vrouw

Betty: ‘Mijn man is crimineel, maar ik knijp een oogje dicht’

De zaak van Betty’s man loopt goed. Zo goed, dat Betty (53) zich afvraagt of het allemaal wel zuivere koffie is. Maar ze vraagt haar man er niet naar. “We hebben zo’n fijn leven, ik wil gewoon niet dat er iets verandert.”

Betty: “Toen ik in de krant las dat Frank Masmeijer in België was opgepakt door de politie, moest ik meteen aan zijn vrouw denken. Hield hij haar echt overal buiten, zoals ze beweert, of wist ze wel degelijk meer? De afgelopen weken heb ik vaak aan haar gedacht. Misschien wilde ze de geheimen van haar man gewoon niet weten. Misschien sloot ze haar ogen wel voor alles, precies zoals ik jarenlang deed. Want ook mijn man heeft heel wat uitgespookt. Nu zie ik in dat ik het juist prettig vond om niets zeker te weten. Wat niet weet, wat niet deert, toch? En dus vroeg ik Hans nooit waar alle stapels geld in huis vandaan kwamen. Of waar ons vakantiehuis van was betaald. Ik geloofde maar al te graag dat Hans goed verdiende met zijn eigen zaak. Ik wilde gewoon niet dat ons leven zou veranderen.”

Beter dan verwacht

“Hans en ik waren twaalf jaar getrouwd toen ik merkte dat hij steeds ongelukkiger werd. Hij was 36 en had het helemaal gehad met zijn werk als supervisor bij een grote fabriek. Hij had al vaak tegen me gezegd dat hij graag voor zichzelf wilde beginnen. Als je man elke dag met lood in zijn schoenen naar zijn werk gaat en echt van vakantie naar vakantie leeft, gun je hem beter. En dus bood ik aan een parttime baan te zoeken. Onze kinderen waren al wat groter, dus het kon. Nog diezelfde week nam Hans ontslag en zag ik hem opbloeien. Ik was zo opgelucht dat ik mijn man weer terug had. Een die stoeide met de kinderen, die plannen maakte en me weer eens in zijn armen nam en met me danste als ik aan het koken was. Ik vond het fantastisch dat we het gezin hadden dat ik voor ogen had toen ik verliefd werd op hem. Met een vriend die in dezelfde situatie zat, nam Hans een fabriek over. Ze produceerden verpakkingsmaterialen, zoals folie en plastic zakjes, en voerden wat veranderingen door. Zo stopten ze met de productie van papieren zakken en investeerden ze in ziplock: van die plastic zakjes met een ‘rits’. De zaken gingen beter dan verwacht, maar Hans’ vriend had al snel door dat zakendoen niets voor hem was. Hij kon de stress niet aan. En dus kocht Hans hem uit. Nu hij er alleen voor stond, zag ik Hans nog meer opbloeien. Het leek wel of hij geboren was voor het ondernemerschap. Met de dag groeide zijn zelfvertrouwen. Thuis noemden we hem plagerig ‘meneer de directeur’. En wat waren we trots toen er een nieuwe auto kwam en we niet veel later als gezin onze eerste reis buiten Europa maakten. Onze toekomst zag er prachtig uit, en al snel zegde ik mijn baan als administratief medewerkster op.”

