Placeholder

Eigen ruimte

Stefanie (41) adopteerde de kinderen van haar vriend Dirk: Christianne, Deborah, Faith en Nico. 4 jaar geleden kregen zij samen Adriana. Het gaat niet altijd vlekkeloos, maar het gezin draait al bijna 18 jaar!

Stefanie (41) adopteerde de kinderen van haar vriend Dirk: Christianne, Deborah, Faith en Nico. 4 jaar geleden kregen zij samen Adriana. Het gaat niet altijd vlekkeloos, maar het gezin draait al bijna 18 jaar!

Adriana en ik maken de lattenbodem schoon. Dirk schroeft het bed in elkaar. Hij heeft het via Marktplaats gekocht. Een traditioneel, wit geschilderd houten bed met een hoge voor- en achterkant. Als de nieuwe matras erop ligt, ziet het geheel er al prachtig uit, maar het dekbedovertrek met meisjes en paarden erop, de roze kussentjes en Adriana’s lievelingsknuffeldieren geven de finishing touch.
Adriana heeft een hoogpolig roze kleedje uitgekozen. Het past precies tussen haar en ons bed in.
Op de muur zijn elfjes geplakt en aan het plafond bungelt de dromenvanger die Adriana van onze buren heeft gekregen. Het is een persoonlijk ‘kamertje’ binnen onze slaapkamer geworden.
Fijn dat ze nu haar eigen plekje heeft, want een apart kamertje zit er met ons huidige huishouden van zeven personen niet in.

’s Avonds lees ik Adriana voor terwijl we samen in haar nieuwe bed zitten. Als het boek uit is, stap ik over naar het tweepersoonsbed. Hoewel ik normaal gesproken direct naast Adriana in slaap val en Dirk mij na een tijdje komt roepen, omdat ik anders de hele avond slaap, lig ik nu naar het plafond te staren.
‘Mama’, hoor ik ineens. ‘Je moet bij mij komen.’
Gewillig geef ik gehoor aan dit gebod en schuif onder de meisjes met paarden. Na een tijdje hoor ik Adriana rustig ademhalen. Ik ga naar beneden.

Om 23.00 uur liggen Dirk en ik in bed. Wat een ruimte! Uit het nieuwe bed komen zachte ademhalingsgeluidjes van mijn dochtertje.

‘Mama!’ ik schrik wakker. Het is 00.30 uur. ‘Ik ben hier. Je mag wel bij ons komen,’ zeg ik.
‘Nee, wil je bij mij komen?’ vraagt Adriana.
Opnieuw schuif ik onder de paardenmeisjes.

Tegen de ochtend ga ik naar het toilet. Als ik terug kom, ligt Adriana over de breedte van de matras. Ik kijk naar Dirk. Hij ligt aan zijn kant van het bed, maar heeft mijn stuk van het tweepersoonsdekbed over zich heen getrokken. Zijn eigen gedeelte ligt aan zijn kant op de grond. Even blijf ik staan twijfelen: zal ik Adriana opzij duwen of bij Dirk mijn deel van het dekbed terug veroveren?
Ik heb niet veel nodig, maar dit is het toppunt van gebrek aan ruimte voor mezelf.

Ik besluit voor Adriana’s bed te kiezen. Zij wordt minder snel wakker dan Dirk.
Voor het laatste uurtje schuif ik onder de paardenmeisjes, naast mijn dochtertje. Ach, ruimte genoeg om heerlijk in slaap te vallen.