Placeholder

Peter R. de Vries: ‘Kelly durft haar droom na te jagen’

Al op haar negentiende besloot Kelly de Vries een stichting op te richten om kinderen in Afrika te helpen. Haar organisatie Meet Kate heeft inmiddels al veel bereikt in Ghana. Maar wat vindt vader Peter R. de Vries ervan dat zijn dochter zo vaak zo ver weg is? “Dat het goed gaat daar, maakt het voor mij wel makkelijker.”

Je was negentien toen je begon met Meet Kate. Hoe verzin je zoiets, en waarom in Ghana?

Kelly: “Ghana was eigenlijk toeval, daar ben ik ooit terechtgekomen als vrijwilliger. Maar het zaadje werd bij mij al jaren eerder geplant, toen ik met mijn ouders op vakantie ging in Zuid-Afrika. Behalve op safari namen ze mijn broertje en mij ook mee naar de sloppenwijken van Johannesburg. Als meisje van vijftien kwam ik daar met het idee dat Afrikanen arm en zielig waren, dat kindjes daar rondliepen met dikke buiken van de honger. Maar ik zag daar naast die armoede vooral mensen die het beste van hun leven probeerden te maken. Dat was een kant van Afrika die ik niet kende en waar ik meer van wilde weten.”

En hoe vindt een vader dat, als zijn dochter naar Ghana vertrekt?

Peter: “Veel mensen denken dat ik daar veel moeite mee heb en het vervelend vind. Maar zo heb ik het eigenlijk nooit bekeken. Ik ben heel trots op Kelly. Ik vind dat je je dromen moet najagen en de uitdagingen moet aangaan die je tegenkomt. Dat doet ze. Dat het goed gaat daar, maakt het natuurlijk wel makkelijker. Als ik verhalen had gehoord over dat het moeilijk of zelfs gevaarlijk zou zijn, zou Ghana waarschijnlijk een eind weg lijken. Maar ze heeft het daar ontzettend naar haar zin. En de wereld is tegenwoordig met sms, Skype en e-mail zoveel kleiner geworden. Toen Kelly nog in Amsterdam woonde, sprak ik haar soms minder vaak dan nu. Als je gevoelsmatig dichtbij elkaar woont, denk je sneller: geen nieuws is goed nieuws. Vanuit Ghana is altijd wel iets te melden.”

Zat dat aanpakken er vroeger al in bij Kelly?

Peter: “Ik kan niet zeggen dat ik dit toen al voorspeld heb, maar het verrast me ook niet. Kelly was als klein meisje al zelfbewust, iemand die wist wat ze wilde. Mijn vrouw en ik wisten al dat wat ze ook ging doen, het iets bijzonders zou zijn. We konden ons niet voorstellen dat Kelly in een klein kantoortje zou gaan zitten om debet- en creditstanden bij te houden.” Kelly: “Wat ik trouwens wel ooit heb gedaan, als bijbaantje…” Peter: “Op school was ze altijd goed, met geweldige cijfers. We merkten dat er veel in zat: ze was slim, onderzoekend, niet bang om een andere weg in te slaan en andere paden dan de gebaande paden te bewandelen.”

Wat heb jij vroeger van je vader geleerd, wat je nu goed van pas komt?

Kelly: “Hij was voor zowel mijn broertje als voor mij het voorbeeld van iemand die door keihard te werken de top kon bereiken. Mijn vader heeft niet gestudeerd. Dat vond hij voor ons wel belangrijk, maar tegelijk leerden we dat je alles kunt bereiken als je maar bereid bent ervoor te werken. Het kan zijn dat je een keer valt, maar daar leer je van en je wordt er alleen maar sterker van. Mijn ouders hebben ons altijd gestimuleerd. In plaats van te zeggen: ‘Zou je dat nou wel doen, helemaal naar Afrika?’ hebben ze altijd gevraagd wat ik vond en hoe ik het wilde aanpakken. Natuurlijk waren ze kritisch, maar ze lieten het mij wel zelf uitzoeken en doen.”

Peter, jij bent ambassadeur van Meet Kate. Wat houdt dat precies in?

