hond

Na 8 maanden is Hannah nog niet over de dood van haar hond heen

Hannah (38) verloor vorig jaar haar hond Rex. Na 8 maanden is ze nog niet over zijn dood heen. Ze stuit regelmatig op onbegrip in haar omgeving: ‘Mensen verklaren me voor gek, maar we hadden echt een bijzondere band.’

Hannah: “Elke week blader ik van begin tot eind door Rex’ fotoalbum. Het is bijna dertig pagina’s dik en er staan foto’s in van onze eerste ontmoeting, toen hij een pup van nog maar zes weken was, tot na zijn dood. Die laatste bladzijden sla ik altijd heel snel om. Liever kijk ik niet naar hoe de dierenarts met hem bezig was en hoe hij achteraf in zijn mand lag, zijn ogen dicht, zo dood. Ik moet er van mezelf naar kijken om het allemaal te verwerken, maar dat lukt niet zonder te huilen.
Dan blader ik maar weer snel terug naar het begin: de puppyfoto’s en de eerste jaren. Dat doet ook pijn, want dan mis ik hem nog meer, maar ik word er ook blij van. Hij is zo lang bij me geweest en hij was mijn beste vriend. We hebben samen zo veel meegemaakt. Ik vind het zelf niet gek dat je de dood van zo’n goede kameraad niet in een paar maanden verwerkt – dat geldt toch ook als je een dierbaar persoon verliest? Maar ik merk dat daar in mijn omgeving heel anders over wordt gedacht.”

Niet eerlijk

“Rex’ overlijden kwam niet echt onverwacht, maar toch ook weer wel. Hij was een Engelse springer spaniel en die worden gemiddeld twaalf tot veertien jaar. Dus toen Rex twaalf was geworden, wist ik wel dat ik hem niet nog vijf jaar bij me zou hebben. Ik hoopte het wel, er zijn altijd uitzonderingen en Rex was altijd gezond geweest. Maar hij begon steeds meer kwalen te vertonen en uiteindelijk bleek hij aan leverfalen te lijden. De dierenarts adviseerde om hem te laten inslapen, omdat hij binnen enkele weken heel ernstig ziek zou worden. Dan zou ik misschien wel midden in de nacht bij een onbekende dierenarts staan en moest hij acuut euthanasie krijgen. Als ik er nu voor zou kiezen, kon het mooi en rustig gaan en zou ik Rex een heel nare lijdensweg besparen.
Uiteraard geloofde ik dat niet zomaar en ik ging voor een second opinion naar een andere dierenarts, en daarna voor een third opinion naar een gespecialiseerd dierenziekenhuis. Ik belde dierenartsen door het hele land: was er dan niets meer mogelijk? Medicatie? Een nieuwe lever? Maar nee, overal kreeg ik hetzelfde antwoord.
Uiteindelijk wist ik met mijn verstand dat ik Rex moest laten gaan. Mijn hart was een heel ander verhaal – ik kon het echt niet aan. Maar het moest, Rex was op. Het zou niet eerlijk zijn om hem in leven te houden. Gelukkig wilde de dierenarts bij mij thuis komen en kon het allemaal precies gaan zoals ik het wilde. Ik hield Rex vast en aaide hem, heel voorzichtig ging de eerste spuit erin en daarna de tweede en toen was hij weg. En brak mijn hart.”

Hij voelde stemmingen aan

“Ik kocht Rex toen ik vijfentwintig was en net een relatie van twee jaar achter de rug had. Twee jaar waarin ik meerdere malen was bedrogen. Mijn vader heeft mijn moeder vroeger ook bedrogen en dat leidde tot een scheiding waar ik als kind veel last van heb gehad. Dat degene met wie ik dacht oud te worden nu ook vreemdging, deed daardoor dubbel pijn. Ik besloot dat ik in mijn eentje beter af was en vervulde een wens die ik al heel lang had: een hond.
Via via kwam ik bij de fokker van een nestje Engelse springers terecht en ik was meteen verkocht. Rex kwam naar me toe en ik heb de andere hondjes niet eens gezien – ik wist meteen dat ik deze moest hebben. Vanaf het begin hadden we zo’n sterke band. Ik nam hem overal mee naartoe en waar hij kwam, bracht hij zo veel blijdschap. Hij was echt heel bijzonder: zelfs mensen die niet van honden hielden, hielden van Rex. Kinderen die bang voor honden waren, hielp hij van hun angst af. Hij voelde altijd aan wat iemands stemming was en gaf dan precies wat diegene nodig had.
Zo hielp hij mij nog twee keer over een relatiebreuk heen en was hij er voor me toen ik mijn lievelingsoom verloor. Maar ook als ik in de herfst of winter een beetje down was vanwege het weer, zorgde Rex ervoor dat ik meer buiten kwam dan anders. Echt, dan ging hij vaker dan normaal bij de deur staan en liep ik soms wel een halfuur of een uur per dag langer. Door de buitenlucht en het licht voelde ik me dan beter.
Ik weet dat veel mensen me voor gek verklaren als ik dit zeg, maar ik geloof gewoon echt dat Rex en ik zo’n sterke connectie hadden dat hij dit aanvoelde. Dat maakt het ook wrang dat juist bij zo ongeveer het grootste verdriet dat ik ooit in mijn leven heb gehad – zijn verlies – hij er niet is om me te troosten.”

