Placeholder

Yvonne vangt ernstig verwaarloosde paarden op: ‘Elk paard dat ik kan redden, is er één’

Yvonne (57) koopt verwaarloosde paarden, verzorgt ze zodat ze zich weer happy voelen en zoekt dan een nieuw, lief baasje voor ze. “Die beestjes kunnen zichzelf niet redden, nou, dan doe ik dat.”

Yvonne (57) koopt verwaarloosde paarden, verzorgt ze zodat ze zich weer happy voelen en zoekt dan een nieuw, lief baasje voor ze. “Die beestjes kunnen zichzelf niet redden, nou, dan doe ik dat.”

Yvonne: “Ken je de uitspraak: ‘Saving just one horse will not change the world. But surely it will change the world for that one horse’? Zo sta ik erin. Ik kan ze niet allemaal redden, maar elk verwaarloosd paard dat ik red, is er één.”

Yvonne is oprichter van ponyopvang Second Chance. Hier worden sinds 1993 verwaarloosde paarden liefdevol opgevangen én opgelapt. “Ik had een pony, Jason, en was op zoek naar een vriendje voor hem. Via Marktplaats kwam ik in contact met iemand die niet één maar twee kleine pony’s te koop aanbood. Ik schrok enorm toen ik de beestjes zag: ze waren mager, hun manen en vacht zaten vol klitten en ze hadden moeite met hooi eten, wat duidt op tandproblemen. Voor het eerst realiseerde ik me dat er paarden zijn die het níét goed hebben, die niet krijgen wat ze nodig hebben.”

Beter leven
Yvonne kocht allebei de pony’s en zorgde ervoor dat ze weer helemaal opknapten. En zo ontstond het idee een opvang voor verwaarloosde paarden te beginnen. “Ik dacht: als ik er meer kan redden, dan wil ik dat graag. Ook paarden verdienen een goed leven.” Yvonnes plan werd concreet: verwaarloosde paarden opkopen, zorgen dat ze aansterken en dan een nieuw thuis voor ze zoeken. Ze huurde een weiland vlak bij haar huis en speurde internet af op zoek naar foto’s van verwaarloosde paarden die te koop aangeboden werden. “Hoe ik op een foto kan zien dat een paard verwaarloosd is? Aan doffe ogen, misvormde hoeven en een vacht vol klitten bijvoorbeeld.”

Schaamte
Ook plaatste ze advertenties waarin ze mensen opriep een verwaarloosd paard bij haar te brengen. Maar daar kwamen geen reacties op. “Veel eigenaren van verwaarloosde paarden schamen zich. In de advertentie had ik daarom expliciet vermeld dat ik niemand veroordeel. Dat doe ik ook niet. Er zijn namelijk maar weinig mensen die hun paard bewust verwaarlozen. Meestal gaat het om onmacht of onkunde. Soms heeft iemand het geld niet meer om goed voor het paard te kunnen zorgen. Of iemand heeft gewoon niet genoeg verstand van paarden. Ik stel een eigenaar nooit vragen, ik vraag niet om een verklaring. Het gaat mij erom dat het paard een beter leven krijgt. Het enige wat ik van de eigenaar wil weten, is wat het paard kost.”

De meeste verwaarloosde paarden koopt Yvonne van de eigenaar, soms mag ze een paard gratis meenemen

Bezeten van paarden
Yvonnes liefde voor paarden zat er al vroeg in. “Op mijn vierde maakte ik voor het eerst van mijn leven een ritje op een paard. Ik vond het geweldig! Vanaf dat moment was ik bezeten van paarden.” Op haar zestiende kocht Yvonne van haar eerste zelfverdiende geld haar eigen pony: Sunny Boy. “Dólgelukkig was ik met hem.” Toen ze te groot en te zwaar voor hem werd, ruilde ze hem met pijn in haar hart in voor een grotere pony, Dennis, waar ze al snel even verknocht aan raakte als aan Sunny Boy destijds.

Tot haar 21ste draaide haar leven om paarden. “Maar toen kreeg ik een vriend en moest ik kiezen; een paard kost immers veel tijd. Ik besloot Dennis te verkopen. Daar heb ik het nog lang moeilijk mee gehad. Ik kwam onder de uitslag te zitten, was er letterlijk en figuurlijk ziek van.” Ze ging samenwonen en kreeg vier kinderen. Haar relatie hield geen stand. Met paarden hield ze zich al jaren niet meer bezig, er waren andere dingen die haar aandacht en tijd opeisten. “Tót ik van mijn nieuwe partner voor mijn 35ste verjaardag een pony kreeg: Jason. Voor hem ging ik destijds dus op zoek naar een vriendje en kwam ik op het idee om een opvang te beginnen.”

Dumpers
Via internet en via via vond en kocht Yvonne de eerste schrijnende gevallen. “Maar al vrij snel had ik ook de nodige ‘dumpers’: geen verwaarloosde paarden, maar paarden waar de eigenaars vanaf moesten. Bijvoorbeeld omdat ze er het geld niet meer voor hadden of omdat ze er geen stal of weiland meer voor konden huren. Toen ik acht gedumpte paarden had, dacht ik ineens: ho wacht, dit is mijn bedoeling helemaal niet! Ik besloot om alleen nog verwaarloosde paarden op te vangen. Wel bood ik mensen die van hun paard af wilden mijn hulp aan bij het zoeken naar een nieuwe plek voor hun dier. Om te voorkomen dat ze naar de slacht gebracht werden.”

