Placeholder

Simone van der Vlugt: ‘We brachten alles naar een kindertehuis in Kaapverdië’

De leukste tijd van het jaar: de zomervakantie! Zes weken lang vertelt een bekende Nederlander over zijn of haar mooiste reis. Schrijfster Simone van der Vlugt (51) bijt het spits af.

De leukste tijd van het jaar: de zomervakantie! Zes weken lang vertelt een bekende Nederlander over zijn of haar mooiste reis. Schrijfster Simone van der Vlugt (51) bijt het spits af. “We gingen naar een schooltje in een getto. Dat was een levensveranderende ervaring.”

Als deze Vriendin uitkomt, is niet alleen Simones nieuwe boek, de historische roman Het schaduwspel, net verschenen, ook is ze net terug van een maand vakantie in Zuid-Frankrijk. Eigenlijk is ze niet zo’n vakantieganger, zegt ze. Om er snel aan toe te voegen dat ze wél meerdere keren per jaar weggaat.

“Dat vind ik lekker, maar een vakantie moet niet te lang duren, want dan verlang ik naar huis. Die maand Zuid-Frankrijk hield ik alleen vol omdat we van tevoren hadden afgesproken dat iedereen bij ons langs zou komen. Daarvoor hadden we een groot huis gehuurd. Voor het eerst sinds vele jaren zijn we zelf met de auto gegaan, ook omdat we een oud, gebrekkig hondje met reuma hebben dat we niet voor zo lang aan anderen wilden overlaten en dus mee moesten nemen.

Onze kinderen zijn 25 en 22 en maken al jaren hun eigen plannen, maar ze kwamen wel logeren. Net als goede vrienden, en mijn ouders met de camper. Voor de autoreis naar Zuid-Frankrijk hebben we de tijd genomen, onderweg logeerden we in een bed and breakfast. En dan op tijd stoppen en een terrasje op met een wijntje.”

Dat klinkt gezellig! Waar ben je de laatste tijd nog meer geweest?
“In het voorjaar waren we nog in Madrid,  een stedentripje. Totaal weggeregend! Als je kijkt naar de laatste twintig jaar, zijn we het meest met de auto naar Italië geweest, vooral toen de kinderen nog klein waren. Sinds ze van school zijn, gaan we vaak in januari nog even naar de zon. Soms is dat Spanje, een andere keer Curaçao. Zo maken we meerdere keren per jaar korte tripjes.”

‘Dat vliegen vind ik eigenlijk gewoon een gruwel’

Want écht ver weg hoeft niet van jou?
“Ik hou niet van lange vluchten, inderdaad. Dat vliegen vind ik eigenlijk gewoon een gruwel. Luchtvaartmaatschappijen zijn helemaal niet klantvriendelijk, je zit allemaal opgepropt zodat ze maar zo veel mogelijk mensen kunnen vervoeren. Ik ben niet claustrofobisch, maar mede daardoor wordt het nooit mijn hobby. En dan het personeel nog iets laten omroepen van ‘We hopen dat u een fijne vlucht had’ ook, terwijl jij ondertussen half gebroken en stijf het vliegtuig uit kruipt en denkt: godzijdank, ik ben er. Dan begin ik me al meteen druk te maken over dat we weer een keer terug moeten, haha.”

Toch ben je vorig jaar helemaal naar Kaapverdië geweest…
“Ja, maar dat was maar zes uur vliegen. Al moet je er wel in rotvliegtuigjes naartoe. Van die kleintjes waarmee je net Engeland haalt, weet je wel? Daar zit je dan dik zes uur in, helemaal opgevouwen. Afspraken maken met degene die naast je zit wie zijn arm op de leuning mag leggen, verschrikkelijk. Mijn man zat de hele tijd met zijn knieën omhoog. Dus de vliegreis was niet zo. Maar het werd wél een bijzondere vakantie.”

Waarom?
“We gingen voor een zonvakantie, maar na alle strandselfies wilden mijn man en ik ook weleens iets anders doen. Een doel hebben. In de reisbescheiden die we voor ons vertrek hadden gekregen, werd gevraagd om schoolmaterialen en kinderschoenen die je na de vakantie overhad bij de hotelreceptie achter te laten, daarmee werd dan een kindertehuis gesteund. Dat vonden we interessant; zo konden we misschien iets betekenen voor de wereld. Dus zocht ik voordat we weggingen al van alles uit over dat kindertehuis en heb ik uiteindelijk de organisatie benaderd.

Met welke boodschap?
“Ik legde uit dat ik schrijver ben en mijn man fotograaf, en dat we de spullen graag persoonlijk wilden komen brengen in plaats van ze alleen bij de receptie van het hotel af te geven. We wilden graag zien waar de spullen terecht zouden komen. Normaal doen ze dat niet; het is natuurlijk niet de bedoeling dat alle toeristen daar ‘aapjes komen kijken’. Maar voor ons maakten ze gelukkig een uitzondering. We hebben een inzamelingsactie gehouden onder vrienden en familie en zijn met extra koffers vol kinderkleertjes, tandenborstels en speelgoed naar Kaapverdië gevlogen.”

Lees het hele verhaal in Vriendin 29.