Placeholder

Het jaar van schaatsster Esmee Visser: ‘Er zijn sporters die dromen van goud, mij overkomt het’

Esmee Visser (22) schaatste in februari in Zuid-Korea de race van haar leven. Op haar eerste Olympische Spelen won ze goud op de vijf kilomet

Esmee Visser (22) schaatste in februari in Zuid-Korea de race van haar leven. Op haar eerste Olympische Spelen won ze goud op de vijf kilometer.

Het is vrijdag 16 februari en miljoenen tv-kijkers zien hoe Esmee Visser op de Olympische Winterspelen in Zuid-Korea een gouden race schaatst. Ze wint de vijf kilometer in een tijd van 6.50,23. Onverwacht, maar trefzeker schaatst Esmee ronde na ronde in 32 seconden en een beetje. Alles lijkt vanzelf te gaan. Op routine. Maar de werkelijkheid is anders. Esmee komt met haar 22 lentes pas net kijken bij het vrouwenschaatsen. Alleen daarom al is haar gouden plak een absolute sensatie. Zelf is ze alleen maar heel blij. Met haar grote blauwe kijkers staart ze minutenlang vol ongeloof naar het grote bord in de schaatshal waarop het in grote letters prijkt: Gold medaille: Esmee Visser, The Netherlands.

Overwinningsroes

Esmee: “Ik weet eigenlijk nog steeds niet wat ik precies dacht en voelde op dat moment. Ik zat in een roes. Een overwinningsroes. Na afloop van mijn race was ik vooral blij omdat ik, ongeacht op welke plek ik zou eindigen, heel goed had geschaatst. Opnieuw een persoonlijk record, het zoveelste in een korte tijd. Natuurlijk hoopte ik dat het genoeg zou zijn voor een medaille, maar ik wist het niet zeker. Er moesten toen nog twee ritten gereden worden, met daarin vier goede, ervaren schaatssters.

Op het middenterrein skypte ik nog met trainingsmaatjes uit Heerenveen toen mijn race ineens genoeg voor goud bleek. Ongelofelijk. Er zijn sporters die vier jaar lang hier naartoe leven, vier jaar lang trainen om dit te behalen, dromen van goud en mij overkomt het. Oké, ik heb er ook hard voor getraind, maar ik had er nooit één seconde bij stilgestaan dat ik nu al goud zou kunnen pakken. Sowieso was meedoen aan een Olympische Spelen iets waarvan ik altijd droomde. Als klein meisje al. Maar ik gokte niet op meedoen aan deze spelen, maar aan die van over vier jaar. Aan medailles dacht ik helemaal niet.”

Positieve flow

Onbevangen, zonder verwachtingen reist Esmee in februari af naar Zuid-Korea. In het Olympisch dorp loopt ze als een soort van Esmee in Wonderland rond. Alles is nieuw, groots en overweldigend. Ze geniet met volle teugen en komt als vanzelf in een positieve flow. Om de tijd te verdrijven, speelt ze een spelletje waarbij je aan de hand van vragen, speldjes moet zoeken in het dorp. Ze is er goed in en verzamelt het ene na het andere speldje. In no time zit haar hele rugzak vol kleurige Olympische souvenirs. Het verzamelproject is voor Esmee een welkome afleiding en ontspanning tot de dag waarop het allemaal moet gebeuren.

“Ik stond op de ochtend van de wedstrijd op en het eerste waar je als schaatsster mee bezig bent, is de vraag of je benen goed voelen. Niet te vermoeid of te zwaar. Na het ontbijt ben ik mijn wedstrijdvoorbereiding op de fiets gaan afwerken. Ik voelde meteen dat het wel goed zat met de vorm. En was er eigenlijk al helemaal klaar voor, maar moest nog een hele middag wachten voordat ik kon rijden.

Van mijn trainer Remmelt Eldering moest ik rusten in mijn hotelkamer. Tja, wat doe je dan? Om de tijd te doden, ben ik Chinese puzzels gaan maken. Even mijn gedachten verzetten. Ik weet ook nog dat ik in de bus onderweg naar de wedstrijd heel hard Ademnood van Linda, Roos & Jessica heb meegezongen met Remmelt. Ik denk dat ik toen al de meeste spanning van me af heb gezongen. Hoewel een deel natuurlijk terugkwam toen ik eenmaal op het ijs stond.

‘Doe maar net alsof je een trainingswedstrijdje rijdt in Thialf.  Doe wat je daar ook doet: hard schaatsen’, zei Remmelt nog. Ik wist dat mijn moeder en zus op de tribune zaten om me aan te moedigen, maar ik ben ze niet gaan zoeken. Mijn vader zat thuis. Hij heeft vliegangst en volgde de race met vrienden en familie op de televisie. Als je aan het schaatsen bent, sta je er niet bij stil dat zo veel mensen meeleven. Dat werd me pas duidelijk na de finish.”

Trotse vader

Tussen de interviews, ceremonies en andere plichtplegingen door knuffelt Esmee even snel met haar moeder en zus. En belt ze met haar vader. “Heel vet wat me nu overkomt”, horen we haar telkens op televisie zeggen. En: “Ik kan het nog bijna niet geloven.”

Op Schiphol, waar vroeger weleens een vriendin stond om haar te halen, kleurt het bij haar terugkomst in Nederland oranje. Juichende mensen, spandoeken met haar naam, bloemen. Allemaal voor haar. Ze wordt gehuldigd in veelvoud, geridderd en de natuurijsbaan in haar geboortedorp krijgt haar naam. Esmee knijpt die dagen wel duizend keer in haar arm. Het is alsof het niet echt is. Alsof ze droomt.

“Mijn ouders hebben me nooit gepusht, maar hebben op momenten dat het even tegenzat, wel altijd gezegd dat ik moest doorzetten. Het zijn echte schaatsfanaten. Vooral mijn vader is dol op de sport. Via hem ben ik de sport ingerold. Maar hij stopte al snel omdat hij zag dat ik veel beter was dan hij, hahaha. Dat hij trots op me is, zegt hij nooit met zoveel woorden, dat zit niet in zijn aard. Maar op televisie, toen hij bij DWDD zat, zag ik voor het eerst emoties bij hem. Hij sprak vol lof over mijn prestatie. En hoe hij erbij keek… Trots. Zo mooi.”

Dit interview komt uit ons kerstnummer. NU in de winkels en in onze webshop.

Het jaar van Monique Westenberg: ‘We willen graag nog een kindje’

 

Het jaar van Miriam: ze kreeg haar tweede kind met Marthijn en Jonathan

 

Het jaar van journalist Dominique: ‘Ik ben pas 49, natuurlijk heb ik geen Parkinson…’