geen kinderen

Yvette: ‘Ik koos voor de liefde in plaats van kinderen. Nu heb ik spijt’

Yvette (42) is al 27 jaar gelukkig met Rob (45). Sinds een half jaar zit ze in een flinke dip. Ze heeft er spijt van dat ze nooit voor een baby is gegaan, omdat haar man dat niet wilde. “Als ik kon, zou ik alles zo omgooien.”

Liever een klein huisje

Yvette: “Mijn man Rob en ik horen vaak van vrienden, familie en patiënten dat we het zo goed voor elkaar hebben en dat ze jaloers op ons zijn. Rob en ik wonen in een prachtig appartement aan het Amsterdamse IJ met uitzicht op het water. We zijn allebei fysiotherapeut en delen een praktijk, al hebben we ieder ons eigen vakgebied. We werken veel, maar kunnen onze werktijden zelf indelen en zodra het weer zich ervoor leent, gaan we eropuit met ons bootje.”

“Soms varen we na het werk een rondje over de grachten en als we meer tijd hebben, maken we langere trips. We eten vaak buiten de deur of we halen sushi of Thais. Thuis koken doen we amper. Voor buitenstaanders klinkt dit misschien als een ideaal leven. Hard werken, maar met genoeg tijd en geld om leuke dingen te doen. Mijn leven is heerlijk, ik voel me bevoorrecht. Maar als het kon, zou ik alles zo omgooien en ons luxe penthouse verruilen voor een klein huisje. Eentje mét een babykamer.”

Schattige nichtjes

“Rob en ik kregen een eeuw geleden verkering, op mijn zeventiende. Daarna volgden we allebei de opleiding fysiotherapie. Destijds waren we ervan overtuigd dat we, als we later groot waren, een boerderijtje zouden kopen met een paard, hond en kippen. Waar we ook nog twee kinderen konden grootbrengen. Het was een leuke fantasie, maar niet echt serieus. Rob is nooit een kinderliefhebber geweest. Hij was heel ambitieus en focuste zich op zijn studie. Hij droomde van een goedlopende praktijk en een makkelijk leven met mooie reizen en veel vrijheid.”

“Ik ging lang met hem mee in die droom, maar ergens onderweg ben ik blijven steken. Om me heen kregen vriendinnen, zussen en schoonzussen allemaal kinderen. In het begin vond ik het net als Rob een ver-van-mijn-bedshow, maar na elk kraambezoek werd de gedachte aan een kind steeds minder onvoorstelbaar. Ik vond mijn nichtjes en neefjes schattig en ik zag mezelf ook al met een dikke buik rondlopen. Maar Rob niet. Hij was na elke kraamvisite of kinderverjaardag meer overtuigd van het feit dat het vaderschap niks voor hem was. Als ik benadrukte hoe zoet dat ene neefje was geweest, reageerde hij altijd met: ‘Heel lief, tot het gaat janken en al zijn luiers volpoept. Dan piep je wel anders.’ Maar ik vond dat idee helemaal niet zo vreselijk.”

Leuke, betrokken ouders

“Rond mijn dertigste probeerde ik serieus het gesprek aan te gaan met Rob over mijn smeulende kinderwens. Ik vertelde hem dat ik het idee van een kind van ons samen stiekem best aantrekkelijk vond. Ik zag ons wel als leuke, betrokken ouders. Als we allebei iets minder zouden gaan werken, konden we het prima combineren met onze carrières. Rob reageerde fel. Hij vond een kind veel te veel verantwoordelijkheid en bovendien kwam het maar ongelegen. We hadden net een maatschap overgenomen en zaten tot onze nek in het werk. Minder werken was geen optie, laat staan dat ik maanden uit de roulatie zou zijn vanwege een zwangerschapsverlof. Ik gaf hem gelijk: dit was niet de meest geschikte tijd. Zelfs voor een kat waren we eigenlijk te druk. Maar ik nam aan dat de deur wel op een kier stond. Anders had hij toch wel gezegd dat hij überhaupt nooit wilde, in plaats van nú niet? Ik durfde er verder niet te vaak over te beginnen, uit angst dat hij me vond zeuren en het hele onderwerp kinderen dan sowieso een no-go werd. Er gingen jaren voorbij waarin we onze praktijk succesvol opzetten. We bouwden er een revalidatiezaal bij, namen personeel aan om ons te ondersteunen en het ging boven verwachting goed.

