anita-stelen-kinderen

Anita: ‘Ik steel om mijn kinderen iets extra’s te kunnen geven’

Als alleenstaande moeder heeft Anita (39) het niet breed. Een paar maanden geleden ontdekte ze per ongeluk hoe makkelijk het is om spullen de supermarkt uit te smokkelen. “Bijna dagelijks vul ik nu onze avondmaaltijd aan met gestolen etenswaar.”

Anita: “Het begon heel onschuldig. Mijn zoontje Mees hielp met boodschappen doen en stopte de pot pindakaas in mijn boodschappenmand, in plaats van op de band. Iets waar ik pas na het afrekenen achter kwam. Wat een mazzel, zomaar tweeënhalve euro gratis, dacht ik. Het voelde alsof ik een cadeau had gekregen. Daarna kon ik me niet inhouden. Ik deed na het wegen een hand sperziebonen en twee tomaten extra in het groentezakje. Niemand die me bij de kassa terugstuurde om opnieuw te wegen. Het gaf me een kick om zo makkelijk aan iets extra’s te komen. Als het zo simpel was, waarom dan niet wat meer en vaker?”

Achteloos

“De keer erna moest ik tandpasta hebben. Dat kost drie euro, dat kwam me eigenlijk fi nancieel niet uit. Ik legde een krop sla en een zak aardappelen opvallend in het zicht in de boodschappenkar en liet de tandpasta daarna achteloos in mijn rieten mand vallen, die ik achter in het karretje had gezet. Zogenaamd per ongeluk. Mocht iemand me hebben gezien, dan zou ik mijn meest onschuldige gezicht opzetten: ‘Goh, wat dom van me.’ Maar ik werd niet gepakt. Althans, zeker de eerste twintig keer glipte ik overal doorheen en vulde ik bijna dagelijks ons avondmaal aan met gestolen etenswaar. Dat merkten we meteen aan ons eetpatroon. Waar de jongens en ik voorheen dagenlang brood met pindakaas aten en ’s avonds een bord simpele macaroni met gehakt of diepvriesspinazie, wisselde ik het nu af met verse groenten. Of ik kon, omdat ik dus geen dure tandpasta hoefde aan te schaffen, uitpakken met lekkere vla of verse ananas toe. Ik zorgde er altijd voor dat ik kleine dingen liet verdwijnen in mijn rieten mand, zodat het eruitzag als een oenige actie. Een fles wasmiddel zette ik keurig op de band, het zakje Parmezaanse kaas en de lollies voor de kinderen vergat ik zogenaamd af te rekenen. Denk daar een lieve glimlach en een hartelijk ‘Goedemiddag’ bij en zo liep ik keurig met mijn ‘vergeten boodschappen’ langs de kassa.”

Echt niet trots op

“Ik ga mijn gedrag niet goedpraten, maar als het niet nodig was, zou ik het nooit doen. Ik heb strenge normen en waarden meegekregen en ‘meenemen zonder betalen’ kan absoluut niet. Dat vertel ik mijn kinderen ook altijd. Ik ben er bij hen heel streng in. Ooit nam Max per ongeluk een autootje mee bij Blokker. Hij was net twee en het speelgoed lag op buggyhoogte. Buiten zag ik het in zijn vuistje geklemd en ik keerde direct om. Ik heb het hem zelf terug laten geven en maakte honderden excuses. Max brulde, maar het meisje achter de kassa roemde mijn gedrag. ‘Het gebeurt heel vaak dat kleine kinderen iets meenemen, maar niet iedere moeder brengt het terug.’ Ik ben er echt niet trots op dat ik zelf al maanden steel. Ik pik ook alleen eerste levensbehoeften, geen make-up, kleding, of andere spullen voor mezelf.

Het gekke is dat ik een goede baan heb. Ik werk 24 uur per week bij de gemeente als managementassistente. Elke maand komt er aan salaris en toeslagen 1300 euro binnen. Veel meer dan een bijstandsmoeder heeft, maar er gaat wel ruim 1100 euro aan vaste lasten uit: 350 euro aan hypotheek, bijna 200 aan ziektekosten, 60 aan gemeentebelastingen, 187 aan gas, water en licht, 60 aan telefoon en kabel en 75 aan verzekeringen. De aflossing van een oud persoonlijk krediet kost me nog 220 euro en aan kleding en ondergoed voor de jongens ben ik 30 euro kwijt. Als ik nog 50 euro spaar voor onvoorziene dingen, zoals toen laatst de vaatwasser ermee stopte, houd ik 150 euro over voor boodschappen voor de hele maand. Dat is bepaald geen vetpot. Ik ben het niet gewend om zo zuinig aan te doen. Dat hoefde vroeger nooit en ik heb veel moeite mijn uitgavenpatroon aan te passen. Maar op dit moment zie ik geen mogelijkheden mijn salaris aan te vullen. Meer werken zit er niet in, want vanwege de crisis zijn mijn uren bevroren. Bovendien kan ik anders mijn kinderen niet van school halen en maak ik ook weer kosten voor naschoolse opvang. En van mijn ex hoef ik ook geen steun te verwachten.”