Huilen onder een deken

“De eerste dagen na Rex’ dood waren een hel. Ik had een week vrij genomen van mijn werk, omdat ik wist dat ik het zwaar zou krijgen. Mijn bed kwam ik amper uit – waarom zou ik, er wachtte toch niemand op me. Ik lag voornamelijk te huilen onder de deken of foto’s te kijken. In die dagen heb ik ook dat album samengesteld. Vrienden en familie waren zo lief, ze kookten voor me en ontfermden zich over mij. ‘Net of er echt een dierbare dood is’, zei mijn zus. Dat vond ik wel vreemd: hoezo ‘net of’? Voor mij wás er een dierbare dood.
Na een week begon ik te merken dat het voor mijn omgeving wel zo’n beetje klaar was. Rex was gecremeerd, zijn spulletjes had ik op zolder opgeruimd en ik had een mooie grote foto van hem in de kamer staan. Ik ging weer werken en na de eerste dag terug op mijn werk werd er eigenlijk nooit meer naar Rex of mijn verdriet gevraagd. Dat vond ik zo vreemd. Rouw is toch niet in een week over? Voor mijn gevoel was het proces pas net begonnen.
Het verdriet overviel me op de gekste momenten, ook op het werk. Een collega kreeg een pup, dat vond ik lastig. Ik was er nog lang niet aan toe om Rex te ‘vervangen’. Toen zij trots de foto’s van haar hondje liet zien, schoot ik vol. Dat was ongeveer vier weken na de dood van Rex en ik merkte toen voor het eerst dat mijn verdriet voor onbegrip zorgde. Mijn collega’s reageerden wat ongemakkelijk en lacherig. ‘Er zijn nog pups uit het nestje, hoor’, zei degene van wie het hondje was. Lief bedoeld, maar zo werkt het voor mij niet. Talloze malen hoorde ik ‘dan neem je toch een nieuwe’, maar voor mij was Rex als een kind. Een nieuwe hond zou misschien die lege mand opvullen, maar niet de leegte die ik van binnen voel. Uiteindelijk zal ik wel weer een hond nemen, maar nu nog niet. Nu ben ik nog vol van Rex.”

Te moeilijk

“Het onbegrip van mijn collega’s stond niet op zichzelf. Steeds vaker merkte ik dat mensen echt niet begrepen waarom ik nog niet over Rex’ dood heen was. Zelfs mijn moeder, een groot hondenliefhebber, zei na vier maanden dat het wel tijd werd om me er eens overheen te zetten. Vriendinnen snapten het ook niet en ik merkte dat ik ook niet meer echt met mijn gevoel hoefde aan te kloppen.
Maar weet je, ik woon alleen, ik heb geen relatie, geen kinderen – Rex was zo’n groot onderdeel van mijn leven. Ik kan me voorstellen dat wanneer je een gezin hebt, een hond een andere rol heeft. Zo was het bij mij niet. Rex en ik waren zo veel samen. Elke dag liep ik drie uur met hem. Sinds zijn dood heb ik ‘ons’ rondje niet meer gelopen, dat vind ik te moeilijk. Ik heb genoeg vrienden, maar niemand die me zo goed aanvoelt als hij deed.
Als ik het zo vertel, klinkt het misschien alsof we een soort ongezonde relatie hadden, maar zo is het ook weer niet. Ik snap dat mensen zeggen dat hij ‘maar’ een hond was, dat was hij ook. Maar hij was wel míjn hond. En voor mij was hij heel bijzonder.”

Misschien wel meer

“Vorige week kwam ik in een park een hond tegen die erg op Rex leek. Echt, het had een broertje kunnen zijn. Ik schrok en ben meteen naar huis gegaan, waar ik de rest van de middag heb gehuild. Ik belde mijn moeder en zij kwam naar me toe. Niet om me te troosten maar om met me te praten, bleek. ‘Ik denk dat het tijd wordt dat je hulp gaat zoeken bij je verdriet’, zei ze. ‘Ik weet dat Rex belangrijk voor je was, maar dit gaat wel heel ver.’ Ze liet me beloven dat ik een therapeut ga zoeken die me kan helpen Rex’ dood te verwerken.
‘En misschien wel meer’, zei mijn moeder. Ik vroeg wat ze daarmee bedoelde en ze zei dat ze het idee heeft dat er meer achter mijn verdriet zit. Heb ik de scheiding van mijn ouders ooit goed verwerkt? Mijn pijnlijke relatiebreuken? Het feit dat ik wel moeder wil worden maar dat dat als single lastig is? Toen ze weg was, voelde ik me vreemd. Zou het echt zo zijn dat ik hulp nodig heb of begrijpt mijn moeder gewoon niet hoe sterk de band met een hond kan zijn? Ik ben er nog niet uit. Veel mensen hebben een huisdier maar besteden er niet al te veel aandacht aan. Dan doet het verlies misschien minder pijn.
Ergens vind ik het ook iets positiefs dat Rex’ overlijden me nog altijd verdrietig maakt. Vanaf de eerste seconde voelde ik zo’n sterke band met hem en dat is altijd gebleven. Ik heb een heel mooie vorm van vriendschap gehad. Verdriet en rouw zijn de keerzijde van liefde. Dat heeft ook iets moois.”

Tekst: Mariëtte Middelbeek. Om privacyredenen zijn alle namen veranderd, de echte namen zijn bekend bij de redactie.​​​​​​

Meer persoonlijke verhalen lezen? Neem nu een digitaal abonnement op Vriendin.