Kim is bewust alleenstaande moeder: ‘Ik kan dat ook prima alleen’

Van jongs af aan had Kim (38) één grote droom: kinderen. Toen ze de juiste partner niet vond, besloot ze er in haar eentje voor te gaan. “Bij mij stond de kinderwens voorop.”

Van jongs af aan had Kim (38) één grote droom: kinderen. Toen ze de juiste partner niet vond, besloot ze er in haar eentje voor te gaan. “Bij mij stond de kinderwens voorop.”

‘Moeder zonder kind’

Kim: “Ik heb me altijd een moeder zonder kind gevoeld. Het verlangen om voor een kind te zorgen, zit bij mij ingebakken. Als klein meisje was ik al druk in de weer met poppen en knuffels en ik heb altijd geweten dat ik een eigen gezin wilde. Toen ik begin twintig was en een serieuze relatie kreeg, dacht ik: nu gaat het gebeuren. Mijn vriend wilde ook wel kinderen, maar niet zo snel als ik. We waren nog jong en hij wilde eerst reizen. Op mijn 25e liep onze relatie stuk en viel mijn toekomstbeeld uiteen. Mijn zusje werd wel zwanger en kreeg een kind. Ik was heel blij voor haar en ik vond het superleuk om tante te zijn, maar het maakte mijn gemis ook extra pijnlijk. Ik verlangde zo naar een kind. Samen naar het bos, samen boodschappen doen. Die alledaagse dingen leken mij zo fijn.”

Niet eerlijk

“Ik verhuisde naar een piepklein, knus, oud vissershuisje en stortte me op mijn werk. Als juf op een basisschool werkte ik meer dan fulltime, ik was zeven dagen per week bezig met de kinderen. Af en toe had ik een date. Hoewel er leuke mannen bij waren, draaide het steeds uit op niets. Ik wilde het te graag, denk ik. Mijn zusje kreeg intussen haar tweede zoon en gaandeweg kregen ook steeds meer vriendinnen kinderen.Terwijl ik nog steeds niet de juiste man had gevonden om een gezin mee te stichten. Tijdens het daten realiseerde ik me dat het eigenlijk ook niet eerlijk was naar die mannen toe. Ik was niet zozeer in hun geïnteresseerd; ik wilde vooral weten of iemand een vader kon zijn voor mijn kinderen. Met die blik bekeek ik al mijn datingkandidaten en dat was niet oké. De basis van een relatie moet zijn dat je elkaar leuk vindt en dat je het fijn vindt om bij elkaar te zijn. Als daar vervolgens kinderen van komen, is dat mooi. Maar bij mij stond de kinderwens voorop, al zei ik dat niet met zo veel woorden.

‘Ik ging het doen’

Ik vond het zelf niet kloppen en stopte een tijd met daten. In die periode rond mijn dertigste speelde voor het eerst de gedachte op om het in mijn eentje te doen, om moeder te worden zonder partner. Een gedachte die ik niet heel serieus nam, want hoe moest dat ooit in mijn piepkleine huisje? In mijn twijfels kwam verandering toen ik op mijn 32e verjaardag vierde. Ik hou wel van gekke plannen, dus ik nodigde alle kinderen van mijn klas uit. Dertig kleuters in mijn minihuisje plus vijf ouders om te helpen. Het was een vrolijke drukte. En ineens dacht ik: als dit past, past een baby ook. Een bevriende moeder die mij hielp, zag meteen allerlei mogelijkheden met de ruimte. Terwijl ik aan het eind van de middag mijn huis opruimde, nam ik mijn besluit. Ik wilde al zo lang zo graag een kind, ik ging het gewoon doen!”

