Coco werd op haar 48ste moeder: 'Dit was mijn laatste kans op een kind'

Coco werd op haar 48ste moeder: ‘Dit was mijn laatste kans op een kind’

Na tien jaar en zo’n beetje alle vruchtbaarheidsbehandelingen die er bestaan, werd Coco (51) moeder. Op haar 48ste kreeg ze een zoon, Elvis. “Hij is volwassen als ik met pensioen ga, dus álle tijd om hem een goede basis te geven.”

Na tien jaar en zo’n beetje alle vruchtbaarheidsbehandelingen die er bestaan, werd Coco (51) moeder. Op haar 48ste kreeg ze een zoon, Elvis. “Hij is volwassen als ik met pensioen ga, dus álle tijd om hem een goede basis te geven.”

Coco: “Elvis is mijn wondertje. Hij is nu bijna drie jaar en eerlijk gezegd kan ik me geen leven meer voorstellen zonder hem. Elke dag dansen en zingen we met elkaar of gaan we buiten een balletje trappen. En dan hebben we een hoop lol. Hij is het kind dat ik zolang hoopte te krijgen. Tien jaar lang probeerde ik zwanger te worden. Van alles heb ik gedaan: van kunstmatige inseminatie, ivf, een adoptieprocedure, eiceldonatie tot en met embryodonatie. Uiteindelijk lukte het om op mijn 48ste zelf een kind te krijgen. Ik zie hem echt als een cadeautje.

Moeder worden

Ik was nooit zo bezig met kinderen krijgen. Eigenlijk kwam die kinderwens pas rond mijn 35ste. Toen ontmoette ik Michael, gingen we ons settelen en zag ik hoe vriendinnen om me heen kinderen kregen. Michael is tien jaar ouder dan ik en al snel begonnen we samen te fantaseren: hoe leuk zou het zijn als we samen een kindje kregen? Voor die tijd was voor een kind nog geen ruimte geweest in mijn leven, vond ik. Na mijn studies heb ik gereisd, vervolgens kreeg ik diverse banen in de marketingcommunicatie en wilde ik carrière maken en zelfstandig en onafhankelijk zijn. Ik stelde, zoals veel vrouwen, die beslissing om überhaupt over een kinderwens na te denken uit. Dat kon later ook nog wel, redeneerde ik.”

Alles is maakbaar…?

“Stiekem dacht ik toen nog: alles is maakbaar. Als het niet spontaan lukt, is er altijd nog ivf met honderd procent slagingskans, toch? Dat je maar rond de 20 tot 25 procent slagingskans hebt en dat je vruchtbaarheid al afneemt vanaf eind twintig en vanaf je 35ste nog harder, daar kwam ik pas achter toen ik al 35 jaar was en nota bene een opleiding volgde tot zwangerschapsyogadocente. Ik wilde als ­yogadocente meer van zwangere vrouwen afweten. Ik heb me toen nog verder gespecialiseerd als fertiliteitscoach en kwam dus steeds meer te weten over het onderwerp vruchtbaarheid.

Vruchtbaarheidsproblemen

Misschien was de informatie over die afnemende vruchtbaarheid wel de trigger om op mijn 37ste te stoppen met anticonceptie in de hoop snel zwanger te worden. Helaas gebeurde er niets en na een jaar proberen ging ik naar de huisarts. We deden wat tests en bij mij bleek alles in orde. Ook Michael werd getest, hij had vruchtbaarheidsproblemen. We zijn toen vrijwel direct het ivf-traject in gegaan. Dat vond ik heftig. Vooral vanwege de ­hormonen die je moet spuiten. Daardoor ­raken je hormonen uit balans en krijg je zwangerschaps- en overgangsklachten.

Steeds weer een hormoonbehandeling

Ik heb zo veel hormoonbehandelingen gehad dat ik mezelf gekscherend Junkie XL noemde. Tijdens de behandelingen met mijn eigen eitjes heb ik vijf jaar geen nacht normaal doorgeslapen. En dan elke keer ­incasseren dat ik na een behandeling wéér niet zwanger werd.

De droom opgeven?

Ik heb best vaak gedacht: ik stop ermee. Maar doordat ik aan yoga deed, danste, zong en schreef, kortom doordat ik elke dag dingen deed waar ik blij van werd, wist ik dat een kind niet het enige was om voor te leven. Ik zag een kind echt als een extra dimensie. Daardoor kon ik meestal na een teleurstelling toch redelijk snel weer de knop omzetten. Me bezinnen, heroriënteren. Na een mislukte poging ging ik weer op onderzoek uit: welke mogelijkheden zijn er nog om zwanger te worden en wat zijn de slagingskansen? Vijf jaar lang hebben we alles geprobeerd. Terwijl we maar een slagingskans hadden van vijf procent.

Handenvol geld

Toch dachten we elke keer: nu zitten we vast wél bij die vijf procent. In Nederland werden drie ivf-pogingen door de verzekering vergoed, daarna zijn we naar het buitenland vertrokken. We hebben vruchtbaarheidsbehandelingen ondergaan in België, Denemarken, Spanje en Italië. Handenvol met geld kostten die. Als mij vooraf was gevraagd of ik zo ver zou gaan om een kind te krijgen, had ik gezegd van niet. Maar het is een proces. Een kind ontvangen werd mijn missie. Ik verlegde mijn grenzen en ging steeds een stapje verder.”

