het loslaten.”

Relaties

Zelf zocht Remke naar manieren waarop ze kon herstellen. Ze nam een bosbad, medicatie, een coach en praatte met veel mensen over wat we nodig hebben om te herstellen en mentaal gezond te blijven. “Het belangrijkste wat ik anderen daarvan zou willen meegeven, komt uit het langstlopende onderzoek ooit naar wat een goed leven is. Daar komt uit dat er drie dingen zijn die het allerbelangrijkste zijn voor je lichamelijke en mentale gezondheid, en dat zijn: relaties, relaties en relaties. In mijn mentale crisis heb ik, terwijl ik nog op bed lag, een keer in een notitieblok een overzicht gemaakt van wat wij iemands netwerk noemen: een partner, gezin, familie, vriendenkring en kennissen. Ik realiseerde me dat ik jarenlang veel te hard aan het werk was geweest en te weinig aandacht had besteed aan mijn man en mijn zoons, de familie, maar ook aan mijn vrienden. Ik was er een paar kwijtgeraakt, zoals dat soms gaat met vrienden. Maar ik had ook geen nieuwe vrienden gemaakt.
Ik was altijd een gehaast figuur, had nooit tijd om een praatje te maken met de mensen uit mijn dorp, daar liep ik gewoon aan voorbij. Ik besefte dat ik dat wilde veranderen, want ik voelde me daar niet gelukkig bij en ik dacht dat anderen daar ook niet gelukkig bij zouden zijn. Ik ben daarna bewust aandacht gaan geven aan de mensen om mij heen. Ook ben ik gaan roeien bij een roeiclub, dat was geweldig. Roeien vind ik leuk, maar ik deed het ook om nieuwe mensen te leren kennen. Ik ben ook gaan zwemmen bij een zwemvereniging, waar ik ook nieuwe mensen leerde kennen. En wat ik ben gaan doen, is praten met vreemden. Ik sprak mensen aan, begroette ze, was vriendelijk en attent: ‘Ben je er weer? Ik heb jou al een tijdje niet meer gezien in het zwembad.’ Ik doe dit nu een paar jaar en het is alsof ik in een nieuw dorp woon. Het is zo gek. Ik dacht eerst dat ik in een dorp woonde met vrij afstandelijke mensen. Maar ik realiseer me nu dat ik zelf de afstandelijke was. Ik word begroet, ik begroet mensen, ik ga niet meer naar de zelfscanner in de supermarkt, maar neem de kletskassa. Het is belangrijk om contact te hebben met andere mensen. Je voelt je er goed bij, ik vind het fijn. Ik vind het leven nu zoveel leuker. Ik werk nog steeds hard – maar wel iets minder hard. Ik heb mijn prioriteiten goed op orde nu. Want ik weet dat uit onderzoek blijkt: je bent ook lichamelijk gezonder als je mensen om je heen hebt.”

Reizen

Ook haar gezin merkt dat Remke veranderd is. “Ik heb een sabbatical van drie maanden genomen waarin ik samen met mijn man heb gereisd. Dat was heel fijn. We brengen veel tijd door met onze vier zoons – we hebben er twee samen, en mijn man had er al twee – en onze familie. Binnenkort moet ik voor een congres naar Sri Lanka. Daar plak ik een week achteraan, zodat ik met mijn zoon kan surfen, of nou ja, hij gaat surfen en ik lig op het strand. Er is nu veel meer ruimte voor de mensen van wie ik hou in mijn leven. Ik heb trouwens ook nieuwe vriendinnen. Ik kwam dit jaar een leuke vrouw tegen via mijn werk. Toen heb ik haar gevraagd, zoals je vroeger op het schoolplein deed: ‘Ik zal er niet omheen draaien, ik vind jou gewoon leuk, zullen we eens kijken of we vriendinnen kunnen worden?’ Zij keek overrompeld, en ik voelde me er zelf eerlijk gezegd ook wat ongemakkelijk bij dat ik dit er zomaar had uitgefloept. Maar ze appte me later dat ze het zo ontzettend leuk vond. Waar kom je dat nog tegen, dat iemand vraagt of je vriendinnen kunt worden, appte ze. Dus ze zei ja, haha. Vriendinnen zijn zo belangrijk in het leven.”

Voor haar boek interviewde Remke onder andere psychiater Marco Boks. Ze vroeg hem hoe hij dat eigenlijk zelf deed: mentaal gezond blijven. Hij antwoordde: “Minder werken, meer bewegen, meer muziek. Vrienden opzoeken, je écht met hen verbinden. Gezond leven betekent ook niet al te individualistisch leven, vind ik. Een goed dag- en nachtritme houden, minder alcohol drinken, niet roken, sporten. Dat zijn dingen die je fysiek gezond houden natuurlijk, maar het is ook allemaal van invloed op je mentale welzijn.”

Foto’s Marloes Bosch
Visagie: Astrid Timmer

Meer Vriendin? Volg ons op Facebook en Instagram. Je kunt je ook aanmelden voor onze wekelijkse Vriendin nieuwsbrief.

LEES OOK

Lees meer Persoonlijke verhalen

Uit andere media