Schrijf Je In Voor De Nieuwsbrief (15)

Ewa zette samen met haar zoons een succesvol bedrijf op

Wat doe je als de krullen van je zoon niet willen zitten? Ewa (50) maakte zelf hét perfecte krulproduct en runt nu met haar zoons een bedrijf in haarartikelen. “voor mij is het een feestje om ze bijna elke dag te spreken.”

Hun successtory begint letterlijk aan de keukentafel. Het is coronatijd. De jongens kunnen niet naar school en naar de universiteit, moeder Ewa niet naar haar werk. Terwijl Ewa koffie schenkt, praten haar zoons Timothy (nu 25) en Lukas (nu 21) over hun nog af te maken studies en reisplannen voor ná de pandemie. Want met een vader uit Tanzania en een Poolse moeder hebben de jongens al heel wat van de wereld gezien.
Lukas klaagt al een tijdje over zijn krullen die maar niet willen zitten. Ze pluizen na het wassen en soms komt hij er bijna niet doorheen met z’n kam. Hij heeft al van alles geprobeerd, maar het kost hem steeds meer moeite er een fatsoenlijk kapsel van te maken. Moeder Ewa, die chemisch specialist is en veel weet van cosmetica, belooft hem te helpen en een haarverzorgingsproduct
te maken voor zijn krullende haardos. “Dat roep je al jaren”, lachen haar zoons. “Maar je hebt nooit tijd.”

Het klopt. Ewa heeft een drukke baan als veiligheidsconsultant voor cosmeticaproducten. Ze is zzp’er en heeft in haar garage een eigen laboratorium. Omdat ze alles bij de hand heeft, besluit ze dit keer echt haar schouders eronder zetten. “Ik wilde net zo lang experimenteren, roeren en mixen, tot ik een goed product had voor het haar van Lukas én Timothy. Ze hebben weliswaar beiden krullen, maar alle twee een heel ander haartype. Dus de uitdaging was om iets te maken waar ze allebei baat bij hebben. Het mocht niet plakkerig zijn en geen vlekken achterlaten, zoals op onze vorige bank is gebeurd. Die is om die reden de deur uitgegaan. En het moest iets zijn waardoor de krullen soepel blijven, zodat ze op een natuurlijke manier vallen.”

Proefkonijnen

Timothy, het strategisch brein en de econoom van de drie, grapt dat als het Ewa lukt een product te ontwikkelen dat geschikt blijkt voor alle soorten krullen, ze misschien wel een bedrijf kunnen starten met z’n drieën. Ter plekke onderzoekt hij of er een markt voor is. Moeder Ewa gaat enthousiast aan de slag in haar kleine laboratorium. Twee jaar lang bestookt ze Lukas én vriendin Irene die ook krullen heeft, met allerlei samples. Haar proefkonijnen vertellen wat Ewa goed doet, maar ook wat beter kan. Tot Lukas haar op een dag belt en zegt: “Mam, dit is het. Niks meer aan doen.”
Ewa herinnert het zich als de dag van gisteren. “Het was een euforisch moment.
Eindelijk was hij blij en trots op hoe zijn krullen zaten. En voor ons betekende het dat we iets in handen hadden waarmee we samen een eigen bedrijf konden opzetten. Timothy en ik hebben ons ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Lukas vond het een geweldig plan, maar wilde toen nog niet meedoen. Hij was ook nog geen achttien, runde al een ander online bedrijfje, studeerde nog en wilde piloot worden.
Geen probleem, je kunt altijd aanhaken, zeiden we tegen hem. Ikzelf legde contact met een producent die onze producten kon maken. Timothy bouwde een website en adverteerde hier en daar wat. Bij de drie haarverzorgingsproducten waarmee we zijn gestart, zit ook speciale haarolie. We besloten dat ik die voorlopig nog zelf zou maken in mijn eigen laboratorium. Sowieso moest ik – zolang we nog geen producten hadden – ook elke week een kilo conditioner en crème maken die Lukas, Timothy en Irene konden gebruiken. Want ze konden al niet meer zonder die dagelijkse haarroutine, zeiden ze. Het zal wel, dacht ik. Voor mij bleef het spannend, plus de vraag: slaan mijn verzorgingsproducten ook buiten de privékring aan? Zijn anderen net zo enthousiast als mijn eigen zoons en vriendin? We zijn daarom klein begonnen, met driehonderd haarverzorgingssetjes. We betaalden de producten met eigen spaargeld. Ik nam me voor: als het niet loopt, verkoop ik die potten en flesjes desnoods op de markt. In week één verkochten we één setje van drie producten.
In week twee twee setjes. Timothy had wat reclame gemaakt op internet. Die begon in week drie zijn werk te doen en ineens waren we in één week tijd door onze hele voorraad heen. ‘Dit kan echt iets groots worden’, zei Timothy. Lukas besloot daarop ook mee te doen. Hij is heel creatief en pakte direct het marketinggedeelte op.”

