Placeholder

Het gaat al snel genoeg

Ruud, het neefje van columnist Knof, komt logeren. Ruud speelt liever Grand Theft Auto dan dat hij bomen beklimt: hij is namelijk al heel volwassen.Tot de pannenkoeken tevoorschijn komen…

Ruud, het neefje van columnist Knof, komt logeren. Ruud speelt liever Grand Theft Auto dan dat hij bomen beklimt: hij is namelijk al heel volwassen.Tot de pannenkoeken tevoorschijn komen…

Neef Ruud kwam logeren. Ruud ging al bijna naar de middelbare, hij zat in de C1 en hij had een iPhone met spelletjes erop. Het grootste deel van de tijd lag hij op onze bank Grand Theft Auto te spelen, zijn hoofd nauwelijks boven zijn borst verheven, de voeten nonchalant op de salontafel. Stag en Olle lagen in soortgelijke posities aan weerszijden van hun grote neef en keken ingespannen met hem mee.

Buiten was het, eindelijk, zomer.

‘Wat is hier eigenlijk leuk aan?’ vroeg Olle.

‘Gast, dit is toch cool!’ zei Stag. ‘Hij heeft een bazooka, hoor!’

‘O ja,’ zei Olle.

Ruud zweeg.

‘Waarom gaan jullie niet naar de klimboom?’ vroeg ik.

Stag keek me met grote, kwade ogen aan. Hij had me nog zo gewaarschuwd om niets kinderachtigs tegen zijn grote neef te zeggen. Gelukkig had die niets gehoord. Ruud zweeg.

’s Avonds hielp hij me pannenkoeken bakken. ‘Ik kan ook guacamole maken,’ zei hij. ‘En risotto.’ ‘Wauw,’ zei ik. ‘Vind je koken zo leuk, dan?’

‘Nee, maar dan kan ik een romantisch dinertje koken, snap je? Chips met guacamole vooraf, risotto als hoofdgerecht en een pannenkoek toe.’

Ik knikte begrijpend.

‘Voor een vriendinnetje,’ voegde Ruud er voor de zekerheid aan toe. Volwassenen waren nogal traag van begrip. Die moest je alles goed uitleggen.

‘Hoor je dat?’ riep ik naar de bank. ‘Ruud kan koken. Voor zijn vriendinnetje.’

‘Hij heeft helemaal geen vriendinnetje,’ riep Stag terug.

Ruud zweeg.

‘Geeft niets,’ zei ik. ‘Die komt vanzelf wel.’

Toen de laatste hap pannenkoek was weggewerkt en drie jongens voldaan zaten uit te buiken, vroeg Stag: ‘Ga je Grand Theft Auto spelen?’

‘Neuh,’ zei Ruud. ‘Laten we naar de klimboom gaan.’

Pas toen het echt te donker werd om nog te klimmen, kwamen ze thuis. Onder de blauwe plekken, met mos in hun haar, zonder vriendinnetje.

‘Dit was echt vet,’ zei Olle.

‘Ja,’ zei Stag.

Ruud zweeg, maar hij zweeg met een intens tevreden glimlach op zijn gezicht. Dat vriendinnetje kon wel even wachten. De klimbomen waren nog lang niet op.

Meer van Knof lezen?
Knofs succesvolle debuut: Saladedagen

SALADEDAGEN is een onweerstaanbaar grappige en ontroerende roman over liefde, vader worden en de groeipijnen die daarbij horen. Ondanks zijn vele blunders – of misschien wel juist daardoor – weet Lennart keer op keer het hart van de lezer te winnen.

Wil je meer lezen van Knof? Bestel dit boek nu op ako.nl (zonder verzendkosten!)