Canva1 2024 03 04t121123.292

Mariëls man wilde niet meer leven en kreeg euthanasie

Toen Mariël (35) David ontmoette, wist ze: die gaat met mij mee. Ze hadden het fijn, maar helaas maakten Davids depressies zijn situatie uitzichtloos. In oktober kreeg hij euthanasie. Mariël: “Ik voel ook opluchting omdat hij rust heeft.”

Mariël: “Ik heb David leren kennen via Tinder. Ik zat een keer op een zaterdagavond samen met een vriend op de bank lekker te swipen, daar hadden we veel lol in. Maar op een gegeven moment waren de mannen ‘op’. Dus hebben we de leeftijdscategorie aangepast naar wat jonger. En toen kwam David in beeld, met een sprankelende foto waarop hij een kip vasthield. Die vriend had mijn telefoon vast, maar toen ik Davids foto zag, griste ik de telefoon uit zijn handen. Daar moest ik meer van weten.
We waren een match. De dagen erop hebben we aan één stuk door zitten appen. Het klikte direct. Regelmatig rolde ik zo’n beetje van de bank van het lachen, hij was zó grappig. Omdat het goed voelde, spraken we af iets leuks te gaan doen in Apeldoorn. Toen ik hem zag wist ik meteen: wow, die gaat met mij mee!
De eerste date vertelde hij nog niet over zijn depressies. In de dates die daarop volgden wel. Omdat hij er zo open en helder over was, schrikte het me niet af. David kende zichzelf door en door. Het klinkt misschien gek, maar ondanks zijn depressies kon hij zichzelf dragen. Hij was geen zielig vogeltje dat gered hoefde te worden. Integendeel. Hij was altijd onder behandeling en heel proactief in nieuwe medicijnen en therapieën proberen. Hij deed er alles aan om zich beter te voelen.”

Fijne momenten

“In het begin van onze relatie speelden zijn depressies niet zo erg. We hadden het fijn samen. Niet per se door grootse en meeslepende dingen te doen, onze band was zo hecht dat simpelweg bij elkaar zijn ons al zo gelukkig maakte. We hielden allebei van metal muziek, hoe meer gitaren hoe beter. Zelf speelde David ook prachtig gitaar. Dan zaten we samen een serie te kijken en hoorde hij mooie muziek. ‘Ho, wacht, ik denk dat ik het kan spelen!’ zei hij dan. Vervolgens pakte hij een gitaar en speelde de melodie na. Fantastisch vond ik dat.
Mensen denken weleens dat je ‘met zo’n depressieveling’ geen fijne momenten kunt beleven. Dat zodra je last hebt van depressies je alleen een beetje meewarig voor je uit zit te staren. Onzin, David en ik hebben prachtige momenten gehad. Natuurlijk waren er wel dingetjes. David sliep slecht, dus sliepen we nooit samen in één bed. Daarnaast was hij vrij snel door zijn energie heen. En af en toe had hij een hele slechte dag. Dan trok hij zich terug in zijn eigen wereld. Ik wist dat en liet hem dan met rust. Dat klinkt nu heel simpel, maar je groeit erin mee. In het begin was ik altijd bezig met: wat kan ik voor je doen? Alleen er ís niks dat je kunt doen. Waar hij mee worstelde, lag buiten mijn macht. Bij vlagen was dat moeilijk, heftig en eenzaam, toch leer je ermee leven. Zowel David als zijn ouders hebben me altijd gestimuleerd om naast de relatie met David een eigen leven te hebben.”

