Canva1 2021 11 29t161158.773

Aletta: ‘Ze fietste 1200 kilometer om haar gewonde vader naar huis te brengen’

Vanuit de Indiase hoofdstad New Delhi werkt Aletta André (37) als correspondent voor de NOS, Het Financieele Dagblad en Trouw. Dit jaar schreef ze haar eerste jeugdroman. Het waargebeurde verhaal over een meisje dat tijdens de lockdown met haar gewonde vader achterop 1200 kilometer door India fietste om thuis te komen.

In Nederland slaan de wind en regen tegen de ramen, in New Delhi is het 31 graden. Het is er half één ’s middags, drieënhalf uur later dan bij ons. In een mouwloos shirtje zit Aletta André klaar om te videobellen. Op de achtergrond het getoeter en de luide stemmen op straat. Precies wat wij ons voorstellen bij het beruchte verkeer in de miljoenenstad. Maar Aletta praat onverstoorbaar. Ze woont in New Delhi, met haar Indiase man en twee jonge kinderen. Voor haar is dit al dertien jaar dagelijkse kost.
Iedereen die naar het 8 uur-journaal kijkt of ’s morgens naar het Radio 1-journaal luistert, kent haar gezicht of stem. Sinds 2017 brengt Aletta ons via de NOS op de hoogte van het belangrijkste nieuws uit Zuid-Azië. Vanaf het dakterras van haar cameraman doet ze verslag, de lichtjes van de stad en een treinstation op de achtergrond.
‘Correspondent worden in India’ is geen doorsnee-meisjesdroom en dat was het voor Aletta aanvankelijk ook niet. “Als kind scheef ik schriften vol verhalen. Ik hield reisdagboeken bij en beschreef daarin wat ik om me heen zag, wat ik dacht en hoe ik met mijn zus en vrienden praatte. Later, tijdens mijn studie geschiedenis, groeide mijn interesse in de journalistiek. Ik hield van schrijven en het leek me mooi om de persoonlijke verhalen van mensen te vertellen in de context van het nieuws.”

Armoede én rijkdom

Eerst was Aletta vanuit haar standplaats India alleen schrijvend journalist voor Het Financieele Dagblad, Trouw, het ANP, de Wereldomroep en buitenlandse media. Sinds vier jaar werkt ze ook voor radio en tv. “India kwam bij toeval op mijn pad. Zoals veel mensen wist ik niet veel over het land. Ik kende alleen het stereotype beeld: slangenbezweerders, spiritualiteit, armoede, open riolen, luchtvervuiling, koeien. Dat veranderde toen ik in een hostel in Wales een Indiase journalist ontmoette. Hij bood aan een stage voor me te regelen bij de Engelstalige krant The Hindu in Chennai, Zuid-India. Toen begon het te kriebelen. Hoewel het eigenlijk mijn plan was om in Zuid-Afrika stage te gaan lopen, besloot ik toch voor India te kiezen. Tijdens de stage bij The Hindu realiseerde ik me dat er nauwelijks Nederlandse journalisten actief zijn en dat het dus een mooie kans was om me daar te vestigen. De eerste tijd wist ik echt niets van het land. Ik sprak nog geen Hindi, kon de weg niet vinden, wist niet wat ik moest eten. Langzamerhand deed ik ervaring op en leerde ik India steeds beter kennen.
Wat mij fascineert zijn de contrasten in het land. Zo is de politiek in Noord-India heel anders dan in het zuiden. Naast de armoede waar India om bekend staat, is er ook veel rijkdom. Het is een land in verandering. India groeit economisch hard, is een opkomende wereldeconomie en is in hoog tempo aan het moderniseren. Het land doet veel aan armoedebestrijding, mensen klimmen op en komen daardoor in midden- en hogere inkomensgroepen terecht. De veiligheid is er ook veel groter dan mensen denken. Aan het cliché van een vies, arm land voldoet India niet meer. Ik vind het mooi om ook dat andere, positievere beeld te laten zien.”

Risico’s

Aletta maakt reportages over de meest uiteenlopende onderwerpen: van corona, kastes, verkrachting en klimaatdoelen in India tot de kledingindustrie in Bangladesh, vrouwenprotesten in Nepal en grensconflicten in Pakistan. Tijdens de val van Kabul in Afghanistan was ze veelvuldig te zien bij het NOS-journaal en dagelijks te horen op het NOS Radio 1-journaal. “Dat was een heel drukke periode. Vanwege het risico op gevechten en het risico er vast te komen te zitten, besloot ik niet naar Afghanistan te gaan. Toen Kabul eenmaal gevallen was, was dat niet eens meer mogelijk. Ik deed daarom verslag vanuit Delhi. Dat betekende veel bellen, zoomen en skypen met mensen in Afghanistan. Soms met beeld, maar vaak alleen met audio, omdat ze om veiligheidsredenen niet in beeld wilden. Het ging door van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat. Ik was thuis in pyjama aan het werk. ’s Avonds moest ik me dan gauw representatief maken voor het NOS-journaal dat om acht uur – half twaalf Indiase tijd – zou beginnen. Tussen zes en acht uur lukte het me nog even om mijn zoontje in slaap te zingen.”  