Lees ook: Barbara: ‘Ik heb gestolen van mijn eigen kinderen’

Weinig puf

“Tot vier jaar geleden leidde ik een comfortabel leven. Ik was getrouwd en er kwamen twee salarissen binnen. We konden twee keer per jaar op vakantie: een weekje Oostenrijk in de winter, twee weken Spanje in de zomer. Maar toen werd mijn man verliefd op een jeugdvriendin en vertrok hij van de ene op de andere dag. Hij deed afstand van zijn deel van ons huis, waardoor ik in onze koopwoning kon blijven wonen. Ik betaal nu maar 350 euro hypotheek, een bedrag waar je in mijn stad bijna geen appartement voor kunt huren. We schakelden een mediator in, die alles goed voor ons zou regelen. Omdat mijn ex zo genereus was met het huis, werd hem door de rechter slechts 175 euro alimentatie per kind opgelegd. Maar van dat bedrag heb ik nooit één cent gezien. Hij is namelijk vrij snel met zijn nieuwe vriendin naar Spanje geëmigreerd en eenmaal uit het zicht heeft hij zichzelf failliet laten verklaren. Zogenaamd omdat hij een slechtlopend bedrijf had gekocht in Spanje. Maar ik vermoed dat hij zijn bezittingen en zijn spaargeld heeft doorgesluisd naar zijn nieuwe vriendin. Geld voor een goede advocaat heb ik niet en ik heb ook weinig puf om me erin te storten. Emotioneel heeft de scheiding er fl ink ingehakt. Het doet me ook veel verdriet dat hij amper meer naar zijn kinderen omkijkt. Zij snappen niet waarom hij zo weinig interesse in hen toont. Ze liggen soms te huilen in bed, omdat ze hun vader zo missen. Ik probeer nu een zo goed mogelijke moeder te zijn en te zorgen dat het hun aan zo weinig mogelijk ontbreekt. Ook al moet ik dat op illegale manier doen.”

Schaamrood op de kaken

“Mijn buurtsuper laat ik links liggen. Ik ben als de dood dat ik word betrapt door een buurvrouw of een juf van school of dat ze zien dat ik aangehouden word door de winkelmanager. Ook zal ik nooit stelen waar mijn jongens bij zijn. Ik ben namelijk al een paar keer op mijn stiekeme gedrag aangesproken. Tot nu toe steeds zonder politie, godzijdank. Eén keer zei een vakkenvuller zachtjes, toen ik de boodschappen op de band legde: ‘Mevrouw, vergeet u de kipkluifjes niet?’ Ik denk dat hij me al had betrapt toen ik het vlees in mijn mand stopte. Ik werd rood, maar herpakte mezelf en speelde mijn vooraf bedachte toneelspel van de chaotische moeder met verve. ‘O sorry, ik ben ook zo klunzig!’ Een andere keer, in een andere supermarkt, zag de caissière de fl es limonadesiroop die ik onder de sjaal had weggemoffeld. Ik speelde weer de vermoorde onschuld en rekende de siroop alsnog af. Erger was de reprimande die ik onlangs kreeg toen ik met boodschappen en al op weg was naar de uitgang. Ik werd door de bedrijfsleider op mijn schouder getikt: of ik even wilde meelopen naar zijn kantoor? Met het schaamrood op mijn kaken ben ik achter hem aan gelopen, schichtig om me heen kijkend. De man wond er geen doekjes om: hij had zelf gezien dat ik twee tubes tandpasta in mijn mand had gestopt en die vervolgens niet had betaald. Ik begon te huilen en verzon ter plekke een verhaal om te voorkomen dat hij er politie bij zou gaan halen. Wat ik precies zei, wil ik liever niet vertellen, maar hij geloofde me. Voor deze ene keer kreeg ik een boete van 25 euro en moest ik de tandpasta teruggeven.”

Glunderende gezichtjes

“Ondanks die vernederende ervaringen en de schaamte kan ik het stelen niet laten. Ik schat dat ik zo’n drie à vier keer per week stiekem wat meesmokkel en ons huishoudgeld daarmee met ongeveer tien à vijftien euro per week ophoog. Geen mega-bedragen, en ik denk ook niet dat de supermarkten in de rode cijfers raken. Bovendien wissel ik mijn ‘werkgebied’ af. Ik woon in een grote stad, op bijna elke hoek zit wel een Dirk van den Broek, Jumbo, Lidl of Aldi. Meestal ga ik naar zes verschillende zaken, zowel de goedkopere als de dure, waar ik budgetmerken haal. Als ik eenmaal ben betrapt in een supermarkt, laat ik die weken links liggen. Voorlopig heb ik nog genoeg keuze, er zijn zat winkels waar ik nog nooit geweest ben. Het betekent wel dat ik soms wat langer moet fi etsen. Er gaat daardoor best veel tijd zitten in boodschappen doen. Sowieso spreid ik mijn aankopen per supermarkt. Ik heb nooit een hele kar vol en doe vrijwel dagelijks een paar boodschapjes, waarbij ik steeds iets meesmokkel: een zak macaroni voor 30 cent, uien voor 60 cent of een kilopak rijst. Zolang ik uit handen van de politie weet te blijven, blijf ik op deze manier mijn budget aanvullen. Hoe slecht ik me ook voel als ik weer een leverworst of twee saucijzenbroodjes in mijn mand wegmoffel, ik geniet van de glunderende gezichtjes van mijn jongens als ik ze ’s avonds met die traktatie verwen.”

Lees ook: 5 tips om minder tijd in de supermarkt door te brengen