Sharon werd na zeven miskramen toch nog moeder

Sharon (34) kreeg miskraam na miskraam. Gelukkig werd er een oorzaak gevonden en na bijna acht jaar kreeg ze een dochter, Lynn (1). ‘Eindelijk ben ik moeder, een gevoel dat met niets te vergelijken is.’

Sharon (34) kreeg miskraam na miskraam. Gelukkig werd er een oorzaak gevonden en na bijna acht jaar kreeg ze een dochter, Lynn (1). ‘Eindelijk ben ik moeder, een gevoel dat met niets te vergelijken is.’

Loodzware weg

Sharon (34): “Ik ben nu bijna anderhalf jaar moeder van Lynn, een lief en ondeugend meisje. Ook al is het moederschap best pittig, ik ben zo blij dat zij in ons leven is gekomen en dat ik dit mee mag maken. Maar de weg naar haar toe was loodzwaar. Rinus, mijn man, leerde ik kennen op het werk. Toen we in 2008 een relatie kregen, was ik 24 jaar, hij was 38 én had al twee dochters van 10 en 12 jaar uit zijn eerdere huwelijk. Ondanks dat onze relatie nog pril was, begon ik direct over kinderen. Hij was al vader, maar ik wilde graag moeder worden. Als hij geen kind meer wilde, zou ik niet met hem verder gaan. Maar Rinus stond er gelukkig voor open en besloot zijn sterilisatie ongedaan te laten maken. Die operatie lukte en bij beide controles zag zijn zaad er goed uit. Nou, dan ben ik zo zwanger, dacht ik nog. Maar dat was niet zo. Na twee jaar proberen was ik nog niet zwanger.

Korte blijdschap

Natuurlijk was dat teleurstellend en verdrietig, maar ik maakte me nog niet direct zorgen. In 2010 gingen we naar het ziekenhuis voor hulp. Net toen we met IUI (intra uteriene inseminatie) zouden starten om de natuur een handje te helpen, werd ik toch nog spontaan zwanger. Ik was zo blij. Ik zou eindelijk moeder worden. Maar dat blije gevoel was maar van korte duur, want na zes weken eindigde de zwangerschap in een miskraam. Mijn wereld stond even helemaal stil. Ik wilde dit zo graag. Maar ik verbeet me. Ik wilde dóór. Net zolang tot het wél zou lukken. In totaal heb ik zes IUI-behandelingen gehad en in 2012 was ik eindelijk weer zwanger. Maar ook die zwangerschap liep mis. Weer na zes weken. Ik zakte door de grond en werd letterlijk ziek van verdriet. Waarom kon een vruchtje bij mij niet gewoon blijven zitten? Ik was boos op mijn lijf en vooral heel erg verdrietig dat ik weer geen moeder werd. En ik verloor het vertrouwen in mijn lichaam.”

Engeltje

“Wat ook niet hielp voor het vertrouwen was een eerdere miskraam. Die had ik op mijn zeventiende gehad. Ik was per ongeluk zwanger geraakt, maar ook al was ik nog zo jong, aan abortus heb ik nooit gedacht. Als je oud en wijs genoeg bent om te vrijen, moet je ook de gevolgen accepteren, vond ik. Destijds kreeg ik na twaalf weken een miskraam. Achteraf misschien goed, maar ik was er erg verdrietig over. Ik heb toen een tatoeage op mijn arm laten zetten van een engel met daaronder een leeg naamkaartje. Hier zou ooit de naam komen te staan van zijn of haar broertje of zusje. Na de stukgelopen zwangerschappen werd ik depressief. Ook al was ik telkens maar kort zwanger geweest, op het moment dat je weet dat je zwanger bent, heb je verwachtingen. Ga je je op je kind verheugen. Dankzij therapie, vier dagen per week, ging het uiteindelijk beter. Toen ik me na acht maanden weer goed voelde, gingen we terug naar het ziekenhuis. Want mijn kinderwens was nog altijd even sterk.”

Babyshower overslaan

“In 2013 raakte ik twee keer zwanger. De eerste keer was vlak voordat we overgingen op ivf (in-vitrofertilisatie, waarbij de bevruchting plaatsvindt in een reageerbuisje). Ik was heel even blij dat de zwangerschapstest positief was, maar toen ik mijn bloed liet testen op HCG-waarden – dat deed ik sinds we met de behandelingen waren gestart – wist ik dat het ook deze keer weer mis zou gaan. Normaal gesproken zijn je waarden bij een week of zes ver boven de 1000, bij mij waren ze 8. Heel naar als de verpleegkundige vervolgens ook nog zegt ‘Gefeliciteerd mevrouw, u bent zwanger’, niet wetende wat de waarden moeten zijn.

Ik ging weer door een diep dal en heb net als alle voorgaande keren ontzettend veel gehuild. Rinus was ook steeds wel geraakt, maar hij heeft nooit gehuild, zoals ik. Hij had het kindje niet gedragen en had geen last van hormonen. Zijn lijf liet hem niet in de steek. Maar mijn kinderwens was zo sterk, dat ik mezelf telkens weer herpakte. Ik heb daarna een ivf-poging gedaan, die mislukte. Daarna raakte ik opnieuw spontaan zwanger, maar ook dit kindje bleef niet zitten en met zes weken kreeg ik weer een miskraam. En opnieuw was ik ontroostbaar, boos en intens verdrietig. Waarom lukte het nou niet? Ik heb in die jaren regelmatig een verjaardag of babyshower overgeslagen omdat ik het gewoon niet verdroeg. Terwijl ik echt iedereen een kind gun, het was té confronterend en er is echt veel onbegrip als het niet lukt.”

