
- Home
- Persoonlijke verhalen
- Eveline
- Eveline: ‘Ik huilde in stilte. Wat als ik niet beter word?’
Eveline: ‘Ik huilde in stilte. Wat als ik niet beter word?’
Tekst: Eveline Karman
22 juli 2025
Eveline (52) en haar partner Emiel raken op vakantie betoverd door een veel te vervallen villa. Na lang twijfelen besluiten ze dat hun toekomst in Frankrijk ligt. Dat betekent wel dat er enorm veel op ze afkomt.
In Vriendin deelt ze elke week hoe het ervoor staat met hun paleisje.
Mijn benen. Ik was er nooit trots op. Vond ze te stevig. Hoe ik ook lijnde of sportte, ze werden nooit waarvan ik droomde. Voor mij geen witte broeken of minirokjes. Bij mijn eerste bijbaantje, ik was serveerster, grapte een gast over ‘mijn onderstel’. Mijn eerste schoonmoeder lispelde na het voorstellen tegen mijn vriendje (op het moment dat ze dacht dat ik haar niet hoorde) dat ik ‘worstbenen’ had. Ik incasseerde alles braaf. Want dat ik er niet trots op was, betekende niet dat ik er niet blij mee was!
Ik hield van mij. Nog steeds. Mijn benen brachten me overal. Ik kon ermee dansen, werken. Ik heb heel wat van de wereld gezien. Dat juist die benen nu dienst weigeren, is moeilijk.
Bezig met zoeken
Het begon met knieproblemen die nog steeds op de achtergrond sluimeren. Daarna kwamen de tikjes, het continue, urenlange gevoel dat beide benen ‘slapen’. Ook ’s nachts. Er kwam het verlies van spierkracht, waardoor ik niet meer kon opstaan zonder hulp. Tenslotte weigerden mijn voeten. Het voelt alsof ik op glas loop.
Trouwe lezers weten dat ik nu twee jaar bezig ben met zoeken. Ik loop op astronautenlaarzen met speciale zolen en steunkousen.
Neuroloog
Alles is getest. Ik heb bloedonderzoeken gehad, Dopplers, reuma, artrose, elektroden, hart- en Lyme-metingen en IRM-scans in bonkende machines. Er zijn nog maar een paar opties over. Polyneuropathie (daarmee heb ik levenslang en werkt enkel pijnbestrijding) of een spierziekte. Ik loop als een flubberbeest.
En daar was de neuroloog: ‘We gaan hersenvocht bij je aftappen en bestuderen. Hopelijk is de techniek zover dat we jouw puzzel kunnen oplossen.’ Ik grimaste. Want ik heb met mijn lengte en gewicht dan wel 6,5 liter bloed, maar slechts 150 centiliter hersenvocht.
Veel keuze had ik niet. En dus bracht Emiel me naar het ziekenhuis in Limoges en meldde ik me. In mijn hand mijn tasje met een pyjama, tandenborstel en een boek. Ik was nerveus.
Toekomst
Ik kreeg een privékamer en lieve verpleegkundigen. Werd bemoedigd toen ik nieuwe bloedtests kreeg en mijn hartslag, bloeddruk en zuurstof werden gemeten. Toen de neuroloog de canule in me schoof, werd ik in positie gehouden door twee lieverds. Daarna lag ik uren plat en kreeg mijn allereerste ziekenhuismaaltijd. Ik miste Emiel. En hij miste mij. En in het duister van de nacht, met af en toe wat bliepjes en piepjes, dacht ik na over de toekomst.
Over Villa Verte. Over de trappen naar de entree. De trappen naar de gastenkamers. De waskelder. De tuin vol hobbels. Ik piekerde over de toekomst en zag in gedachten onze terugkerende, ultralieve gasten. Hun gezichten. Ik hoorde hun woorden van troost en de vele schaterlachen als Emiel en ik weer eens gekkigheid uithaalden. Ik zag nieuwe gezichten uit de afgelopen maanden. Vreemden, die in mijn huis sliepen. Douchten. Vreeën en ruzieden. Die in de tuin lazen. Mij hun levensverhalen vertelden tijdens het avondeten. En ik huilde in stilte. Wat als ik niet beter word?
Meer lezen van Eveline? Je leest haar columns elke week in Vriendin. Volg haar ook op Instagram @villaverte87.
Uit andere media
Meer van Eveline