Relatie onder druk

“Uiteindelijk hebben Michael en ik ook in het adoptieproces gezeten, maar dat werd zo juridisch, dat we ons daar niet goed bij voelden en ermee zijn gestopt. Mijn kinderwens zette onze relatie onder druk, want Michael zag ook een leven zonder kind en dat was de reden waarom we uiteindelijk uit elkaar zijn gegaan. Gelukkig zijn we nog steeds beste vrienden en als ik in Amsterdam ben, logeer ik altijd bij hem. Hij is ook de peetvader van Elvis. Hij is gek met Elvis en heel actief betrokken bij alles wat hem aangaat. Na onze scheiding ben ik naar Ibiza vertrokken. Daar ontmoette ik een man die een stuk jonger was en van hem ben ik twee keer spontaan zwanger geworden. Helaas eindigden beide zwangerschappen in een miskraam en strandde ook deze relatie.

Ik wilde zo graag

Op mijn 45ste ontmoette ik Alberto, mijn huidige partner. Hij had al een zoon van tien en met mij kinderen krijgen, hoefde van hem niet per se. Maar omdat hij zag hoe graag ik een kind wilde, gaf hij toe. Ik was 46 en mijn menstruatie veranderde in een soort pre-­menopauze, wat een natuurlijk proces is. Ik realiseerde me: het is vijf voor twaalf. De kansen die ik nog ga krijgen, zijn vrijwel nihil. Hoewel ik gezond leefde, dacht ik toen: het kan nóg gezonder. In feite heb ik toen mijn hele levensstijl omgegooid. Ik ging minder reizen, gezonder eten, meer bewegen en vroeger naar bed. Alcohol en cafeïne liet ik staan.

Lees ook het verhaal van Anneke: ‘Ik had na mijn borstkanker nooit verwacht nog moeder te worden’

De laatste pogingen

Samen met Alberto heb ik vervolgens nog drie laatste pogingen ­gedaan. Twee keer via eicel- en één keer via embryodonatie. Anders dan in andere ­Europese landen is eicel- en embryodonatie legaal in Spanje. Er worden bovendien anonieme donoren gebruikt zodat er geen wachtlijsten zijn zoals in Nederland, door een tekort aan ­donoren. De kinderen die in Spanje geboren worden met behulp van een donor, kunnen niet achter de identiteit van de donor komen of omgekeerd. In Nederland kun je alleen gebruikmaken van ­geregistreerde donoren, waardoor de wachtlijst zo lang is. Bovendien kon je in Nederland toen maar tot je 45ste ­terecht voor deze behandeling. Dat is nu ­verhoogd naar je vijftigste. Ik ben bij een ­kliniek in Spanje geweest waar ik ook op mijn 47ste nog in aanmerking kwam voor deze behandeling.

Eindelijk zwanger

Inderdaad, 47 is best oud om nog zwanger te worden. Mijn maximumgrens was eigenlijk 45 jaar. Die had ik dus al wat opgerekt. Maar tijdens de laatste behandeling dacht ik: als dit niet lukt, stop ik er definitief mee. Ik was al zo lang bezig en al met al hadden de behandelingen en al het gereis naar het buitenland me bijna honderdduizend euro gekost. Na twee keer een mislukte eiceldonatie, waarbij ik zwanger werd, maar miskramen kreeg, wilde ik het nog één keer proberen met embryo­donatie, omdat je daarmee een hoge slagingskans hebt. Als deze poging mislukte, moest ik me verzoenen met het idee dat ik nooit moeder zou worden. En toen lukte het dus.

Daar was Elvis

Ik was zwanger. Ongelofelijk. Na tien jaar kwam mijn grootste droom uit: ik kreeg Elvis. Hij is volwassen als ik met pensioen ga en dus heb ik nog alle tijd om hem een goede basis te geven tot zijn achttiende. Dat vind ik een acceptabel idee. Over het algemeen krijg ik positieve reacties over de leeftijd waarop ik mijn kind heb gekregen. Natuurlijk zeggen mensen soms: ‘Je had zijn oma kunnen zijn.’ Maar ik voel me helemaal niet oud.

Sterker nog: ik voel me nu energieker dan ik me op mijn twintigste voelde. Dat komt puur omdat ik er nog altijd die gezondere levensstijl op na houd. Ik voel echt heel sterk een verantwoordelijkheid om minstens tot zijn ­achttiende verjaardag – ik hoop natuurlijk veel langer – een gezonde moeder te zijn. Hoewel je je gezondheid niet helemaal zelf in de hand hebt, kun je er wel naar streven zo gezond mogelijk te leven. Dus dat is wat ik doe. Ik sta heel positief in het leven. Vroeger zei ik nooit nee als iemand me iets vroeg, met gemak hield ik vijf ballen tegelijk
in de lucht. Nu ben ik selectiever. Doe ik vooral dingen waar ikzelf energie van krijg of die goed zijn voor mijn gezin.”

Lees ook het verhaal van Anneke: ‘Ik had na mijn borstkanker nooit verwacht nog moeder te worden’