Raar verhaal

“Enkele jaren gingen voorbij. De zaken gingen goed. Ik had een eigen auto en de kinderen liepen in merkkleding. Zelf genoot ik er ontzettend van om voor mijn
gezin te zorgen. Regelmatig gingen we weekendjes naar Rome of Parijs en dan sliepen we in de beste hotels. Op familiefeestjes stelde Hans vaak voor om gezellig ergens te gaan eten en dan betaalde hij de rekening. Dan bekeek ik hem en dacht: wat hebben we het toch goed voor elkaar. Toen we de zaak een jaar of acht hadden, opperde Hans dat we een rekening zouden openen in Zwitserland. Hij wilde samen naar Zwitserland rijden en daar wat extra omzet en kasgeld storten. Ik vond het maar een raar verhaal. Het zette me aan het denken: als Hans zo veel kasgeld had dat hij ervoor naar Zwitserland wilde, ging het vast niet om een paar duizend euro. Ik vroeg hem hoeveel geld het was en waar dat dan precies vandaan kwam, maar hij kwam met een ingewikkeld verhaal dat ik niet helemaal begreep. Hij zwoer dat het eerlijk verdiend was. Hij wilde het geld graag storten als ‘extraatje voor later’ en meende dat het in Zwitserland veiliger was. Ik geloofde hem op zijn woord, maar ik vond dat hele Zwitserland-idee maar niets. Met Nederland was toch niets mis? Toen niet veel later bekend werd dat er Zwitserse privé rekeningen bij de Belastingdienst waren verklikt en dat het bankgeheim daar dus niets meer voorstelde, hoorde ik hem er niet meer over. Hij zei wel dat hij het geen prettig idee vond om belangrijke documenten of voorschotbedragen op de zaak te bewaren. Hij wilde graag een kluis kopen en die thuis neerzetten. Ik voelde daar niet veel voor. Visite zou de kluis misschien opmerken of de kinderen zouden hun mond voorbij praten. Mensen kunnen dan denken dat je veel contant geld in huis hebt en voor je het weet, wordt er ingebroken.

Maar volgens Hans zou het discreet zijn. En het zou hem echt een beter gevoel geven. Bovendien, alleen hij en ik zouden er toch vanaf weten? En dus ging ik akkoord. In de kamer die Hans als kantoor gebruikte, werd een grote kluis geplaatst. En er kwam een slot op de deur, zodat de kinderen daar niet rond konden snuffelen. Diezelfde avond nam Hans een grote stapel contant geld mee naar huis. ‘Kasgeld en jarenlang opgespaard saldo van klussen tussendoor’, zei hij. Dat leek me geloofwaardig na acht jaar zakendoen, dus ik stelde verder geen vragen.”

Lees ook: Carla: ‘Mijn man liet me achter met zeven kinderen’

Genieten van ’t goede leven

“Zonder schuldgevoel gaven we het geld uit. Hans is een harde werker, zelfs twee avonden per week werkt hij over, en dus genoten we van het goede leven. Ik kreeg dure sieraden en als verrassing kocht Hans een luxe houten vakantiehuis op de Veluwe. ‘Een extraatje waar de kinderen later ook nog vaak naartoe kunnen’, zei Hans.
Ik vond het ontzettend leuk, maar vroeg wel of dit financieel allemaal kon. Maar Hans zei dat hij het geld prima kon missen. Bovendien was het huis een koopje want de vorige eigenaar wilde er snel vanaf. En ook dit keer geloofde ik hem. Hans en ik waren altijd eerlijk naar elkaar toe geweest en ik had geen enkele reden om hem te wantrouwen. Toen ik vroeg waarom het huis van hout was en niet van steen, zei Hans dat stenen huizen golden als onroerend goed en dat je die moest opgeven bij de belasting. Caravans en chalets waren daarvan vrijgesteld. En dus zaten we vaak prinsheerlijk in onze vakantiewoning met vloerverwarming, sauna en marmeren tegels.

Ook stopte Hans onze kinderen regelmatig een extraatje toe, en toen ze slaagden voor hun rijbewijs, kocht hij voor hen allebei een leuke auto. Tweedehands, dat wel, maar nog steeds auto’s met alles erop en eraan. Uiteraard heb ik me heel regelmatig afgevraagd waar al die contanten vandaan kwamen. Want om zo kwistig met geld te kunnen strooien als Hans deed, zou hij toch een flinke fabriek moeten hebben. Natuurlijk, we mochten niet klagen over de omzet, want juist door de recessie was er meer interesse voor verpakkingsmaterialen, bijvoorbeeld voor verpakte kaas naar Duitsland. Ook was er door de groei van Marktplaats veel meer vraag naar luchtkussenzakken. De boekhouder vertelde ook dat de fabriek prima liep, maar in de boeken zag ik getallen die lager waren dan ons bestedingspatroon deed vermoeden. Want dat deed ik wel: de administratie volgen, omdat ik graag op de hoogte wilde zijn. Ik had net als Hans een sleutel van het kantoor en kwam daar regelmatig.

