Hoe je jouw kledingstijl makkelijk aanpast aan de seizoenen

Tekst: Mirthe Diemel

22 augustus 2025

Je hebt je eigen kledingstijl gevonden en weet wat je mooi staat. Maar elk seizoen vraagt om andere kleding door het veranderende weer en de bijpassende sfeer. Moet je dan alles in je kast omgooien? Gelukkig niet! Je stijl blijft hetzelfde, je past ‘m alleen slim aan het seizoen aan. Zo blijf je het hele jaar door goed gekleed, zonder gedoe.

Blijf bij je kledingstijl, maar kies andere stoffen

Of je nu graag jeans en blouses draagt, of juist jurkjes en laarzen, je kledingstijl hoeft niet te veranderen als het kouder of warmer wordt. Het verschil zit vooral in de materialen. In de zomer draag je luchtige stoffen zoals linnen, katoen of dunne jersey. Die zorgen ervoor dat je niet te warm krijgt. In de winter kies je voor warme stoffen zoals wol, fluweel, corduroy of dikkere breisels. Zo hou je je favoriete looks het hele jaar door, maar dan altijd passend bij het weer.

Ook het combineren van materialen kan leuk zijn: een wollen trui op een katoenen broek of een linnen blouse onder een wollen jas. Dat maakt je outfit afwisselend, zonder dat je je kledingstijl hoeft te veranderen.

Werk met laagjes

Laagjes zijn de beste manier om je kledingstijl aan te passen aan wisselende temperaturen. In de zomer draag je bijvoorbeeld een ‘los’ jurkje. Zodra het iets frisser wordt, kun je er een vestje of een blazer overheen doen en eventueel een panty dragen. In de winter doe je daar weer een dikke trui, een warme jas en een sjaal overheen. Zo kun je dezelfde ‘basisitems’ het hele jaar door dragen, door ze telkens anders te combineren.

Pas kleuren subtiel aan

Je hoeft niet ineens heel andere kleuren te dragen als het seizoen verandert. Kies kleuren die bij jou passen en waar jij je prettig in voelt. Toch kun je met seizoenskleuren je look een frisse twist geven. Denk aan lichte, zachte tinten zoals beige, lichtroze of pastelkleuren in het voorjaar en de zomer. In de herfst en winter passen juist warme, diepe kleuren zoals bordeaux, olijfgroen en camel goed.

Accessoires maken het verschil

Accessoires zijn de sleutel tot een seizoensgebonden look. In de winter zijn dat dikke sjaals, warme mutsen, leren handschoenen en stevige laarzen. In de lente en zomer kies je voor lichte sjaaltjes, zonnehoedjes, luchtige tassen en sandalen. Het fijne aan die accessoires: je verandert je outfit zónder dat je je hele garderobe hoeft aan te passen.

Investeer in goede overgangskleding

Sommige kledingstukken zijn perfect voor de overgangsperiodes tussen warm en koud. Denk aan een trenchcoat, een blazer, een lichte coltrui of een midi-jurk met lange mouwen. Zulke items zijn makkelijk te combineren. Goed om hier dus in te investeren, want ze maken jouw garderobe lekker ‘flexibel’ – je kunt ze bijna het hele jaar door dragen!

Beeld: Getty Images