Te persoonlijk

Ik heb het als eerste aan mijn moeder verteld. We zijn altijd al hecht geweest. Zij begreep me volledig en was meteen mijn grootste supporter. Mijn zwager bouwde alvast een loungebank-bed in mijn woonkamer, zodat mijn slaapkamer vrijkwam voor de toekomstige baby. Ik zocht uit welke opties ik had om zwanger te worden. In mijn omgeving kende ik geen man die ik als zaaddonor voor mijn kind wilde vragen. Ik bezocht sites en fora waar wensouders en donoren met elkaar in contact kunnen komen. Je ontmoet de man in kwestie dan ook en je stelt met hem een contract op met afspraken over contact met het kind. Maar dat vond ik te persoonlijk en te dichtbij komen. Ik wilde wel dat mijn kind zijn donorvader vanaf zijn zestiende jaar zou kunnen opzoeken, zoals de wet tegenwoordig voorschrijft, maar zonder dat de donor daar ouderlijke rechten aan zou kunnen ontlenen. Ik was dus aangewezen op een officieel geregistreerde zaaddonor.

Spermabanken

Online bekeek ik het aanbod van verschillende spermabanken. Bij Nederlandse klinieken met een eigen zaaddonorenbestand krijg je in eerste instantie alleen informatie over de kleur ogen en haar van de donor en zijn opleidingsniveau. Later, als het kind er is, kun je dan een ‘donorpaspoort’ opvragen dat door de man zelf is ingevuld. Maar je weet niet hoeveel extra informatie daarin staat. Sommige mannen beschrijven zichzelf uitgebreid, anderen summier. Uiteindelijk koos ik voor een zaaddonor uit Denemarken, want op de Deense website stond al veel informatie van deze man. Zijn hobby’s, hoe hij is opgegroeid, wat hij voor werk doet. Dat vond ik niet alleen voor mezelf belangrijk, maar vooral voor mijn kind, die later vast en zeker benieuwd zal zijn naar zijn herkomst. Ik zag babyfoto’s van de donor, ik las over zijn gezin met drie dochters en hoorde zelfs zijn stem in een geluidsopname. ‘If you exist because of me, then I’m happy you’re alive’, zei hij in zijn motivatie als donor. Dat gaf voor mij de doorslag. Ik bestelde een voorraad van tien ‘rietjes’ met ingevroren sperma en meldde me bij een vruchtbaarheidskliniek in Friesland.”

Tweede streepje

“In april ging het traject van kunstmatige inseminatie van start. Omdat mijn moeder en zusje allebei snel zwanger waren, verwachtte ik dat ook te zijn. Maar het was pas bij de zevende poging raak. Eindelijk verscheen er een tweede streepje in de zwangerschapstest. Ik was uitgerekend op 3 juli 2015, exact twee jaar na mijn besluit om solomoeder te worden. Op 9 juli werd Rowan geboren. Zodra hij in mijn armen lag, voelde ik me compleet. Eigenlijk al toen hij nog in mijn buik zat. Nu ben ik mezelf, dacht ik.

‘Nooit spijt’

Het moederschap bevalt me goed. Ik heb nooit spijt gehad. Het is eigenlijk precies zoals ik het had verwacht. Heus niet altijd rozengeur en maneschijn, want natuurlijk is het pittig als je kind soms een periode niet wil eten of slapen, of dagenlang ziek op de bank ligt. Maar die ‘problemen’ had ik van tevoren al ingecalculeerd. Ik heb het geluk dat Rowan een lief en makkelijk kind is. En mijn moeder is er altijd als ik haar nodig heb. Zonder haar hulp was het een stuk zwaarder geweest. Ik ben blij dat ik een familienetwerk heb om op terug te vallen en om mijn geluk mee te delen. Rowans eerste tandje, eerste woordje, eerste stapje: mijn moeder was erbij. Anders lijkt het me wel eenzaam, in je eentje met een kind.
Het geluk van het moeder-zijn zit voor mij niet in grote gebeurtenissen of verre vakanties, maar in de alledaagse dingen. Onze gesprekjes vind ik het leukst. Als Rowan iets liefs zegt waardoor ik smelt, maar ook als hij boos is. Ik vind het gewoon zo mooi, dat kleine mensje dat uit mij is voortgekomen. Zijn karakter lijkt op het mijne, ik vind het leuk om dingen van mezelf te herkennen in hem.”

