
Cabaretier Fieke was 8 jaar geleden nog non
8 april 2025
Na een moeilijke jeugd vindt Fieke (35) een thuis in het klooster. Tot ze bijna tien jaar later wordt weggestuurd. Met hulp van Karin Bloemen gaat ze nu haar droom achterna: cabaretier zijn. “Op het podium voel ik me vrijer dan ooit.”
Fieke was de jongste non van Nederland. Ze was net achttien toen ze het klooster in ging. Ze beleefde er bizarre, grappige en schrijnende avonturen. Daar kan ze smakelijk over vertellen; dat doet ze op het toneel in haar cabaretvoorstelling Non-Actief, en ze schreef er een boek over dat binnenkort in de winkels ligt en waar de filmrechten al van verkocht zijn.
Tien jaar na haar intreding in het klooster werd ze er ineens door de moeder-overste uitgegooid, pats-boem, op straat gezet. Fieke kon nergens heen. Vanwege haar onveilige jeugd was teruggaan naar huis geen optie. Ze zwierf die eerste periode op straat, bracht tijd door bij het Leger des Heils en sliep bij de daklozenopvang.
Inmiddels is ze heel gelukkig met een eigen stekkie. Daar, in de kleine benedenwoning in Den Bosch, rennen vier honden – drie kleintjes en een wat groter formaat – rond. De twee katten zijn naar buiten gevlucht. Fieke draagt vrolijke en fleurige kleding, op haar veelkleurige sneakers zitten glitters. Heel wat anders dan het grauwe habijt dat ze jaren droeg. Ook aangeschoven is Karin Bloemen. Zij regisseert, samen met haar man Marnix, de voorstelling van Fieke, maar ze is méér dan een regisseur. Ze heeft zich als een moeder/vriendin over Fieke ontfermd. Tijdens het gesprek vraagt ze geregeld of het nog gaat – Fieke is eind vorig jaar tijdens een soundcheck van het podium gevallen en heeft daarbij haar rug zeer ernstig geblesseerd – en ze schuift de schaal met broodjes haar kant op. “Hier schat, neem even een broodje tonijn.”
Bulderende lach
Beide vrouwen zijn gezegend met een bulderende lach die de ramen van Fiekes huis doet trillen. Nog meer overeenkomsten: ze zijn extravert en grappig, ze houden van zingen en van het podium én ze zijn allebei seksueel misbruikt in hun jeugd. Fieke houdt zich wat op de vlakte over wat er precies is voorgevallen – uit angst voor aangifte wegens laster en smaad. De rechtszaak loopt momenteel. Karin spreekt juist openlijk over het jarenlange misbruik door haar stiefvader. Groot was haar opluchting dat de rechter hem veroordeelde. Ze zet zich al jaren in voor slachtoffers van seksueel misbruik. Deze gemene deler maakt misschien wel dat de vrouwen het zo goed met elkaar kunnen vinden. Ze kijken elkaar aan en Fieke zegt: “Ik ken wel meer mensen die verkracht zijn met wie ik geen klik heb, maar het zal zeker meespelen, want Karin snapt meteen wat ik bedoel.” Karin: “En ik was direct gefascineerd door haar talent. Ze kan verschrikkelijk goed zingen. En lullen zonder een uh ertussen. Bovendien hebben we ook nog eens gewoon veel lol.”
De voorstelling gaat over haar tijd als non, over de mooie dingen van het klooster, maar ook over de pijnlijke, vertelt Fieke. “Wat ik gaaf vind, is dat het een eerlijk verhaal geworden is. Want – en dat moest ik echt van Karin leren – mijn verhaal is uniek. Dat besefte ik niet, het was gewoon mijn leven.” En dat leven bestond uit voor dag en dauw opstaan, veel bidden, sober leven en zo min mogelijk praten – en dat is niet voor te stellen bij deze praatgrage ex-non. Karin, met een grijns: “Dat haalt ze nu in.” Fieke, ad rem: “En daar heb jij nu last van, haha.”
Intreden
Op haar vijftiende – ze was net door Jeugdzorg uit huis geplaatst – moest Fieke een snuffelstage bedenken. “Ik zag op een avond met mijn beste vriendinnetje de film Sister act en dacht: ik ga gewoon een weekje met de nonnen meedoen. Bij hen voelde ik me heel erg gezien. Ik ben toen elk weekend erheen gegaan en op mijn achttiende mocht ik eindelijk intreden.”
Op de eerste dag van haar kloosterstage vroegen de nonnen of Fieke in God geloofde. “Toen ik nee antwoordde, had ik verwacht dat ze me zouden willen overtuigen, maar dat was helemaal niet zo. Ze spraken niet alleen met me over Jezus, maar ook over de dood en de liefde.
