Placeholder

Lezen: Nooit meer hetzelfde, Anja du-Bois (deel 1)

Anja’s man Herman zat jaren onterecht vast voor de Puttense moordzaak. Het is een van de grootste gerechtelijke dwalingen in Nederland. In Nooit meer hetzelfde vertelt Anja openhartig wat er gebeurt als een gezin door zo’n onvoorstelbaar lot wordt getroffen. Op Vriendin.nl kun je deze week het eerste hoofdstuk lezen.

Anja’s man Herman zat jaren onterecht vast voor de Puttense moordzaak. Het is een van de grootste gerechtelijke dwalingen in Nederland. In Nooit meer hetzelfde vertelt Anja openhartig wat er gebeurt als een gezin door zo’n onvoorstelbaar lot wordt getroffen. Op Vriendin.nl kun je deze week het eerste hoofdstuk lezen.

Putten, zomer 1994

‘Kom op, jongens, opschieten nu.’ Ik gris twee petjes van de kapstok en loop door naar de keuken. ‘Mies, als je kleurboek mee moet,’ probeer ik boven de tv uit te komen, ‘dan zul je het nu moeten pakken! En laat Mark met rust.’ Ik probeer het gestoei in de kamer te negeren en open de koelkast, probeer te bedenken wat ik zal meenemen voor onderweg. Tomaatjes, komkommer, pakjes sap… Bloedheet gaat het worden volgens John Bernard en die zit redelijk vaak goed. ‘Hm, binnenkort ook nog iets verzinnen voor de ruiten van de Kadett,’ mompel ik voor me uit. De temperatuur in de auto kan nogal flink oplopen tijdens zo’n ritje. Vooral achterin bij de jongens. Poehpoeh, ik voel het zweet over mijn rug naar beneden lopen, lekker zo, met die koelkast open. Ik stop vier pakjes appelsap in mijn tas en vul voor mezelf een flesje water. ‘Jongens,’ roep ik richting kamer, ‘breng jullie bordjes even naar de keuken en hou op met dat geklooi.’ Meteen heb ik spijt van die laatste woorden. Michel en Mark zijn uitgelaten, natuurlijk zijn ze dat. En straks weer die lange auto rit, juist goed dat ze even lekker uitrazen. ‘Willen jullie chips mee,’ vraag ik zo vrolijk mogelijk, ‘of die lekkere koekjes van vorige week?’
‘Chips chips chips,’ klinkt het in koor.
Natuurlijk, ze zullen het een keer niet eens zijn. Ik glimlach als vanzelf en stop een paar zakjes chips erbij. Ook een stuk beter met dit hete weer; de favoriete chocoladekoekjes zouden maar smelten. ‘Mam,’ Mark staat ineens naast me, ‘Jaap gaat vandaag naar het zwembad.’ Hij kijkt omhoog, samenzweerderig bijna. ‘Wij niet, hè?’
'Nee, jongetje, wij niet,’ zeg ik terwijl ik hem over zijn bol aai. ‘Ga je kleurtjes nu maar pakken, we moeten zo gaan.’ Maar hij is al in de kamer.
Ik werp een blik op een foto aan de muur en zucht eens diep. ‘Nee,’ mompel ik voor me uit, ‘wij gaan niet naar het zwembad…’
Ik pak de autosleutels. ‘Jongens, we gaan naar papa!’

Hoofdstuk 1 Putten schrikt op 

Maandag 10 januari 1994
‘Jee, Anja, wat ik nu gehoord heb.’ Herman kwam de keuken binnen gelopen, gaf me een kus, griste in één beweging een broodje van de plank en nam een hap. ‘Er is een moord gepleegd,’ zei hij met zijn mond vol. ‘Een moord, Anja, tss, dat geloof je toch niet?’
‘Een moord? Hier in Pútten? Doe normaal,’ zei ik een beetje lacherig terwijl ik het laatste broodje dichtklapte, op een bordje legde en het zo lang afdekte met wat folie. Ik liep met het bordje naar het tafeltje in de woonkamer. ‘Hoe dat zo? Wie dan?’ riep ik over mijn schouder. ‘Hoe kom je daar nu weer aan?’
‘Een oudere vrouw volgens mij.’ Herman was achter me aan gekomen naar de kamer en ging moeizaam zitten. Bezorgd keek ik hem aan. ‘Weer klote vandaag, hè, met je rug?’
‘Geen idee waarom het de ene dag slechter gaat dan de andere,’ zuchtte hij vermoeid. ‘Ik zou willen dat het eens overging, het duurt al veel te lang.’
‘Rust, maar vooral geduld,’ suste ik, ‘en ja, ik snap dat dat lastig is,’ zei ik er lachend achteraan. Ik gaf hem een kus. ‘Shit,’ zei ik op de klok kijkend, ‘zo laat al? Ik ga vlug de jongens van school halen.’


Meer lezen? Morgen verschijnt deel 2 van het hoofdstuk dat we mogen delen. 
Anja du-Bois € 17,50 Uitgeverij De Fontein