Weer een diep dal

“De dagen dat David zich terugtrok, kwamen steeds vaker voor. Hij had ook een zware tegenslag te verwerken gekregen. Hij was begonnen met een opleiding, maar vanwege zijn mentale gesteldheid lukte dat niet en moest hij stoppen. Het maakte hem moedeloos. Telkens als hij een doel voor ogen had, verscheen er weer een diep dal. Zodra hij daar doorheen was geworsteld, verscheen er wéér een diep dal. En nog één. En nog één… Toen viel voor het eerst het woord euthanasie. Ik vond het zwaar om het hier met hem over te hebben, maar het kwam niet in me op om hem op andere gedachten te brengen; omdat hij al zo’n lange weg had afgelegd om tot euthanasie te komen. Je eigen pijn komt op de tweede plaats als je iemand zo ziet lijden.
Om überhaupt in aanmerking voor euthanasie te komen, moet je een traject met ECT (elektroshocktherapie, red.) volgen. Dat klinkt heftig en dat is het ook. Maar David wilde graag alles geprobeerd hebben om zijn leven draaglijker te maken. Er zijn namelijk veel gevallen bekend waarbij elektroshocktherapie een positief effect heeft, dus besloot hij het te doen.
Toen ik David daar in de kliniek afzette, schrok ik wel. De mensen met wie hij op de afdeling zat, waren allemaal enorm in zichzelf gekeerd. ‘Dat hoort bij de behandeling’, stelde ik mezelf gerust. Toch ging ik met een unheimisch gevoel weg. Dat bleek terecht. De keren dat ik David bezocht in de kliniek, was David zichzelf niet meer. Hij was regelmatig helemaal in zichzelf gekeerd, gaf geen antwoord op mijn vragen en stelde mij ook geen vragen. Dan zaten we buiten op een bankje, we hielden elkaars hand vast, maar zeiden verder niks tegen elkaar.
Dat was voor mij een heel heftige tijd. Daar waar voor patiënten hulp en aandacht was, was er voor partners en familie helemaal geen ondersteuning. Ik heb weleens gevraagd bij de kliniek of er iets voor naasten was, zodat je onderling ervaringen kon uitwisselen. ‘Ooit was dat er wel, ja,’ antwoordde een medewerker van de kliniek, ‘maar dat is nu wegbezuinigd.’ Dus stond ik na zo’n intens bezoek op de parkeerplaats met een andere ‘partner-van’ ervaringen uit te wisselen.
Er zijn risico’s verbonden aan ECT, zo kun je tijdelijk last krijgen van geheugenverlies. Maar daarnaast kun je dus ook herinneringen en praktische dingen vergeten van hoe je iets ook alweer deed. Dat is aan ons nooit verteld. David deelde dit aspect nooit met anderen, omdat hij niet wilde dat mensen bang zouden worden. Heel vaak gaat het namelijk wél goed. Niet bij David. Na de elektroshocktherapie kreeg ik een demente man mee naar huis. Hij had enorm veel gaten in zijn geheugen. Gebeurtenissen uit zijn verleden waren deels weggevaagd, maar ook zaken als hoe reis je met het openbaar vervoer, waar zit de apotheek ook alweer? Voor David werkte dat enorm ontwrichtend. Thuis had hij altijd een bepaald stramien wat hij aanhield en dat hem rust en houvast bood. Nu daar gaten in waren geslagen, voelde hij zich stuurloos. Ook maakte het hem angstig en onrustig wát hij dan allemaal vergeten was, want dat wist hij natuurlijk niet. En daar waar hij eerst vanuit zijn krachtige ratio het vermogen had om suïcidale gedachten te reguleren, lukte dat hem nu ook minder goed. Davids situatie werd uitzichtlozer.”

