daten oud

Late liefde: 94 bijzondere verhalen over liefde boven de vijftig

Schrijfster Corine Koole (63) interviewde meer dan 1500 mensen over de liefde voor haar rubriek in het Volkskrant Magazine ‘De liefde van nu’. De mooiste verhalen daarvan bundelde ze in haar boek ‘Late Liefde’: vijftigplussers die openhartig vertellen over liefde en seks. Haar eigen relatie is, na bijna veertig jaar samen, hier een prachtig voorbeeld van.

‘‘Ik leerde mijn man kennen toen ik vierentwintig jaar was. Hij was toen veertig. Ik solliciteerde bij hem voor een functie in een filmblad waarvan hij de hoofdredacteur was. Dat was iets wat hij erbij deed. Hij had naam gemaakt als journalist bij de radio. Iedereen kende hem. Ikzelf kwam uit de academische wereld, maar ik kon er mijn draai niet vinden. Het enige wat ik wilde was schrijven, schrijven en nog eens schrijven. Het maakte me niet uit of ik het nieuws moest verslaan van de bakker op de hoek. Ik wilde schrijven. En van wie kon ik dat beter leren dan van een echte vakman 
met aanzien.
De sollicitatie was bij hem thuis. Ik weet nog goed hoe ik hem boven aan de trap zag staan, bij de deur van zijn appartement in Amsterdam-Zuid. Een klein gedrongen mannetje met een grote neus. Ik stiefelde de trap op en verwachtte iets van een introductie, maar tot mijn stomme verbazing zei hij: ‘Weet je nog een woning in Amsterdam? Ik moet hier uit…’ Met andere woorden: als je een huis voor me weet, dan heb je een streepje voor bij de sollicitatie. Dat vond ik op zijn zachtst gezegd merkwaardig en… ik viel als een blok voor hem. Ik kende werkelijk niemand zoals hij. Later ontdekte ik dat hij door veel collega’s van hem ‘de kleine generaal’ werd genoemd. Hij deed de dingen graag op zijn eigen manier. En tegelijkertijd was hij de meest geduldige mentor in zijn begeleiding om mij te leren schrijven. Het voelde alsof er een soort poort voor me openging om het leven op de meest diepgaande manier te kunnen proeven.
Ik werd verliefd op zijn markante karaktertrekken, maar ook op het beeld van zo’n toekomst. Is hij knap? Nee, dat niet. Maar het altijd verrast worden en kunnen blijven leren van iemand, vind ik enorm erotiserend. En hij maakt me elke dag aan het lachen. Knappe mannen vind ik doodsaai.
We kregen een relatie. En we genoten van alles wat het leven te bieden heeft. We reisden de hele wereld over, bezochten musea tot we erbij neervielen, gingen samen naar het theater… Het was één groot feest. De vrijheid-blijheid veranderde, toen we kinderen kregen. Althans, het veranderde niet, en daar zat meteen mijn frustratie. Mijn man was namelijk net zo eigenzinnig en chaotisch als voorheen. Daar waar ik graag de kinderen rust en regelmaat wilde bieden – het om half zeven eten, lekker in bad en op tijd naar bed – kon hij niks mee. Als papa kookte, lagen om half zeven ’s avonds de kookboeken op tafel. En dan moesten de boodschappen nog gedaan worden. ‘Ach,’ zei hij dan laconiek, ‘een kind kan er echt wel tegen om een keer iets later te eten, hoor.’ 
Aaargh, dat frustreerde me enorm. We zijn ook best verschillend. En, ik ben ontzettend eigenwijs en vaak ongeduldig. Dat botste. Soms was ik weleens jaloers op de partners van vriendinnen van me. Deze vaders stonden bijvoorbeeld wel kéúrig op tijd bij het schoolplein. Wanneer mijn vriendinnen en ik daarover praatten, vertelden ze dat ze bij hun partnerkeuze gezocht hadden naar ‘een goede vader voor mijn kinderen’. Ik ben daar nooit mee bezig geweest. Ik zocht mijn man uit op het feit dat ik het een fantastische kerel vond. Ik vind hem nog steeds fantastisch, na al die jaren. Hoe mijn man en ik dat als stel toentertijd oplosten? Nou, niet. We kibbelden wel en hadden ook zeker conflicten, maar naar dé oplossing hebben we nooit gezocht. En misschien zit daar meteen het geheim in van een duurzame liefdesrelatie: elkaar niet willen veranderen. Gun de ander zijn malle of irritante karaktertrekken. Want wat ik tijdens het opvoeden van de kinderen frustrerend vond, was wel de eigenheid waarvoor ik in eerste instantie gevallen was. Diezelfde eigenheid bracht ook juist de mooie dingen met zich mee. Zo hadden wij al een huis in Parijs, toen onze zoon net twee jaar oud was. Eens in de zoveel tijd gingen we los van elkaar daarheen, bijvoorbeeld om te schrijven. Hoe heerlijk is het om af en toe eens boodschappen voor één persoon te doen in plaats van voor een gezin van vijf. Rust, ruimte en tijd voor jezelf. 
Ook toen de kinderen nog jong waren, was ik regelmatig tot 
’s avonds laat op pad om mensen te interviewen. Als ik dan om half één ’s nachts onze straat in kwam rijden, brandde er in één huis licht. Het onze. Want daar zat mijn man op me te wachten tot ik thuiskwam van mijn werk. Dat is liefde.”