Het werpt z’n vruchten af. Al heel snel moet het drietal op zoek naar een andere producent die grotere hoeveelheden kan maken. In een mum van tijd zit de verkoop al op driehonderd setjes per dag. In Nederland kunnen ze geen geschikte partner vinden die de productiecapaciteit aankan. Ewa, die van origine Pools is, heeft nog veel contacten in de cosmeticawereld daar. Uiteindelijk besluiten ze de productie helemaal naar Polen te verhuizen. “Ik woon al bijna 25 jaar in Nederland, maar vind het natuurlijk ontzettend leuk om nu op deze manier de banden weer aan te halen met mensen in mijn vaderland. Omdat we daar meer en goedkoper kunnen produceren, hebben we de prijs van onze producten verlaagd. Want winst is niet per se het belangrijkste voor ons.
Wij willen echt mensen met krullen blij maken en weer trots laten zijn op hun krullen. Curly en proud. Als dat lukt met onze haarproducten, is onze missie geslaagd.”

Twee halfjes

Het was destijds – we hebben het over 1999 – geen vooropgezet plan van Ewa om naar Nederland te verhuizen. Ewa was net als haar man Thadeo net klaar met haar studie scheikunde. Ze ontmoette Thadeo tijdens het eerste jaar op de universiteit. “Ik was goed in wiskunde en hij vroeg mij om bijles. Maar de tweede keer dat we samen zaten, wist hij alles. Achteraf denk ik dat de bijles gewoon een smoesje van hem was om met me af te spreken en bij mij te zijn. Thadeo, van wie Timothy en Lukas hun mooie krullen hebben, komt uit Tanzania. Hij is de liefde van mijn leven. Gekscherend zeggen we weleens: ‘We zijn twee halfjes, we vormen samen één geheel. En we passen perfect bij elkaar.’

Thadeo was een paar maanden eerder klaar met zijn studie dan ik. We zijn getrouwd en in die periode – dat was dus vlak voor het millennium – werd Thadeo gevraagd als ingenieur te komen werken bij een telecombedrijf in Nederland. Vanwege die eeuwwisseling was men bang dat er van alles zou misgaan met de elektronica in computers en apparaten. Ik heb me geen moment afgevraagd: wat ga ik dan doen in Nederland? Ik zag het als één groot avontuur. Bovendien, ik bleek net zwanger. Dus misschien moest ik het omgooien: eerst kinderen krijgen en daarna aan mijn carrière werken.

Polen zat in die tijd nog niet bij de Europese Unie, dus een werkvergunning aanvragen duurde sowieso drie jaar. Ik moet eerlijk zeggen dat ik het in het begin wel pittig vond. Thuiszitten bleek niks voor mij. Al genoot ik met volle teugen van het moederschap, ik moest iets om handen hebben. Iets waar ik mijn tanden in kon zetten. Daarom ben ik in die eerste jaren de taal gaan leren via een intensieve cursus. Omdat ik niemand had met wie ik de taal kon spreken, ben ik op een dag zomaar een kerk binnen­gestapt. Daar vroeg ik of ze iemand kenden die met mij in het Nederlands wilde praten. Dat werd Simone. En later op het schoolplein ontmoette ik ook nog Jolande. Zij hielpen me met mijn Nederlands.”

Meer balans

Al snel wordt Ewa zwanger van de tweede, Lukas. Als hij anderhalf is, gaat ze weer aan de slag. Ze werkt in een ziekenhuisapotheek en later in de verfindustrie. Maar uiteindelijk belandt ze in de cosmeticawereld. “Die heeft me altijd getrokken. Bij een groot bedrijf maakte ik producten voor verschillende merken. Maar op een gegeven moment wilde ik de balans werk en privé wat meer kunnen sturen. Dus specialiseerde ik me nogmaals en startte ik een eigen onderneming als veiligheidsbeoordelaar van cosmeticaproducten. Vanuit huis werken bleek een goede zet. Naast het laboratoriumwerk kon ik volop moederen.

