Placeholder

Jandino Asporaat had het in zijn jeugd niet makkelijk

Jandino Asporaat (34) groeide op zonder vader en op school werd hij gepest. Hij leerde erdoor knokken. Met succes. De laatste maanden schitterde hij in Dance dance dance en Dino, tourt hij langs theaters en verschijnt ook nog eens zijn eerste film.

Jandino Asporaat (34) groeide op zonder vader en op school werd hij gepest. Hij leerde erdoor knokken. Met succes. De laatste maanden schitterde hij in Dance dance dance en Dino, tourt hij langs theaters en verschijnt ook nog eens zijn eerste film.

Hoewel hij niet echt behoort tot de Vriendin-doelgroep, blijkt Jandino een lange geschiedenis te hebben met dit blad. “Ik ken jullie al lang! Vroeger thuis kregen we Vriendin, samen met andere bladen, altijd van de buurvrouw, nadat zij ze had uitgelezen. Op elke verjaardag en Sinterklaas was het vaste prik: dan kregen we chocolade en een stapel tijdschriften”, vertelt hij.

Jandino’s jeugd was op zijn zachtst gezegd bijzonder: “Tot mijn elfde woonde ik op Curaçao, daarna verhuisden we naar Nederland.” Het gezin, dat uiteindelijk uit zes kinderen bestond, groeide nog. “Met mijn vader kreeg mijn moeder mijn oudere broer, toen mij en daarna mijn zusje. Na enkele jaren gingen mijn ouders uit elkaar. Mijn moeder ontmoette een andere man, met wie ze mijn broertje Kenneth kreeg.

Toen ze in haar eentje naar Neder- land vertrok om daar te werken en te sparen voor onze vliegtickets, wist ze niet dat ze weer zwanger was. Ze kwam terug met nog een broertje: Benjamin. Later kwam daar nog Jordan bij. Maar die

tweede relatie hield ook geen stand, mijn moeder heeft ons alleen opgevoed.” De familie kwam terecht in de Rotterdamse Rijnhaven. Omdat zijn broer op Curaçao bleef, was Jandino opeens de oudste van het gezin. “Volgens mij kwamen we aan in februari, dus je kunt je voorstellen hoe groot de overgang was. Voor ons gevoel stapten we in een koelkast!”

Naar een internaat
Toch was dat nog niet de grootste cultuurschok, zegt hij: die kwam toen het na acht maanden in Nederland niet goed bleek te gaan met zijn moeder. “De heimwee en de zorg voor ons, in haar eentje: het was te veel voor haar. Ze stortte in. Ze ging naar een rusthuis en wij naar een internaat. Dat was geen fijne plek. Er zaten kinderen die wees of onhandelbaar waren; je moest jezelf beschermen en voor jezelf opkomen. Er waren strenge regels die we niet gewend waren. Ik moest daar echt vechten voor mezelf, mijn zusje en broertje.

Lees het hele verhaal in Vriendin 50 van deze week.