Peter: “Ik probeer wat de stichting doet over het voetlicht te brengen, fondsen te werven en publiciteit te genereren. Daarnaast ben ik ook een klankbord voor Kelly; ik draag ideeën aan en we sparren regelmatig over wat we nog kunnen ondernemen, hoe we nog meer geld kunnen binnenkrijgen, welke acties we kunnen doen, enzovoort. Heel breed, eigenlijk. Ik ben pas na twee jaar ingestapt, de eerste tijd heeft Kelly het op eigen kracht gedaan. Hoewel ik ook in die tijd natuurlijk heus wel heb meegedacht.” Kelly: “Maar toen meer als vader.”
Peter: “Ja precies, nog niet in de functie van ambassadeur. Toen haar idee na twee jaar serieus gestalte kreeg, vond ik de tijd rijp om officieel mee te werken. Met mijn naamsbekendheid kan ik soms iets meer bereiken.”

Waren er momenten in Ghana waarop je radeloos werd omdat alles fout ging?

Kelly: “Natuurlijk! En nog steeds. Er zijn genoeg situaties die hartstikke moeilijk zijn. Afgelopen december waren we bijna klaar met de bouw van onze basisschool, toen iemand op de bouwplaats geëlectrocuteerd werd en overleed. Hij was bezig met een betonmolen, het had net geregend en op de een of andere manier is die molen onder stroom komen te staan. Het slachtoffer was 23 en net uit zijn dorp uit Oost-Ghana getrokken omdat hij was toegelaten tot een vakopleiding. Bij ons was hij aan het werk om zijn studie te kunnen betalen. Ik wist net hoe hij heette, omdat hij ook in mijn huis wat klusjes had gedaan. Die jongen had helemaal niet dood mogen gaan, maar de elektra in mijn dorp is niet te vertrouwen. Terwijl daar in de wereld zo veel kennis over bestaat… Het is vreselijk dat dit is gebeurd, maar voor mij geen reden om ermee op te houden.”

Peter, als Kelly dan belt en zo’n verhaal vertelt, ben je dan vooral de troostende vader of bekijk je het zakelijk?

Kelly: “Nee, dan is hij in de eerste plaats mijn vader.”
Peter: “Toen Kelly belde met haar verhaal, leefden we in eerste instantie vooral mee. Maar er komt ook een moment waarop ik aan haar vraag hoe ze dat verder gaat regelen. Hoe ga je om met zijn familie, hoe zit het met de verzekering en de begrafenis?” Kelly: “Het was heel moeilijk.” Peter: “Maar dat vind ik zo knap van Kelly: haar enorme incasseringsvermogen. Een paar keer per jaar bezoek ik haar in Ghana. Als ik dan na twee weken weer wegga, is dat goed. Want tegen die tijd ben ik kriegelig van alles wat kapot is, scheef hangt, niet begrepen wordt, blijft liggen, enzovoorts. Er heerst onder de bevolking een enorme bureaucratie en besluiteloosheid. Als ik dan zie hoe Kelly daarmee omgaat… Daar moet je wel tegen kunnen, hoor. Maar daar is zij echt goed in geworden.”

Waar ben je het meest trots op?

Peter: “Op het feit dat ze haar droom heeft durven najagen en nu verwezenlijkt. Ze had met haar studie in de zak ook kunnen zeggen: ik ga voor een goede baan waarmee ik lekker verdien, twee keer per jaar op vakantie kan, een leuk autootje kan kopen… Maar ze heeft bewust gekozen voor een bestaan waarin ze voor vijfhonderd euro in de maand werkt.”
Kelly: “Dat heb ik misschien ook wel van mijn vader, dat ik niet zomaar kies voor de makkelijkste weg. Maar dat komt ook omdat wij geen pad zien vol obstakels, maar juist een weg met mogelijkheden. En als het helemaal fout gaat hier, heb ik een familie waarop ik kan terugvallen, zowel emotioneel als financieel. Dat is een fijn gevoel. Maar als dat niet zo was geweest, had ik me vast ook niet laten tegenhouden.”

Dit interview komt uit Vriendin 12 uit 2013.