Placeholder

Driving home for Christmas

Adriana hangt ogenwrijvend over mijn schouder. Haar lach, die er tijdens het dessert nog was, is verdwenen. Ik schud handen, glimlach en wens iedereen goede feestdagen toe. Ik hoor nog een keer de stem van mijn overleden vader door de mond van mijn oom en ril vanwege de levende overeenkomsten tussen mijn vader en mijn oom.

Adriana hangt ogenwrijvend over mijn schouder. Haar lach, die er tijdens het dessert nog was, is verdwenen. Ik schud handen, glimlach en wens iedereen goede feestdagen toe. Ik hoor nog een keer de stem van mijn overleden vader door de mond van mijn oom en ril vanwege de levende overeenkomsten tussen mijn vader en mijn oom.

Ik bedank mijn zus en haar man voor het etentje dat zij gaven, omdat zij vijf jaar getrouwd zijn. Ik zal vanaf nu wat meer belangstelling voor hen tonen.

Eenmaal veilig buiten, veegt de frisse avondlucht de melange aan emoties van mij af. Dirk toetert naar Christianne die met Faith naast zich als eerste de parkeerplaats afrijdt. Nico zit naast Dirk op de bijrijderstoel.

Adriana en ik zitten op de achterbank. De riem snijdt in Adriana’s hals. Ik klik mijn gordel vast en maak die van haar los. Ze legt haar hoofd op mijn schoot en trekt haar benen op de bank met haar voeten tegen het autostoeltje. Ik sla mijn arm als een gordel om haar middel.

Dirk, Nico en ik praten na, terwijl Adriana wegzinkt in mijn schoot. Er valt een streep licht op haar gezichtje. Het grappige dessertbekertje valt uit haar hand. Het is half negen, maar het voelt als middernacht. Het is bijna Kerstmis.

Onze gesprekken doven. Ik kijk naar het licht en donker van een onbekende snelweg. Het is alsof we heel ver van huis zijn. Ik vind dat niet erg en luister naar de Top 4000 op Radio 10. Grace Jones, ‘I’ve seen that face before’ op nummer 766. De geheimzinnige klanken kruipen aangenaam bij mij naar binnen. Wat heb ik dit nummer lang niet gehoord! De laatste keer was ik vast nog een kind. Misschien zat ik toen wel op de schoot van mijn moeder achter in de auto waar we destijds nog geen gordels om hoefden.

Adriana heeft geen weet van de overtreding wegens gordelloosheid op de snelweg. Mijn arm om haar middel voelt veiliger dan duizend gordels. Met 130 kilometer per uur door het donker kan Adriana niets overkomen. Onze Ford is veiliger dan een bunker en papa en mama zullen alles overwinnen.

Ik voel mij net zo geborgen als Adriana en zak weg in een roes die warmer aanvoelt dan de komende kerstdagen waar ik, zoals altijd, een beetje tegenop zie, maar waar we heus wel weer fijne dagen van gaan maken.