Leeftijdsverschil

“Bij begrip ‘samen oud worden’ denken we onbewust dat je samen als stel in een gelijk tempo en op dezelfde manier ouder wordt. Maar dat is in de meeste gevallen niet zo. Ja, je wordt ouder, maar een ieder op zijn eigen manier. Nu is het samen ouder worden in mijn geval praktisch al niet mogelijk. Mijn man is zeventien jaar ouder dan ik. Hij is tachtig en ik drieënzestig. Ik leef nog steeds in de hoogste versnelling, mijn agenda is tot de nok toe gevuld met afspraken. Bij mijn man gaat het allemaal iets langzamer. Hij wordt wat dover en ziet minder goed. Wat niet wil zeggen dat hij achter die spreekwoordelijke geraniums zit hoor, integendeel. Hij is altijd aan het werk. Op het moment werkt hij aan een boek dat binnenkort uitkomt. Hij is het type dat in zijn graf nog steeds stukjes ligt te typen. Ergens blijft hij dat kleine, enthousiaste jongetje. Hij brengt nog altijd iets ontregelends met zich mee. Maar ja, soms merk ik het leeftijdsverschil wel. Onlangs waren we met z’n tweeën in Tunesië. Ik had, zonder erbij na te denken, een huisje geboekt boven op een berg. 
Ik stamp vrolijk die berg op, alleen gaat dat bij hem wat minder makkelijk. Na zo’n honderd meter wacht ik even op hem. Hij zegt dan: ‘Je hoeft niet steeds achterom te kijken hoor!’ Dan ben ik ongeduldig en treft het me ineens: hij wordt ouder… De kunst is dat op zo’n moment los te laten, in je eigen tempo naar boven te lopen en elkaar daar weer te treffen. Dat lukt ons gelukkig ook. Niet veel later kwamen we in het huisje aan en hebben we het er verder ook niet meer over gehad.”

Seks en verbinding

“Mijn man en ik hebben nog steeds een goed seksleven. Natuurlijk verandert de manier waarop je seks hebt als je ouder wordt. Het roept meer ontroering bij me op, er is meer aandacht en minder haast. Nog steeds is het even mooi. Mijn man kan nog prima vrijen zonder Viagra. Maar zelfs als Viagra op een gegeven moment wel nodig zou zijn, weet ik niet eens of ik dat zou willen. Er zijn nog zoveel andere manieren om op een fijne manier samen te genieten van seks. Seks is voor mij in een relatie wel heel belangrijk ja. Ik zou niet zonder kunnen. Seks werkt enorm verbindend. Het heeft het vermogen alle eventuele plooien in een relatie glad te strijken. Het levert een connectie op die heel anders is dan samen een museum bezoeken. Tijdens een goed potje seks valt al het andere even in het niet.
Seks, intimiteit en liefde zijn absoluut niet aan leeftijd gebonden. Dat wist ik allang, maar met het boek ‘Late liefde’, gevuld met verhalen uit mijn rubriek ‘De liefde van nu’ uit de Volkskrant, wil ik dit delen met een breder publiek. Eén van de mooiste verhalen vind ik die van een man en een vrouw die elkaar elke week een ochtend ontmoeten in een koffietentje. Ze drinken drie cappuccino en doen niets anders dan praten. Na twee uur staan ze op en nemen ze afscheid met een innige knuffel. De gesprekken bieden zó veel intimiteit, dat seksueel contact voor hen niet nodig is. Voor mij laat dit verhaal zien dat er zoveel meer vormen van liefde mogelijk zijn die wij met z’n allen bedenken. Liefde, intimiteit of seks kent geen vaste vorm, als het voor beide partijen maar werkt en bevredigend is.”