Mijn eigen tijd indelen, bleek ook prettig toen het met de gezondheid van mijn ouders in Polen slechter ging. Dat ik niet zomaar even naar ze toe kon, vond ik lastig. Toen mijn vader overleed en mijn moeder alleen achterbleef, heb ik zo veel gehuild dat Thadeo op een gegeven moment zei: ‘Zullen we je moeder naar Nederland halen en hier voor haar zorgen?’ Ik vond dat meteen een goed idee, maar wist ook dat het zwaar zou worden. Mijn moeder was 79. Ze had suikerziekte, hartfalen en kon nauwelijks lopen. Ze had dus echt intensieve zorg nodig.

Mijn moeder vond het hier geweldig. Ze leerde zelfs een beetje de taal en communiceerde met artsen en de thuiszorg via Google Translate op haar telefoon. Helaas ging ze wel elke keer een beetje verder achteruit. Op een gegeven moment had ze zo veel zorg nodig, dat het mij
fysiek niet meer lukte haar te verzorgen. De laatste vijf weken van haar leven verbleef ze in een
verpleeghuis. Uiteindelijk is ze overleden met ons om zich heen. Natuurlijk was ik heel verdrietig, maar ook dankbaar dat ik deze laatste periode zoveel voor haar én mezelf heb kunnen doen. Dat was echt een cadeautje.”

Welkome afleiding

Het overlijden van haar moeder valt min of meer in dezelfde periode als de oprichting van Eve Curls. Voor Ewa is het werk een welkome afleiding. “En een manier om mijn jongens toch vaak te zien. Ik zat net in een periode waarin ik leerde dat ik alles zo’n beetje moest loslaten. Mijn ouders… Maar ook Timothy en Lukas gingen hun eigen weg. Ik zat met een empty nest. Timothy woonde voor zijn studie econometrie in Rotterdam, Lukas verhuisde zelfs naar Valencia. Normaal gesproken zou ik ze niet zo vaak meer spreken, nu zien we elkaar bijna dagelijks via het beeldscherm. Dat beschouw ik toch als een klein feestje.
Ik zag nog niet eens zo lang geleden een prachtige film met Sophia Loren,
geregisseerd door haar eigen zoon. Toen al dacht ik: hoe gaaf is het als je met je eigen kind zoiets moois kunt creëren? Dat is waar ik ook naar streef. Samenwerken met je kinderen is natuurlijk wel iets anders dan met vreemden. Ik heb van meet af aan tegen Timothy en Lukas gezegd: ik ben tijdens het werk niet jullie moeder, maar gewoon een collega. Dus geen mama, maar Ewa. Verder blijf ik een beetje op de achtergrond en laat ik hen vooral ondernemen. Ze hebben energie, zijn gedreven, creatief en sprinten waar ik wandel. En als ze samenzitten, is het één plus één is drie. Alles lossen ze op. Want uiteraard gaan dingen mis en moeten we soms improviseren. Maar geen uitdaging is ze te veel. We hebben samen afgesproken dat als één van ons ergens mee zit, we dat hardop naar elkaar uitspreken. Wat dat betreft zijn de jongens een echte spiegel voor mij. Toen ik rouwde om mijn moeder, was ik natuurlijk niet de gezelligste, anders dan anders. Dat zien zij en dat zeggen ze ook gewoon tegen mij: ‘Misschien moet je eens met iemand praten?’ Ik waardeer hun eerlijkheid en prijs mezelf op zo’n moment gelukkig. Ik heb mede door ons krullenavontuur een nog hechtere band met ze gekregen.”

‘Ze is echt een powervrouw’

Lukas: “Ik ben trots op onze moeder én de producten die ze heeft ontwikkeld. Dat ik twee jaar lang haar proefkonijn was, neem ik op de koop toe. Ze is nu bezig met nog meer producten waaronder een shampoo en haarmasker. Niet meer in het kleine laboratorium thuis, we hebben een compleet nieuw laboratorium gebouwd en een nieuwe chemicus aangenomen die door mijn moeder wordt opgeleid. Ze is echt een powervrouw.”

‘Ik ben trots op haar’

Timothy: “Het is bijzonder om met mijn moeder te samenwerken. Ik bewonder haar om haar doorzettingsvermogen en de manier waarop ze zichzelf steeds blijft uitdagen. Ze is zo’n sterke vrouw die zich nooit laat tegenhouden door obstakels en altijd zoekt naar oplossingen. Die toewijding en liefde zie je terug in de producten die ze heeft ontwikkeld. Ik ben echt trots op haar.”

Foto: Marloes Bosch
Visagie: Astrid Timmer

Meer Vriendin? Volg ons op Facebook en Instagram. Je kunt je ook aanmelden voor onze wekelijkse Vriendin nieuwsbrief.

Uit andere media