Klanten wisten ons te vinden en we merkten niets van de crisis. Financieel deden we zulke goede zaken, dat we een kajuitsloep konden kopen: een bootje met slaapplaatsen en een kleine keuken. Zodra we vrij waren, gingen we ermee de hort op. Na een paar jaar ging ik het kindergesprek weer aan met Rob. Ik was inmiddels 36 jaar en zag mijn vruchtbaarheidsgrens steeds dichterbij komen. Rob was verbaasd toen ik hem vroeg naar zijn standpunt ten aanzien van kinderen. Hij had geen idee dat ik nog steeds bezig was met het onderwerp. Wat hem betreft was dat boek al lang gesloten. Nee, bij hem kriebelde er niks. Hij verlangde totaal niet naar een kleine Rob. Hij hoopte dat ik net zo van onze vrijheid genoot als hij. We konden nu toch alles? Als we wilden, konden we elke dag op stap of buiten de deur eten, zonder oppas te hoeven regelen. In het weekend lekker varen. En het beste: geen gebroken nachten, geen grijze haren zoals veel van onze vrienden hadden, en een leuke relatie houden, zonder problemen over de opvoeding.

Voorzichtig vertelde ik Rob dat ik wél een kinderwens had. Dat ik helemaal niet zo hing aan die vrijheid en dat ik thuis op de bank series kijken net zo leuk vond als naar de bioscoop gaan. Daarop zei hij: ‘Oké, ik wil jouw levensgeluk niet in de weg staan. Als jij graag kinderen wilt, respecteer ik dat. Ik snap dat je dan bij me weggaat en hoe moeilijk ook, ik laat je gaan.’ Hij zei te zullen zorgen dat ik financieel niks te kort zou komen en dat ik zelfs genoeg zou hebbenom een eigen kleine praktijk te beginnen. Maar wat hem betreft was het óf hij óf een kind. Allebei ging niet. De keuze was aan mij.”

Lees ook: dat Jackie geen kinderen wil, respecteert niet iedereen

Piekeren en woelen

“Zijn voorstel vond ik absurd. Ik hield ontzettend veel van mijn man! De gedachte bij Rob weg te moeten, vond ik vreselijk. Ik zag me al mijn boeltje pakken om alleen in een flat te gaan wonen en dan de scheiding bij een rechtbank aan te moeten vragen met als enige reden: mijn echtgenoot wil geen baby. Want op dit verschil na hadden we het fijn samen. Ik schatte mijn kinderwens ook niet zo groot in dat ik daarvoor alles zou willen opgeven. Bovendien wilde ik het niet alleen doen met hulp van een donor. Ik heb een patiënte die een bewust alleenstaande moeder is, maar dat leek me niets voor mij. Ik vind dat een kind recht heeft op een vader en een moeder en ik gun een kind net zo’n zorgeloze jeugd als ik heb gehad. Na een week lang elke nacht piekeren, woelen en veel huilbuien, besloot ik bij Rob te blijven en mijn kinderwens dan maar te begraven. Die beslissing was puur gebaseerd op mijn liefde voor Rob. Het betekende niet dat mijn gevoel veranderde. Op straat zag ik élke kinderwagen en iedere zwangere vrouw. Ik werd er heel jaloers van. Ik moest ook slikken als patiënten hun pasgeboren baby trots showden. Ik kon er niet naar kijken zonder er buikpijn van te krijgen. Maar zoals met alles: tijd heelt alle wonden en langzaam maar zeker werd het verlangen naar een kind steeds minder.”

