Placeholder

De leugens die ons nog steeds achtervolgen…

Natuurlijk, een leugentje om bestwil vertellen we allemaal weleens, maar soms pakt dat verkeerd uit. Ai! Deze lezeressen weten er alles van.

Natuurlijk, een leugentje om bestwil vertellen we allemaal weleens, maar soms pakt dat verkeerd uit. Ai! Deze lezeressen weten er alles van.

Myrthe: “BAM! Met een keiharde klap kwam ik tot stilstand. Ik schoot naar voren, de gordel sneed in mijn borst en de airbag duwde me terug in mijn stoel. Ik was op de auto voor me gebotst, zonder af te remmen. En waarom? Omdat ik WhatsApp-berichten zat te lezen. Snel frommelde ik mijn telefoon in de tas op de stoel naast me en stapte uit. Dikke tranen rolden over mijn wangen. Hoe kon ik zo stom zijn? De chauffeur van de auto van wie ik de kofferbak in de kreukels had gereden, kwam bezorgd naar me toe. ‘Alles goed? Wat gebeurde er?’ 

'Iedereen had zo met me te doen' 

Ik stamelde iets over dat ik het niet wist, dat ik een soort black-out had gehad. Dat ik altijd wat moeite had met rijden in het donker omdat ik nachtblind ben. ‘Mijn telefoon zit nog in mijn tas, ik moet mijn vriend bellen,’ zei ik ook nog. Ik was zo overstuur dat iedereen ontzettend met me te doen had: wat sneu, een black-out. De man die ik had aangereden, belde me zelfs een paar dagen later nog op om te checken of het wel goed met me ging. Natuurlijk heb ik nooit iemand verteld dat ik met mijn telefoon zat te spelen achter het stuur, ik kijk wel uit. Mijn vriend wil mij nog steeds niet laten rijden in het donker, die is bang dat ik weer brokken maak. Hij weet natuurlijk niet dat mijn nachtblindheid maar een verzinseltje was.”

Merel (34): “Ik werkte als begeleider in een huis vol vrouwen met problemen – veelal psychisch – en was dol op mijn werk. Een van de vrouwen in het huis viel me meteen op. Ze was heel rustig en bleef een beetje op de achtergrond. Ik vond haar mooi, ze was echt mijn type: klein, tenger, met een lief gezicht. Hoewel het niet de bedoeling is tussen begeleider en cliënt, ontstond er een vriendschap. We praatten steeds meer met elkaar en onze gesprekken werden persoonlijker en dieper. Ik begon meer voor haar te voelen en had soms het idee dat zij mij ook meer dan leuk vond, maar durfde dat niet te vragen. Ik wist niet of zij ook lesbisch is. 

'Het was hartstikke verboden' 

Tot ze me op een dag, toen er niemand anders in de buurt was, zoende. Hartstikke verboden, dat wist ik echt wel, maar ik kon mezelf niet meer tegenhouden. Vier maanden lang heb ik mijn mond gehouden tegen mijn leidinggevende over deze affaire. Maar natuurlijk kwam ze er toch achter. En raakte ik mijn baan kwijt. Ik heb nu een negatieve aantekening en zal nooit meer in een soortgelijke functie kunnen werken. En het meisje op wie ik zo verliefd was? Toen ik geen ‘verboden vrucht’ meer was, zag ze me niet meer staan. Ze heeft me gewoon gebruikt voor de afleiding.”

Lees nog 7 verhalen in Vriendin 34