Oude schoenen
Aanvankelijk runde Yvonne de opvang in haar eentje. Om alles te kunnen bekostigen, maakte ze met haar man hindernissen voor springruiters, die ze verkochten. Inmiddels heeft ze een aantal vrijwilligers die helpen en is de opvang sinds tien jaar officieel een stichting, zodat ze donaties mag ontvangen. Een vetpot is het niet, ook veel van haar eigen geld gaat naar de opvang, maar voor haar paarden heeft ze alles over: “Ik draag liever zelf een paar oude schoenen dan dat ik de paarden  geen eten kan geven.”

De meeste verwaarloosde paarden koopt Yvonne van de eigenaar, soms mag ze een paard gratis meenemen. Ze heeft door de jaren heen aardig wat paardenleed voorbij zien komen. “De een is ondervoed, de ander heeft zo’n slecht gebit dat hij nauwelijks nog kan eten, heeft een ziekte onder de leden of kan amper lopen vanwege een hoefzweer. Het gebeurt ook weleens dat een paard door zijn eigenaar voor dood achtergelaten wordt in een stal. Maar sommige paarden zijn zo sterk, hebben zo’n sterke overlevingsdrang, dat ze een paar weken later nog steeds leven.”

Elke nieuwkomer bij Second Chance wordt eerst uitvoerig onderzocht door een dierenarts. Als het nodig is, krijgt een dier medicijnen. Paarden die ondervoed zijn, gaan aan de slobber: een voedzaam papje van biks, hooi en granen. “Dat is ook geschikt voor paarden met gebitsproblemen, want ze hoeven er nauwelijks op te kauwen.”

Naast een goede verzorging en veel liefde krijgt elk paard bij Second Chance ook een nieuwe naam. “Ze beginnen bij ons aan een nieuw leven, daar hoort een nieuwe naam bij.” 

Mager en doodsbang
Een van de paarden die ooit bij Yvonne een nieuw leven begon, was Fahya. “Ik zag haar op een paardenmarkt. Heel mager was ze, en doodsbang. Ze kroop al in elkaar als je alleen maar naar haar keek. Aan het einde van de dag stond ze er nog steeds. We hadden oogcontact, ik was verkocht. Eenmaal bij ons in de wei liet ze zich niet meer door ons pakken, zo angstig was ze. Elke dag opnieuw probeerde ik haar met voer te lokken, terwijl ik haar geruststellend toesprak. Het heeft zeker drie maanden geduurd voordat ze me vertrouwde en naar me toe durfde te komen.”

Pas als een paard helemaal is aangesterkt en weer lekker in z’n vel zit, vaak na een maand of zes, gaat Yvonne voor het dier op zoek naar een nieuw thuis, bij voorkeur bij mensen met kinderen. “Paarden en kinderen: dat gaat altijd goed. Een volwassene wil een paard nog weleens hup in een weiland zetten en klaar. Maar een paard heeft aandacht nodig. Kinderen zijn vaak heel lief voor een paard en geven het aandacht.”

Paarden verkopen doet Yvonne niet; ze biedt ze ter adoptie aan. “Mensen betalen eenmalig honderdvijftig euro, het wordt hún paard, maar ik blijf de eigenaar. Ze mogen het paard nooit doorverkopen en alleen in overleg met mij naar een nieuwe baas brengen. Het is ook niet de bedoeling dat iemand nog wedstrijden met het paard gaat rijden. De paarden hebben vaak al zo veel meegemaakt, ik wil dat ze een paar goede laatste jaren hebben waarin ze niet hoeven te presteren, maar gewoon lekker mogen genieten als recreatiepony of weidemaatje.”

Direct een klik
Omdat de meeste paarden op een dag ook weer weggaan, probeert Yvonne zich niet al te veel aan ze te hechten. Bij paard Fyanne lukte dat niet.  Fyanne was al behoorlijk op leeftijd toen ze bij Second Chance kwam, al 24. De meeste paarden worden 26, 27 jaar oud. Veel geluk in haar paardenleven had Fyanne niet gehad; ze was door twee bazen zwaar verwaarloosd. Haar laatste bazin had het beste met haar voor, maar zij kon de kosten voor de verzorging toch niet opbrengen. Ze klopte bij Yvonne aan, maar die had op dat moment geen plaats voor nog een paard; ze heeft maar voor zes paarden ruimte.

De eigenares zag geen andere oplossing dan het dier naar de slacht te brengen. Op de valreep kwam er bij de ponyopvang tóch een plekje vrij. “Ze werd uit de trailer gehaald, we keken elkaar aan en hadden direct een klik. Ze keek zo dankbaar uit haar ogen, het was alsof ze me wilde zeggen: dank je. Je hebt me gered, anders had ik nu in de frikandellen gezeten.

Ze had zo veel meegemaakt, en ondanks dat was ze nog lief tegen me. Ik wist: jij blijft voor altijd bij mij, dan weet ik tenminste zeker dat je het goed hebt. Dat verdiende ze. Fyanne is uiteindelijk bijna dertig geworden. Vorig jaar heb ik haar moeten laten inslapen, vanwege een tumor in haar neus. Daar heb ik heel wat tranen om gelaten.”

Dankbaar werk
Het liefst zou Yvonne een tweede weiland huren of kopen, zodat ze voor meer paarden ruimte heeft. “Er is echt behoefte aan meer opvang. Voorlopig ga ik ook nog wel even door. Die beestjes kunnen zichzelf niet redden, nou, dan doe ik dat. Ik laat deze paarden niet in de steek. En het is ook zulk dankbaar werk. Als ik een paard lekker in de wei zie rollen – een teken dat hij zich thuis voelt, dat hij gelukkig is – of als er een naar me toe komt, zijn neus tegen me aan duwt of zijn hoofd op mijn schouder legt om even samen te kroelen, weet ik: dáár doe ik het allemaal voor.”