Ik begreep het gewoon niet. Maar wie was ik om Hans te wantrouwen? Zorgde hij niet altijd goed voor zijn gezin? Omdat ik niet kon vinden waar het geld vandaan kwam, bleef als enige conclusie over dat het uit de kluis werd gehaald. Toen ik erover nadacht, vielen inderdaad wat dingen op hun plek. De rekeningen van de loodgieter, dure, nieuwe terrasverlichting of zelfs de tandarts werden altijd contant betaald. Vaak kwam dat de ontvangers zelf ook prima uit, omdat het dan voor hen zonder bon kon, maar ik had er eerder nooit bij stilgestaan. Het geld in de kluis moest dus wel zwart geld zijn dat nergens in de administratie werd vermeld.”

Laf maar makkelijk

“Hoewel me dat helemaal niet lekker zat, besloot ik er niet naar te vragen. Blijkbaar had Hans ervoor gekozen om het mij niet te vertellen en had hij daar een reden voor. En zolang ik nergens wat van wist, kon ik ook mijn mond niet voorbij praten! En, ik geef toe, zo kon ik ook mijn ogen ervoor sluiten. Laf, ja, maar dat was de makkelijkste weg. We hadden zo’n fijn leven, ik wilde gewoon niet dat er iets zou veranderen. Ik wilde best wat inleveren, dat zou zo’n ramp niet zijn, maar het leek me vreselijk als Hans zijn zaak zou verliezen en weer zou veranderen in een man die bijna krom liep van ellende en frustratie. En dus hield ik mijn mond. Ik hield hem ook stijf dicht toen in het dorp verhalen rondzoemden dat Hans zwart zou handelen met criminelen. Hij zou dozen vol zakjes verkopen aan gladde kerels. Die zouden ze gebruiken voor grootschalige handel in partydrugs. Hans zou de dozen ’s avonds via de achterdeur in hun dure Mercedessen laden en er een goede handel aan hebben. Natuurlijk was er niemand zo dapper om me recht op de man af te vragen of het waar was. Ik beschouwde het dus als een roddel, smerige lasterpraat, en vroeg Hans niets. Want zolang ik zijn reactie niet zag, kon ik geloven dat het verhaal onzin was. Want het idee dat Hans iets met criminelen te maken had… Verschrikkelijk.”

Leven in een leugen

“Gelukkig merk ik dat de geldstroom het laatste jaar minder wordt. Ik denk dat Hans ook genoeg heeft van zaakjes die niet helemaal zuiver zijn. Hij heeft ook al een paar keer gezegd dat hij over twee jaar, als hij 57 wordt, de zaak van de hand wil doen. Een van zijn collega’s heeft al interesse getoond. Daarna wil hij samen genieten van onze oude dag, misschien wel met kleinkinderen en nog wat mooie reizen. We dromen allebei van een safari door de nationale parken in Zuid-Afrika, iets waar we nooit de tijd voor vonden. Natuurlijk ben ik niet blij met wat ik ontdekt heb. Want als ik alles bij elkaar optel, kan ik onmogelijk tot een andere conclusie komen dan dat Hans bepaalde dingen buiten de wet om gedaan heeft. Daar veroordeel ik hem om, en mezelf, omdat ik altijd mijn kop in het zand heb gestoken. Soms lig ik zelfs wakker en pieker over wat er zou kunnen gebeuren. Maar het is zeker niet zo dat Hans nu van zijn voetstuk is gevallen. We komen allebei uit heel modale gezinnen en hebben het ver geschopt. Ik snap dat Hans iets voor zichzelf wilde bewijzen, of misschien had hij behoefte aan financiële zekerheid. Bovendien heeft hij het geld niet voor zichzelf gehouden, maar deelt het hele gezin mee. En hoewel ik zijn daden niet goedkeur: zelf heb ik al die jaren wel prima van dat geld geleefd. Dus wie ben ik om te oordelen? Ik vind het soms vreselijk moeilijk om dit verhaal voor mezelf houden en in een leugen te leven. Maar zodra Hans straks met pensioen is, genieten we samen heerlijk in ons luxe vakantiehuis en is dit alles voorbij. Daar kijk ik enorm naar uit!”

Lees ook: Milou: ‘We zijn gescheiden, maar stiekem hou ik nog van hem’

Meer persoonlijke verhalen lezen? Neem nu een digitaal abonnement op Vriendin.