makelaar mandy

Makelaar Mandy: ‘Ze kijkt me aan. Te lang’

Mandy (32) is single en werkt als makelaar in een kantoor in een middelgrote stad. Tijn, haar biseksuele minnaar, heeft hun relatie on hold gezet. Mandy is er kapot van. En waarom krijgt ze ineens grijze enveloppen met anonieme krantenknipsels?

Volg elke doordeweekse dag haar avonturen op Vriendin.nl.

Dinsdag 26 augustus

Ik staar al vijf minuten naar hetzelfde stukje tekst. Ruime jaren-dertigwoning met diepe achtertuin. Mijn vingers zweven boven het toetsenbord, maar ik tik niets.
Wie stuurt die enveloppen? Waarom nu? Waarom ik? Wat nou mijn baan opzeggen? Hoe kan ik dat nu doen? Wat gaat er anders gebeuren? En waarom zwijgt Tijn al zes dagen?

Sinds ons gesprek vorige week — dat warrige afscheid met zijn twijfels en zijn stilte daarna — heb ik niets meer gehoord. Geen app. Geen emoji. Het voelt als een breuk zonder woorden. Misschien is dat wel het ergste: de stilte van dingen die ooit vanzelfsprekend waren, hoe kort ook. Het was zo intens.

Maureen

Maureen komt langs mijn bureau. Ze kijkt me aan. Te lang. Haar blik glijdt over mijn gezicht alsof ze zich iets voelt. Alsof ze wil zeggen dat ze me mist. Of me mooi vindt. Of gewoon iets té echts. Haar mond opent zich een fractie. Haar ogen zijn zacht, op het breekbare af. Ze hapert.
Maar dan recht ze haar rug. Knippert snel. Sluit haar gezicht als een dossiermap.
‘Kun je vandaag wel je werk afmaken, Mandy?’
Ze klinkt ijskoud.
Ik knik alleen. Geen zin in spelletjes.
Om vijf uur log ik uit. Mijn hoofd is een warboel. Judith zwijgt. Tijn zwijgt. Maureen snauwt.

‘Stelletje pubermeisjes’

Thuis gooi ik mijn schoenen in de hoek en bel Saskia. Ze zit in een hotelkamer in Keulen, voor werk. Een glaasje wijn al in de hand. Haar leesbril op.
‘Tom is een klootzak,’ zegt ze zonder groet.
‘Dat dacht ik al.’
‘Hij appte of ik hem miste. Serieus. Alsof het hele universum om die vent draait.’
Ik lach wrang. ‘We zijn weer net een stelletje pubermeisjes.’
‘Maar nu met betere wijn dan toen. Heb je tijd?’
Ik sta op en pak een fles uit de koelkast en schenk een glas in. We drinken voor het scherm. Haar kamer heeft een foeilelijk gordijn met überhippe geelgroene designbloemen. Mijn achtergrond is de keukendeur.
We praten. Vloeken. Zwijgen. Drinken.
Ik vertel haar niks over de enveloppen. Dat blijft van mij.
Nog een slok. We giechelen. En nog een slok.

Tegen het einde zitten we te wiegen op een Duits schlagerliedje dat vanuit haar computer in mijn keuken klinkt. Mädchen wie du of iets dergelijks.
Ik laat mijn hoofd achterovervallen van het lachen. De fles is leger dan ik dacht.
‘Ik hou van je,’ zegt Saskia ineens, serieus.
‘Ik ook van jou,’ zeg ik. En ik meen het.

Lichter

Als we ophangen voel ik me lichter. Alles is nog steeds zoals het was: Judith zwijgt. Tijn zwijgt. En iemand stuurt me dreigpost in grijze enveloppen. Maar ik voel me lichter omdat ik niet de enige ben die met rotzooi worstelt.
Ik strompel naar bed, wijnwarm. Gooi mijn kleren op de grond. Kruip onder de lakens. Het is donker. Stil.

Mijn huid tintelt. Ik streel mijn eigen heup. Mijn buik. De binnenkant van mijn dij. Mijn hand vindt zijn weg alsof hij al weet wat ik nodig heb.
Mijn adem versnelt. Ik laat mijn hoofd in het kussen vallen. Mijn hoofd bonkt nog na van het drinken, maar dat maakt het zachter. Losser.
Ik bijt op mijn lip. Beweeg. Draai mijn heupen tegen mijn hand. Sluit mijn ogen. En geef me over aan mezelf. Aan wat ík wil. Aan wat nog wél van mij is. Mijn hoofd zegt niks. Maar mijn lichaam fluistert: Dit ben ik nog niet kwijt.

Meer Vriendin? Volg ons op Facebook en Instagram. Je kunt je ook aanmelden voor onze wekelijkse Vriendin nieuwsbrief.

Uit andere media


Meer van Redactie