Zwarte humor

“David zakte steeds verder weg. Het woord euthanasie viel opnieuw. We legden contact met zijn huisarts en psychiater voor euthanasie, maar geen van hen wilde of kon meewerken. Dan ligt er nog één optie voor je open, een aanvraag doen bij het Expertisecentrum Euthanasie. Moet je je voorstellen dat je je al zó slecht voelt dat je een einde aan je leven wilt maken en dan moet je nog tweeënhalf jaar wachten. David was op, dus bespraken we andere manieren om een einde aan je leven te maken. Natuurlijk is dat superheftig, maar het scheelde dat David en ik allebei enorm hielden van zwarte humor. Dat was onze manier om met elkaar te verbinden en dingen luchtiger te maken. Uiteindelijk kwamen we uit op stoppen met eten en drinken. Zo ver is het gelukkig niet gekomen. David heeft een bekende psychiater, Menno Oosterhoff, gevraagd aandacht te geven aan zijn verhaal in de media. Zijn missie was om bekendheid geven aan en begrip krijgen voor euthanasie bij ernstig psychisch lijden. Laten zien dat niet iedereen beter te maken is met therapie en medicatie en dat het dan goed en belangrijk is dat er een toegankelijke ‘uitweg’ is, zodat mensen niet over hoeven te gaan op nare manieren van suïcide en ook een waardig afscheid kunnen krijgen. Samen met hem hebben we de korte docu ‘Davids Missie’ gemaakt. Menno was zo geraakt door ons verhaal en zei tegen David: ‘Ik kan jou niet zo laten lijden, ik ga je helpen.’ 
De periode vlak voor Davids euthanasie was intens. Er kwamen nog veel mensen langs om afscheid te nemen. De laatste dagen voor zijn dood, wilden we met elkaar zijn. Nog steeds kwamen er superveel berichtjes binnen. Dat was lief, begrijpelijk, maar ook ingewikkeld voor me. Ik wilde hem op dat moment eigenlijk niet delen met anderen.
Toen brak onze laatste avond samen aan. We keken naar cabaret, dronken whisky en hebben ontzettend veel gelachen én gehuild. Ik ben om twaalf uur naar bed gegaan. David bleef nog zitten, hij wilde zijn laatste dag op aarde zo lang mogelijk rekken. Van slapen kwam weinig. Na een paar uur ben ik er weer uitgegaan en hebben we samen nog een serie zitten kijken. Op een gegeven moment waren we allebei zo moe, dat we besloten nog even wat slaap te pakken.
De volgende ochtend was heel surrealistisch. David stond nog uitgebreid zijn baard te stylen, hij ‘moest er immers wel goed uitzien als hij overleden was’. De euthanasie vond plaats in het ziekenhuis, omdat hij zijn organen ter beschikking wilde stellen. Met het idee: mij lukt het niet om te leven, maar zo kan ik het leven wel aan een ander geven. Zo was David, altijd een groot warm hart voor andere mensen.
David was enorm kalm en gelaten. Op het moment van zijn overlijden schalde zijn lievelingsmuziek, ‘System of a Down’ door de kamer. Ik zat naast hem en hield zijn hand vast. Zijn ouders stonden aan het voeteneinde.”

Doelloos dwalen

“Hoe het nu met me gaat? Dat wisselt. Ik ben mijn maatje kwijt, dat vind ik verschrikkelijk. Maar ik voel ook opluchting dat hij nu eindelijk rust heeft. Soms zijn de avonden eenzaam. Ik heb lieve vrienden en familie om me heen, maar je kunt niet altijd bezoek hebben. Daar zou ik trouwens ook knettergek van worden. Af en toe vind ik mezelf terug in een doelloos door het huis dwalen. Dan sta ik zwijgend in een kamer, geen idee wat ik daar doe. En loop ik maar naar een andere kamer, wederom stilzwijgend om me heen te kijken. Het is alsof mijn brein een bepaalde troost probeert te vinden, maar niet zo goed weet wat het nodig heeft.
Daarnaast spelen er nog andere dingen. Vlak voordat David euthanasie kreeg, raakte ik mijn baan kwijt. Dat vond hij vreselijk, hij wilde me goed achterlaten. Een nieuwe baan zoeken is nu even uitdagend omdat ik in datzelfde jaar de diagnose dunnevezel-neuropathie heb gekregen. De laatste maanden is mijn pijn erger geworden. Het kan zijn dat het een nasleep is van de stress, maar het kan net zo goed zijn dat de ziekte zich snel ontwikkelt en dat dit blijvend is. Op het moment is het onzeker hoeveel ik kan werken en wat voor werk ik kan doen. Het is afwachten, maar dat doe ik niet als een zielig hoopje mens, hoor. Want ja, ik heb verdriet en ja, ik heb pijn, maar het leven is me te waardevol om het aan me voorbij te laten trekken. Sinds een aantal maanden mag ik mezelf trotse vrijwilliger van Stichting Kea noemen. Kea vraagt aandacht voor- en deelt kennis over euthanasie bij ondraaglijk, uitzichtloos psychisch lijden. Zo kan Davids missie toch verdergaan.”

Denk jij na over zelfdoding? Dat is niets om je voor te schamen. Blijf er niet mee zitten en bel met de zelfmoordpreventielijn via 113.

Tekst: Marianne ter Mors
Foto: Amaury Miller
Visagie: Lisette Verhoofstad