praten

Praat iemand (veel) te veel? Zó grijp je in

Sommige mensen zijn altijd en overal veel aan het woord. Soms kan dit storend zijn. Dít zou je eraan kunnen doen

Praten

Iedereen kent wel iemand die graag praat en vaak de leiding neemt in een gesprek. Soms kan dit gedrag voortkomen uit een persoonlijke eigenschap, maar soms is het ook situatiegebonden. Er zijn een aantal strategieën die ervoor zorgen dat het gesprek wat evenrediger verloopt en je het betoog van de ander dus een beetje kan afremmen. Stel je voor dat een collega vertelt over haar reis naar Afrika. De collega die zo veel praat, zal waarschijnlijk dit onderwerp naar zichzelf trekken en vertellen over haar eigen reis naar Afrika (of een andere reis). Laat deze persoon even kort vertellen en stel dan opnieuw een vraag aan de collega die het verhaal startte.

Lees ook: Bewezen: af en toe wat humeurig zijn, is eigenlijk heel goed voor je

Strategie

Je kent de situatie vast wel: die ene persoon praat weer te veel en je kunt het gewoon echt niet meer opbrengen om aandachtig te luisteren. Misschien pak je zelfs even je telefoon en/of kijk je wat om je heen. Je zou denken dat de andere persoon zou stoppen met praten omdat hij/zij observeert dat je niet meer luistert. Vaak bereik je met deze strategie juist het tegenovergestelde: de verteller zal nog meer of uitgebreider vertellen om zo je aandacht weer te vangen. In dit geval, zou je beter de ander kunnen laten uitpraten, zelf niets tot weinig zeggen en je gezichtsuitdrukking neutraal houden. De kans is dan groter dat de andere persoon eerder zal stoppen met praten.

Direct

Als je het gevoel hebt dat deze tactiek ook niets oplevert, dan kan je het beste direct zijn. Hiermee bedoelen we niet onbeleefd, maar je vertelt dan hoe jij jullie gesprekken ervaart en dat je het fijn zou vinden als het anders zou kunnen. Je wil de andere persoon niet een rot gevoel bezorgen, maar je wil juist de balans tussen vertellen en luisteren herstellen.

Lees ook: Bewezen: het is heel goed om vaak in de spiegel te kijken

Foto: GettyImages
Bron: Psychologytoday