Gesprekken die ik nog nooit met andere volwassenen had gevoerd. Ik had vaak
gehoord dat ik niets kon, niets voorstelde, geen talenten had, maar in dat klooster voelde ik me ineens gezien en gehoord, al had ik dat toen nog niet door. Ik dacht echt dat ik geroepen werd door God. Nu, met terugwerkende kracht, snap ik heel goed dat ik het klooster in ging, want ik vond een thuis bij de nonnen. Ik had ineens dertig moeders die allemaal voor me klaarstonden.”
Geen Sister act
Eenmaal in het klooster kreeg Fieke een andere naam, zuster Luca. Met een vette grijns: “De helft van de nonnen was Duits en Fieke betekent neuken in het Duits.” Haar nieuwe naam werd bepaald door de overste. “In het klooster heb je geen identiteit. Je moet ook regelmatig van kamer wisselen, omdat je je niet mag hechten aan je kamer of aan je bed. Je hebt geen spullen die van jou zijn.” Ruimte om écht na te denken of het leven van non wel bij haar paste, was er niet. “De hele buitenwereld is weg. Er is weinig contact, geen internet. En het kloosterleven ís geen Sister act, het is veel sektarischer dan mensen denken. Je wordt ook bang gemaakt met verhalen over de buitenwereld, over mensen met schulden die geen huis hebben. Nee, we moesten vooral dankbaar zijn dat wij met Jezus onder één dak mochten leven.”
Toch ging de buitenwereld steeds meer lonken, en bij hoge uitzondering mocht Fieke gaan studeren in Amsterdam. “Daar begonnen er wat kraakjes te komen. Nam ik de tram en zag ik ineens de Kentucky Fried Chicken en de Burger King. Door mijn medestudenten begon ik een beetje te proeven van het leven buiten het klooster. Een van de ouders van die meiden zei: kom anders bij ons wonen. Dat durfde ik echt niet, dat voelde als hoogverraad.” Maar uiteindelijk betekenden die uitstapjes naar school het begin van het einde van haar leven als non. Na haar uittreding noemde ze zich op Instagram de ex-vrouw van Jezus.
Beetje spelen
Na haar opleiding aan de Koningstheateracademie in Den Bosch benaderde ze
Karin met het verzoek of ze haar een zangles wilde geven. “Ik vond Karin altijd al een wereldvrouw, prachtige stem, mooie jurken. Hoe zij zo zelfverzekerd op het podium staat, vond – en vind – ik zo verschrikkelijk goed.” Na de les vroeg Fieke of Karin een keer een podcast met haar wilde maken over misbruik. Zo gezegd, zo gedaan en tijdens die podcast kwam het gesprek ook op de nonnen. Toen is het idee ontstaan om samen een voorstelling over Fiekes nonnenverleden te maken.
Fieke: “Performen is het allerleukste wat er is. Een beetje spelen. Bij een kind zie je dat nog, maar de meeste volwassenen zijn zo opgedroogd.” Karin: “Als kind heb ik nooit gespeeld. Ik heb alleen geleefd met angst, dreiging en vernedering. En om de twee dagen misbruikt worden door mijn stiefvader. Dus nee, spelen was nooit mijn levensding. En nu speel ik elke avond op het toneel. Die vrijheid op de bühne kun je ook volledig toelaten, omdat je op de bühne veilig bent. Het is een afgebakende plek. Met al dat licht op je. Iedereen ziet je, dus ben je veilig.”
Fieke knikt heftig. “Zo is het precies! In het donker gebeurt zoveel wat niemand ziet. Als kind dacht ik altijd: ik ben veilig in de donkerste hoek, de donkerste kast, maar het is juist tegenovergesteld. Het podium in het felle licht is veilig. Karin heeft me geleerd dat niet mijn gedrag, maar het gedrag van de volwassenen in mijn leven gek was. Dat was een openbaring. Die
omkering heeft me echt bevrijd. Ik heb in mijn jeugd best veel kinderpsychologen gezien, maar – niet normaal bizar – ik moest hén altijd troosten, omdat ze het niet aankonden wat ik meegemaakt had. Het was te heftig. En tegen Karin kon ik alles zeggen. Ze was nooit geschokt. Daardoor voel ik me op een podium vrijer dan ooit.”
Vanaf deze maand is Fieke op tournee. Ze heeft er ontzettend veel zin in, om lekker te spelen, om de interactie met het publiek aan te gaan. “Wat ik nog wel belangrijk vind om te vertellen, is dat het écht een theatervoorstelling is. Natuurlijk gebaseerd op een heftig verhaal, maar je zult zowel huilen als lachen. Het is echt mijn droom om mensen te raken, maar ook keihard te laten lachen. Dat dat lukt, vind ik zo cool. Alsof ik met een toverspreukje een chemie met het publiek creëer.”
Tekst: Ellen Leijser
Foto: Mariël Kolmschot
Visagie: Lisette Verhoofstad
Meer Vriendin? Volg ons op Facebook en Instagram. Je kunt je ook aanmelden voor onze wekelijkse Vriendin nieuwsbrief.
LEES OOK
Uit andere media