Placeholder

Poep

Eigenlijk is poepen helemaal niet raar. Iedereen doet het! Maar waarom schamen we ons er dan zo voor?

Eigenlijk is poepen helemaal niet raar. Iedereen doet het! Maar waarom schamen we ons er dan zo voor?

Soms wil Adriana op de wc poepen. ‘Kijk mama, poep!’ zegt ze dan trots.

Wanneer ze stil is en ik een verdachte geur ruik, vraag ik aan Adriana of ze gepoept heeft. Deze vraag stel ik zelfs in gezelschap. Haar antwoord is steevast: ‘nee’.
Logisch, als iemand mij dat zou vragen, zou het schaamrood mij naar de wangen stijgen.
Ik vind het gênant, de grote boodschap. De geur, de kleur, daar heeft onze schepper een steekje laten vallen.

Vroeger durfde ik het bij Dirk en de kinderen niet te doen. Bij gerammel aan de toiletdeur krijg ik nog steeds acute obstipatie.

Alleen voor Adriana schaam ik me niet. Zij gaat vrolijk met me mee naar het toilet. Poepen is voor haar heel gewoon. Hoewel…

Adriana wil snel uit bad als ze erin gepoept heeft. Eenmaal weer fris gewassen vraagt Dirk aan ons meisje: ‘Zat er een keuteltje in het bad?’
‘Nee, een dikke drol!’ zegt Adriana. Ze moet er hard om lachen.

Behalve dat het grappig is, wekt de grote boodschap al jong schaamte op. Dat zit blijkbaar in onze natuur, want ik doe er altijd heel gewoon over tegen Adriana.
Op het toilet is mijn dochtertje trots op haar drol, maar als ze in haar luier poept, gaat ze stilletjes in een hoekje staan en zegt: ‘mama weg!’ Behoefte aan privacy tijdens het poepen is blijkbaar niet aangeleerd, maar aangeboren.
Terwijl ik haar verschoon, vindt Adriana het toch wel interessant en wil ze haar productie zien.

Adriana en ik spelen achterhuis. Er hangt een dekbedovertrek aan de waslijn. Adriana gaat tussen het overtrek en de heg instaan, waardoor er een gangetje ontstaat. Een hut!
‘Mama ook in de hut?’
Ook ik verdwijn achter het overtrek. We drinken er denkbeeldige thee.
Na een tijdje spelen we even in de zandbak, waarna Adriana opnieuw de hut ingaat.
Als ik achter haar aan kom, zit ze op haar hurken.
Ik ga naast haar zitten, ook op mijn hurken. Nu pas zie ik het rode hoofdje van onze peuter. Dit keer stuurt ze mij niet weg. Het hurken schept blijkbaar vertrouwen. Adriana kijkt me samenzweerderig aan en vraagt fluisterend: ‘Mama ook poepen?’