Placeholder

Carolina Dijkhuizen: ‘Sorry, maar ik mag niets zeggen over Expeditie Robinson’

Het gaat supergoed met musicalster Carolina Dijkhuizen (37). Ze is een van de deelnemers van Expeditie Robinson, speelt in de nieuwe musical Vamos! én is sinds een tijdje helemaal hoteldebotel van Gilles.“Sinds onze eerste date zijn we onafscheidelijk.”

Het gaat supergoed met musicalster Carolina Dijkhuizen (37).
Ze is een van de deelnemers van Expeditie Robinson, speelt in de nieuwe musical Vamos! én is sinds een tijdje helemaal hoteldebotel van Gilles.“Sinds onze eerste date zijn we onafscheidelijk.”

De musical Vamos! is geïnspireerd op televisieprogramma’s als Ik vertrek. Heb jij er weleens over gefantaseerd om naar het buitenland te vertrekken?
“Nou, ik zeg je eerlijk: ik heb altijd al heimwee als ik nog op Schiphol ben. Voor de musical zijn we een paar dagen naar Spanje geweest. Daar hebben we Nederlanders gesproken die zijn weggegaan om daar een bed and breakfast te beginnen. Dat vind ik zo dapper. Ik ben niet zo avontuurlijk, dus ik weet niet of ik mijn hele leven hier zou kunnen achterlaten. Ik ben echt een huismus. Het maakt niet uit naar welk land ik ga, ik ben altijd weer blij als ik thuis ben.

Je hebt ooit meegedaan aan Wie is de mol? en zei daarna nooit te willen meedoen aan Expeditie Robinson…
“Ja, omdat ik niet zonder eten zou kunnen. Wat dat betreft ben ik wel echt een donkere vrouw.” 

Hoe komt het dat je toch meedeed, terwijl je zei dat je dat nooit zou doen?
“Toen ik werd gevraagd om mee te doen aan het programma, had ik me net voorgenomen af en toe dingen te doen die ik eng vond. Als je nooit enge dingen doet, ontneem je jezelf daarmee ook de kans iets spannends te ondernemen. Het was geen gemakkelijke beslissing: je hebt geen idee waar je je in stort. Maar ik had het voor geen goud willen missen.” 

Je komt oorspronkelijk uit Colombia, je bent geadopteerd. Hoe ging dat?
“Mijn ouders hebben me daar als baby opgehaald. Ik woonde in huis bij de hoofdzuster van het ziekenhuis waar ik was geboren. Mijn vader heeft een dagboek bijgehouden vanaf het moment dat ze hoorden dat ze mij kregen tot ik in Nederland was. Het was heel fijn om te lezen hoe gewenst ik was. In dat dagboekje stond dat ik ging lachen en mijn armen wijd open deed toen ik mijn vader en moeder zag. Ik was toen negen maanden. Mijn vader zei later dat ze op dat moment op slag verliefd waren.” 

Lees het hele interview in Vriendin 39.