Gewonde vader

Aletta werkt als freelance journalist thuis, maar gaat er regelmatig op uit voor interviews en reportages. Vaak zoekt ze naar het persoonlijke verhaal om het nieuws te duiden of een gezicht te geven. Zo was ze geraakt door een belevenis die het wereldnieuws haalde, van de vijftienjarige Jyoti Kumari. Tijdens de Indiase lockdown in mei 2020 fietste dit tengere meisje 1200 kilometer met haar gewonde vader achterop. Tien dagen lang, in de verzengende hitte dwars door het noorden van India naar hun huis in het dorp Sirhulli in de oostelijke deelstaat Bihar. Haar vader werkte als tuktukchauffeur in New Delhi om zijn gezin te kunnen onderhouden, maar verloor – zoals veel arbeidsmigranten – zijn baan. Bovendien raakte hij gewond aan zijn been. Omdat er in New Delhi geen werk meer was, ze daardoor de huur niet meer konden betalen en er door de lockdown geen bussen en treinen meer reden, besloten vader en dochter van hun laatste spaargeld een tweedehands fiets te kopen.
Toen bekend werd wat Jyoti Kumari had gedaan, stond dit al gauw in alle Indiase kranten, waarna ook internationale media het overnamen. ‘Een heldhaftig meisje, dat een inspiratie is voor de hele natie’ schreef de New York Times. Aletta: “Er zijn in India wel meer mensen geweest die duizend kilometer naar huis liepen of fietsten, maar een jong meisje met haar vader achterop is toch wat anders.”

Onafhankelijker

Een paar maanden later zocht Aletta Jyoti op voor een verhaal in het dagblad Trouw. Het interview maakte deel uit van een serie waarin correspondenten terugblikken op een bijzonder jaar. “Ik ontmoette Jyoti in haar geboortedorp, met haar ouders, twee jongere broertjes en een zusje. Het dorp ligt aan een modderige weg en is exemplarisch voor veel andere dorpen in India. Normaal gesproken zijn alle mannen er weg. Maar vanwege corona waren ze toen vrijwel allemaal thuis.” Jyoti sprak nauwelijks Engels. “Haar lokale taal is Maithili, maar ze kon ook een beetje Hindi. Dat is de verbindende taal, die bijvoorbeeld ook in Bollywoodfilms gesproken wordt. Die beheersten we allebei ongeveer even goed om ons verstaanbaar te maken.
Tijdens onze ontmoeting was ze best verlegen, maar ook enthousiast. Door de telefoon riep ze meteen: ‘Come anytime!’ Later zei ze: ‘Voorheen had ik nooit met iemand als jij durven spreken.’ Het verblijf in de stad en de interviews met de media hebben haar onafhankelijker en wat minder verlegen gemaakt.”
De fietstocht heeft Jyoti’s leven veranderd, constateert Aletta. Op het kleine huis waar Jyoti woont is een tweede verdieping gebouwd. Doordat haar fietstocht wereldwijd bekend werd, kreeg de familie van meerdere lokale politici geld om het huis te verbeteren. En niet alleen financieel kreeg het gezin van alle kanten steun, ook op persoonlijk vlak gaf de barre rit Jyoti’s bestaan een andere richting. “De bedoeling was dat ze zou worden uitgehuwelijkt en zou gaan zorgen voor haar schoonfamilie. Hoewel dat gebruikelijk is in arme gezinnen in India, ging het vanwege de media-aandacht niet door. Jyoti gaat nu weer naar de middelbare school. Ze is inmiddels zeventien jaar en moet nog twee klassen doorlopen.”

Kindhuwelijken

Aletta liet het niet bij een interview; ze schreef ook de jeugdroman Het meisje dat door India fietste, over het bijzondere avontuur van Jyoti. “Thille Dop van Uitgeverij Luitingh-Sijthoff benaderde mij met het voorstel een boek over haar te schrijven. Daar zag ik meteen wat in. Het verhaal van Jyoti leent zich er goed voor. Als ik ooit een boek zou schrijven, moest het een jeugdroman worden en niet bijvoorbeeld mijn correspondentenmemoires. Een jeugdroman is altijd al een droom van mij geweest.”
Voor haar roman sprak Aletta meerdere keren met Jyoti. “Ze heeft mij tot in de kleinste details verteld over de fietstocht. Het grootste deel van het boek is werkelijkheid, maar er zit ook een stuk fictie in geïnspireerd op feiten en interviews die ik met andere mensen heb gehad.
Ik wil in het boek niet alleen Jyoti’s verhaal vertellen, maar ook meer van India laten zien. En dan vooral de andere, optimistische kant, die niet iedereen kent. Er is nog steeds veel armoede in het land, maar er zijn ook meer kansen gekomen. Binnen het kastensysteem zie je tegenwoordig meer assertiviteit. Er zijn lagere kasten die hun lot niet zomaar accepteren en durven op te staan. Ook de positie van meisjes en kindhuwelijken stel ik aan de orde. Jyoti kan dankzij haar fietstocht weer naar school, maar vanzelfsprekend is dat in arme dorpen nog steeds niet.”

Dromen waarmaken

Aletta heeft nog regelmatig contact met Jyoti. “Haar vader is in mei overleden, wat heel triest is. Hij was zo blij met zijn eerste kleinkind. En hij hoopte een overheidsbaan te krijgen, zodat hij niet meer naar de stad hoefde te reizen. Dat is er niet meer van gekomen. Zo’n situatie waarin de kostwinnaar wegvalt, heeft impact op het hele gezin. Voorheen zou Jyoti van school zijn gegaan om te werken. Dat heeft ze niet gedaan. Ze werkt wel naast haar school om geld bij te verdienen voor het gezin. Met het boek zal ze ook nog wat verdienen. Binnenkort ga ik haar het boek brengen. Ze kan het uiteraard niet lezen, maar wel de foto’s bekijken. En misschien wordt het nog eens in het Hindi vertaald. Ik hoop voor haar dat ze haar school afmaakt en misschien zelfs kan gaan studeren, zodat ze iets kan opbouwen en haar dromen kan waarmaken.”

Het meisje dat door India fietste door Aletta André 16,99 Uitgeverij Luitingh-Sijthoff

Tekst: Marloes de Moor