Beklemmend

“Ik wil af van het toch vrij hardnekkige beeld dat mensen van boven de 55 achter de geraniums verdwijnen en zo de dagen slijten. Ik merkte dit ook weer, toen ik de eerste cover van mijn boek kreeg aangeleverd. Er stond een ouder stel op, dat op een bankje zat en elkaars handen vasthield. Het beeld dat een ‘ahhh-wat-schattig-zo-wil-ik-ook-oud-worden-gevoel’ oproept. Gezapig. Braaf. Weg levenslust, weg sensualiteit. 
De verhalen in dit boek laten je zien dat je boven je 55e juist méér kan genieten van seks. 
Je weet wat je wilt. Gêne over je lichaam heb je al jaren geleden van je afgeworpen. 
Je hebt tijd en ruimte om te genieten. Bijvoorbeeld het verhaal van de 83-jarige Paul, die op een slaperige nieuwjaarsdag zijn vrouw verleidt om ‘nog eens lekker samen klaar te komen’. En zij, die zich daar op een lome manier, vol vertrouwen, rust én plezier aan overgeeft. 
En natuurlijk zijn er ook droevige verhalen. Ik moet nu denken aan een man wiens vrouw al vrij snel in de relatie aangeeft geen seks meer te willen. De man wil het wél heel graag. Hij probeert erover te praten, maar zij houdt de boot af. Tijdens hun relatie heeft het stel te maken gekregen met een doodgeboren kindje. De man heeft het gevoel het bestaan van dat kindje te ontkennen als hij zijn vrouw zou verlaten. Dus ‘moet’ hij van zichzelf bij haar blijven, ook al stikt hij van verlangen. Lang geleden, dat verhaal staat niet in het boek, sprak ik een ouder stel dat hun relatie had opengegooid. De vrouw wilde dat eigenlijk helemaal niet. Maar ze voelde de druk mee te gaan in deze relatievorm, omdat haar man haar anders zou verlaten. De man had allerlei vriendinnen met wie hij precies hetzelfde deed als met haar. Hij at met hen bij dezelfde restaurants en bezocht bijvoorbeeld de kermis waar hij altijd met zijn vrouw naartoe ging. De vrouw stond het met tegenzin toe, maar eiste wel van de man dat hij dan om 19.00 uur thuis was. Ontzettend beklemmend en beperkend, van beide kanten. Wat doe je elkaar aan, denk ik dan! Een relatie geeft veel meer voldoening als je elkaar vrij laat en de ander ziet voor wat hij of zij is.”

Eigen ruimte

“Mijn liefdesles? Dat is denk ik wat ik net al zei: dat je aan de ene kant samen bent, maar dat je iemand ook zijn of haar eigen ruimte moet gunnen. Laat je partner zichzelf zijn. 
Je ziet wel eens van die mensen die een partner zien als ‘projectje’. In de zin van ‘dat leren we hem wel af’. Niet doen! Dat zit hem vaak in de kleine dingen, de sportsokken die ‘echt niet kunnen’ of een rare gewoonte die maar eens moet stoppen. Mensen kunnen zich veel te veel aantrekken van wat hun partner doet. Alsof dat ook op hen neerslaat. Als een goede vriend van je pimpelpaarse sokken wil dragen, dan heb je daar ook geen probleem mee. Alleen als het je partner is, begin je te steigeren. Dan zegt dat ook wat over jou. Maar wat een ander doet, zegt nooit iets over jou.
Daarnaast is het normaal als mensen veranderen. Dat is net zo goed een les voor mij. Je geest blijft hetzelfde, maar je komt net wat minder snel die berg op. Het is wat het is.”

Wil je graag het boek ‘Late liefde‘ lezen? Klik voor meer informatie op onderstaande button.

Tekst: Marianne ter Mors
Foto: Getty Images

Meer Mijn Geheim? Neem nu een digitaal abonnement of bekijk de Facebook-pagina.