Lees ook: Hester: ‘Ik wist niet dat een miskraam zo veel pijn deed’

Genadeklap

“De relatie tussen Rinus en mij stond alleen nog maar in het teken van zwanger worden. Maar de basis was goed, dacht ik. Dus toen hij er eind 2014 een punt achter wilde zetten – net nadat ik na een derde spontane zwangerschap dat jaar een derde miskraam had gehad – kwam dat voor mij als donderslag bij heldere hemel. Hij zei: ‘Ik gun je dat kind zo graag… dan maar met een ander.’ Maar het probleem lag natuurlijk niet bij hem, maar bij mij. Al wisten we niet wát de oorzaak was. Maar hij kon het verdriet dat ik iedere keer had, niet meer aanzien. Het voelde voor mij als een soort genadeklap waarna ik door een heel diep dal ben gegaan. We woonden al een tijd samen en ik had nét mijn eigen huis verkocht met een enorme restschuld, ik was mijn man kwijt en had nog steeds geen kind. Ik ben een krachtig persoon, maar toen knapte ik en hoefde het van mij niet meer.

In gesprek

Gelukkig kon ik terecht bij een heel lieve vriendin en na een tijdje krabbelde ik langzaam weer op. Ik ben fanatiek gaan sporten en Rinus en ik gingen weer met elkaar in gesprek. We praatten echt deze keer, want dat deed hij eigenlijk nooit. Hij had het veel te ver laten komen en nooit zijn grenzen aangegeven. Ons hele leven stond eigenlijk in het teken van mijn kinderwens, een wens die hij een stuk minder had omdat hij al vader is. Ik ben daarom ook wel – onterecht – boos op hem geweest. Hij had lekker praten, want hij was al ouder. Ik wilde dat ook zo verschrikkelijk graag. Het had zijn weerslag op alles. Op hem, zijn kinderen die regelmatig bij ons waren. Maar we realiseerden ons ook dat we elkaar niet kwijt wilden. Daarom hebben we afgesproken: we proberen het nog één jaar. Als het dan niet lukt, stoppen we ermee.”

Genmutatie

“We besloten op eigen houtje te laten onderzoeken waardoor de miskramen veroorzaakt werden. Ik had na de ivf in Nederland te horen gekregen dat ik geen recht meer had op ivf, omdat ik steeds spontaan zwanger raakte. Onderzoek naar de miskramen vonden de artsen niet noodzakelijk omdat ik telkens rond zes weken een miskraam kreeg, een zogenaamde biochemische zwangerschap. In het Belgische Gent wilden ze wél onderzoek doen. In tachtig procent van de gevallen wordt er geen aanwijsbare reden gevonden voor herhaalde miskramen, maar wat bleek: ik had een genmutatie: het zogenaamde MTHFR. Mijn arts noemde het motherfucker waar ik wel om moest lachen. Het betekent dat mijn lichaam geen foliumzuur en vitamine B12 kan aanmaken. Mijn bloed was veel te dik waardoor een kindje helemaal niet kón innestelen. Ook het gehalte aan homocysteïne, een aminozuur, was bij mij door dat tekort gevaarlijk hoog. Ik kreeg een speciale vorm van foliumzuur en B12 in een extra hoge dosering die mijn lichaam wél kon opnemen. Die moet ik de rest van mijn leven blijven slikken. Ik ben ook heel gezond gaan eten en daarna besloten Rinus en ik er in 2016, zoals afgesproken, nog één jaar voor te gaan. Het werd ICSI (intracytoplasmatische sperma-injectie) en toen werd ik voor de achtste keer zwanger.”

Spannende zwangerschap

“Omdat ik al zo veel miskramen heb gehad, durfde ik niet blij te zijn. Met zes weken kreeg ik een bloeding. Zie je wel, dacht ik. Maar op de echo zagen we wonderwel een kloppend hartje. Ik was verschrikkelijk blij, maar ook bang. Vanwege mijn geschiedenis mocht ik eerst elke week in het ziekenhuis komen voor een echo en later om de week. Genoten heb ik niet van deze zwangerschap. Pas toen met 38 weken de bevalling werd ingeleid en ik mijn dochter Lynn mocht vasthouden, kon ik echt blij zijn. Eindelijk was ik moeder! Een gevoel dat met niets te vergelijken is. Ik hoop dan ook met heel mijn hart dat ik nog een kind mag krijgen. Van de ICSI is er nog één cryo over, een ingevroren embryo. Komende maand hebben we een eerste gesprek en dan hoop ik dat het deze zomer teruggeplaatst kan worden.”

Taboe

“Ik ben altijd open geweest over mijn onvervulde kinderwens, al was dat niet altijd makkelijk. Verdrietig zijn over een miskraam lijkt nog steeds taboe. Mensen hebben echt geen idee wat het met je doet. Al die hormonen, al dat verdriet als het weer mis gaat, alle hoop die weer de grond in wordt geboord. Ondanks dat ik nu heel blij ben dat ik moeder ben, voel ik die boosheid en het verdriet nog steeds. Ik haal dan ook veel steun uit de Facebookgroep miskraammama’s, waarmee we ook weleens samenkomen. Ook zit ik in het bestuur van de stichting kinderwensbloggers, omdat ik graag wil dat er meer begrip komt voor vrouwen die een miskraam hebben gehad. Want eigenlijk realiseer ik me pas sinds Lynn er is, hoe heftig die miskramen waren. Daarom heb ik voor elke miskraam die ik na mijn zeventiende heb gekregen een vlindertje laten tatoeëren bij de tatoeage van de engel die ik toen heb laten zetten. En omdat ik geen enkel vruchtje heb gezien, gaan we in de tuin een vlinderboom planten met een bankje erbij. Zo groeit er toch iets tastbaars voor al onze ongeboren kindjes.”

Lees ook: Merel verloor haar zoon na een zwangerschap van 26 weken