Dezelfde donorvader

”Het moederschap bevalt me zelfs zo goed dat ik de stap naar een tweede kind heb gezet. Die wens was er vanaf Rowans geboorte, maar dan moest ik toch echt op zoek naar een groter huis. Dat hebben we nu, dus mijn dochter is welkom. Ik ben zwanger van dezelfde donorvader, Rowan krijgt een vol zusje. Ik vind het fijn voor Rowan dat hij straks een zus heeft met dezelfde achtergrond als hij.

Ik mis geen partner voor mezelf en ook niet als vader voor mijn kind. Ik heb geen behoefte aan een man om me heen. Niet dat ik me ervoor afsluit, maar het speelt momenteel gewoon niet. Vanaf mijn besluit om solomoeder te worden, is dit mijn situatie geweest en die bevalt me uitstekend. Rowan is mijn kind en ik neem alle beslissingen over hem. Ik hoef met niemand in discussie te gaan. Als ik wil, kan ik lastige situaties met familie of vrienden bespreken. Ik ben ook aangesloten bij een groep van solomoeders, met wie ik vooral online veel contact heb. De herkenning over en weer is fijn en waardevol. Wij overleggen met elkaar wat andere moeders misschien met hun partner bespreken, bijvoorbeeld als een kind problemen heeft op school. Het scheelt bij mij wel enorm dat mijn ouders me steunen. Zij stonden vanaf het begin voor me klaar. De drie dagen dat ik werk, zorgt mijn moeder voor Rowan. Ik heb ook met mijn ouders vastgelegd dat zij beslissen over de voogdij, mocht ik voortijdig komen te overlijden.”

Wortels

“Sommige mensen vinden het een egoïstische keuze om moeder te worden in je eentje. Maar kiezen voor een kind dient toch altijd in de eerste plaats je eigen belang? Je begint niet aan een kind omdat je iemand zo graag het leven gunt, maar omdat jij graag een kind wilt in je leven. Een kind is wel een mens, een persoon van zichzelf, dat realiseer ik mij terdege. Mijn zoon en straks ook dochter hebben er niet voor gekozen om op te groeien zonder vader. Het is mijn verantwoordelijkheid om binnen dat gegeven de omstandigheden voor hen zo gunstig mogelijk te maken. Daarom koos ik voor een donor met wie ze later contact kunnen opnemen. Mijn kinderen weten later wel waar hun wortels liggen. Dat is belangrijk, want uit onderzoek blijkt dat de meeste mensen grote behoefte hebben om te weten waar ze vandaan komen. Om zijn half-Deense afkomst te erkennen, heb ik Rowan een Deense tweede naam gegeven, Emil. Ook mijn dochter krijgt een Deense tweede naam.

Geen vader

Aan Rowan heb ik eerlijk verteld hoe het zit. Dat hij geen vader heeft die voor hem zorgt, maar een donor die zaadjes heeft gegeven. Tot nu toe vindt Rowan het prima. Hij is gelukkig met zijn leven en dankzij mijn vader, zwager en neefjes heeft hij genoeg mannelijke rolmodellen om zich heen. Uit onderzoek blijkt bovendien dat jongens die zonder vader opgroeien zelf wel mannelijke rolmodellen zoals een schoolmeester of sportcoach opzoeken, als ze daar behoefte aan hebben. Ik ben ervan overtuigd dat dat wel goedkomt.
Ik ben heel gelukkig met mijn geweldige kind en ik voel niet de behoefte hem aan de donor te laten zien. Die keuze laat ik aan mijn kinderen. Wel zou ik de donor willen bedanken dat dankzij hem mijn moederwens in vervulling is gegaan. Dat moment komt wellicht ooit, als mijn kinderen contact met hem zoeken.”