Hopen op kriebels

“Tot een half jaar geleden. Ik ging naar de huisarts vanwege nachtelijke zweetpartijen, opvliegers en rare stemmingswisselingen. Mijn huisarts hoefde er niet lang over na te denken: het leek erop dat ik in de vervroegde overgang zat. Ik schrok me rot, want ik had gedacht dat dat nog wel een jaar of tien zou duren. Eenmaal thuis heb ik keihard gehuild op mijn bed. Alsof ineens de realiteit toesloeg. In de overgang zijn, betekende immers een definitieve streep door mijn vruchtbaarheid. Ik weet niet precies waarom, want ik was gewoon aan de pil en Rob was ook niet van gedachten veranderd, maar ergens hoopte ik stiekem toch nog dat Rob ineens vaderkriebels zou krijgen. Af en toe komt Jake, het vijfjarig zoontje van zijn broer, bij ons logeren en dan ligt Rob op zijn buik met treinen en auto’s te spelen. Na elke logeerpartij hoopte ik dat zijn neefje hem milder zou stemmen.

Door het bericht van de aanstaande menopauze stortte mijn wereld in. Er was nu geen alternatieve oplossing meer mogelijk. Desnoods dat ik zwanger zou raken van Rob, maar dan met het kind alleen zou gaan wonen. Een idioot idee natuurlijk, want de afgelopen jaren heb ik daar helemaal niet over nagedacht. Maar het feit dat ik nu in de overgang raakte, veranderde voor mijn gevoel alles.”

In de rouw

“De laatste weken heb ik heel veel spijt dat ik zes jaar geleden zo makkelijk voor Rob heb gekozen. Ik pieker me suf. Had ik meer mijn best moeten doen om Rob ervan te overtuigen hoe belangrijk een kind voor mij is? Had ik de scheiding niet op de spits moeten drijven en gewoon weg moeten gaan? Wie weet was hij met hangende pootjes teruggekomen en was ik nu moeder geweest. Rob noemde mij egoïstisch, omdat ik hem zou willen overhalen tot iets wat hij niet wilde. Maar hoe egoïstisch is het dat hij voor ons allebei besloot dat het ouderschap geen optie was? Kun je überhaupt zoiets besluiten voor je partner? Ik heb geen idee en nu is het te laat om nog iets te veranderen. Mijn lichaam geeft het op. Ik kan nooit meer een kind op de wereld zetten en dat doet pijn. Heel veel pijn. Ik weet niet of het ook door de hormonen komt van de overgang, maar ik ben zelfs lichtelijk depressief geworden. Ik heb nergens zin meer in, zie tegen alles op en zit momenteel thuis met een burn-out. Al denk ik dat ik niet overspannen ben van het werk, maar door mijn misgelopen kinderwens.

Ik hou nog steeds heel veel van Rob en ik ben gek op mijn werk, maar de glans is overal af. Wat heb ik aan een prachtig uitzicht als ik ondertussen doodongelukkig ben? Varen is te gek, maar niet als je ondertussen fantaseert over een kind dat gezellig had meegekund in een maxicosi. Een mooi huis, luxe spullen: het heeft allemaal zo weinig waarde meer voor me. Die grote woonkamer, het balkon zijn zo oppervlakkig. Daar draait het niet om in het leven. Tegen alle mensen die tegen me zeggen dat ik het zo goed voor elkaar heb, wil ik wel schreeuwen dat schijn bedriegt. Dat je nooit moet kijken naar iemands mooie voortuin, omdat je niet weet wat er allemaal achter die voordeur speelt. Rob ziet mijn verdriet en heeft het er moeilijk mee als ik hem vertel dat ik spijt heb van mijn beslissing. En hoe kapot ik ervan ben dat ik nooit moeder zal worden en dus ook nooit kleinkinderen zal hebben. Hij vindt het rot voor me, maar voelt zich niet schuldig. Hij blijft zeggen dat het de juiste keuze is geweest. Hij is ervan overtuigd dat we zonder kinderen ook gelukkig oud zullen worden. Zelf kan ik nog niet zo denken, ik heb meer tijd nodig. Voor mijn gevoel ben ik in de rouw. Rouw om het kind dat ik nooit mocht krijgen.”

Lees ook: Lizanne wil absoluut geen kinderen meer, maar haar man wel

Meer persoonlijke verhalen lezen? Neem nu een digitaal abonnement op Vriendin.