Placeholder

Boos

Angelique is boos wanneer ze bij de psycholoog zit. Ze moet al dagen haasten en komt net op tijd aan om vervolgens een kwartier te moeten wachten. Maar dat is niet de enige reden waarom ze boos is…

Angelique is boos wanneer ze bij de psycholoog zit. Ze moet al dagen haasten en komt net op tijd aan om vervolgens een kwartier te moeten wachten. Maar dat is niet de enige reden waarom ze boos is…

Ik ben boos als ik in de stoel tegenover mijn "15-jarige" psycholoog plaats neem. Ik ben moe, boos, chagrijnig en ik moet al dagen haasten van de ene afspraak naar de andere, terwijl ik geen moment rust heb kunnen nemen. Ik ben net op tijd aangekomen op mijn afspraak, maar moet nog een kwartier wachten tot ze mij komt halen, in de wachtkamer, waar zowel patiënten van de huisarts, de verloskundige en de psycholoog zitten. Iets wat mij ineens heel erg irriteert en me enorm kwetsbaar maakt. Hoe langer ik moet wachten, hoe meer ik me bekeken voel en als ze me na een kwartier bij mijn achternaam roept, ben ik er helemaal klaar mee. Ik ben boos als ik in de stoel tegenover haar plaats neem.

Ze begint direct met haar observatie, neemt geen blad voor haar mond, graaft net even iets dieper en geeft me genadeloos op mijn donder. En tot mijn verbazing moet ik haar gelijk geven. Ze legt gelijk de vinger op de zere plek, ik denk niet aan mijzelf. Ik denk aan de hele wereld, maak me druk om wat andere mensen doen en van me denken. Doe waarvan ik denk dat andere van mij verwachten. En kan de ziekte van mijn dochter geen plaats geven, omdat ik denk dat ik me niet moet aanstellen. Mijn dochter heeft het immers overleefd… Maar ondertussen…

Ik ben boos als ik plaats neem tegenover mijn psycholoog. Maar daarentegen… Ik ben al maanden boos, woedend en ik kan er niets mee.